Morele spanningen bij familieparticipatie in verpleeghuis
De participatie van familie in de zorg voor hun naaste met dementie in het verpleeghuis kan tot morele spanningen en onzekerheden leiden. Zorgethicus Nina Hovenga laat zien welke dat zijn en wijst op het belang van voortdurende dialoog hierover.
De zorg voor mensen met dementie staat onder druk door vergrijzing, budgetkortingen en personeelstekorten. Beleidsmakers stimuleren daarom de participatie van informele zorgverleners, zoals mantelzorgers (familie en andere naasten) thuis en in het verpleeghuis. Deze betrokkenheid kan de druk op zorgprofessionals verlichten en heeft vaak een positieve impact op het welzijn van mensen met dementie de familie zelf (Preshaw et al., 2016; Omori et al., 2019).
Tegelijkertijd brengt deze beleidsontwikkeling morele spanningen en onzekerheden met zich mee voor alle betrokkenen. Zo kan de toegenomen druk op familie om meer zorg te verlenen leiden tot overbelasting en schuldgevoelens als zij niet aan deze verwachtingen kunnen voldoen. Ook is familie vaak onzeker over wat zij mogen verwachten van zorgprofessionals en wat er precies van hen verwacht wordt (Hovenga et al., 2024).
De spanning tussen wat wenselijk is en praktisch haalbaar, kan morele stress veroorzaken
Mensen met dementie kunnen zich daarnaast afvragen of ze het prettig vinden dat hun naaste extra zorg op zich neemt, omdat dit hen in de relatie kwetsbaarder kan maken (Schermer, 2004). Voor zorgprofessionals geldt dat zij steeds vaker worstelen met de vraag welke taken zij nog kunnen uitvoeren gezien het toenemende personeelstekort en welke taken zij van familie mogen verwachten.