Kunst op Zondag | Bad
Kunst als een warm bad. Een eigenaardige omschrijving die bewonderaars hanteren als ze een tentoonstelling hebben doorlopen en voldaan en gelouterd een museum verlaten. Eigenaardig, want waarom zou je van kunst ook niet de koude rillingen kunnen krijgen?
In de kunstgeschiedenis diende het bad vooral als excuus om schone nymfen af te beelden en het naakt door de censuur te krijgen. Laten we eens beginnen met de badkuip. Niet te verwarren met het in september geopende (Stedelijk) museum als badkuip, waarvan architect Mel Crouwels in het NRC zei: “Toen we het materiaal gekozen hadden en de vorm bepaald, dachten we: Amsterdammers gaan als het goed is dit gebouw een bijnaam geven. Dus laten we het zelf maar verzinnen”.
Onder het motto ‘Dat verzin je niet” een selectie badkuipen.
Frida Kahlo, ‘What the water gave me’, 1922.
Claes Oldenburg, Soft Bathtub, 1966.
Leonie Muller, badkuip uit installatie ‘Door de rafels van tijd’ (Oerol, 2012).
Karin ter Waarbeek, stoel badkuip, 2002.
Jan Ros, Meetbaar Water, een ‘zwembad’ in de gracht bij de Groentemarkt in Leeuwarden. Meer informatie vind je hier.
Street Art kunstenaar D’Farce trommelde wat vrienden op, die met skateborden patronen te maakten in zijn badkuip/zwembad.