Max Molovich

362 Artikelen
9 Waanlinks
345 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het probleem van Geert Wilders

Het probleem van Wilders is dat hij eigenlijk geen politicus is, maar een lobbyist. Een lobbyist die de politiek als middel heeft gekozen om zijn doel te bereiken. Zijn doel is de islam in Nederland te marginaliseren. Om zijn doel te bereiken, heeft hij macht nodig. Om macht te krijgen, heeft hij een electoraat nodig. Om een electoraat te krijgen, heeft hij een politieke partij nodig. Een volwaardige politieke partij met een breed programma. Want met de islam als enig agendapunt krijg je niet heel veel kiezers naar de stembus.

En daar begint het probleem: wat zet je in dat programma?

Wilders komt van de VVD, dus zou je een liberaal verhaal verwachten. Maar zijn natuurlijke electoraat bestaat uit gefrustreerde ex-PvdA’ers die elke dag in de wijken waar ze opgegroeid zijn, worden weggekeken door zielloze schotels aan bakstenen gevels. Hun klachten zijn weggelachen, hun wensen genegeerd, hun geloof op een beter leven de kop ingedrukt. Die krijg je misschien wel naar de stembus met je xenofobische anti-straatterreurverhaal, maar als je vervolgens de zegeningen van de vrije markt gaat bezingen, zullen ze weer moedeloos omkeren, zeker als hun AOW op het spel staat en hun oude moedertje maar één keer per maand wordt gewassen in het bejaardentehuis, nota bene door een verzorgster met een hoofddoekje. Een zondebok is leuk, maar een zondebok alleen is niet genoeg. Dus heeft Wilders een sociaal-economisch verhaal in elkaar zitten brijen dat zich kan meten met dat van de SP.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De laatste keer

– Ik denk dat ik het wel ga missen, Stef…
– Wat ga je denk je wel missen?
– Nou, dit…
– Dit?
– Dit ja.
– Dit.
– Ja. Dit.
– Ik begrijp niet wat je bedoelt, Mark.
– Onze fietstochtjes, Stef. Ik doel op onze fietstochtjes.
– Ah. Onze fietstochtjes.
– Ja, onze fietstochtjes. Hoeveel hebben we er gemaakt?
– Geen flauw idee. Ik heb ze niet geteld.
– Door weer en wind zijn we gegaan.
– Door weer en wind.
– Vooral door wind natuurlijk.
– Vooral door weer juist.
– Het is altijd weer.
– Dat bedoel ik. Het is altijd weer. Dus als je door weer en wind gaat, kun je niet zeggen dat je door meer wind dan weer gaat. Integendeel. Als het een keer niet waait, dan ga je wel door weer, maar niet door wind.
– Ach zo. Je blijft een precieze, Stef.
– Ik ben inderdaad graag accuraat.
– Waar denk je dat het mis is gegaan?
– Mis vind ik een groot woord. De uitdrukking is wat scheef. Weer en wind geeft het idee dat de twee woorden gelijkwaardig zijn. Maar weer is nu eenmaal wat veelomvattender dan wind. Als de uitdrukking ‘door regen en wind’ was geweest, dan had je dat probleem niet gehad.
– Nee, ik bedoelde: met Geert.
– Met Geert? Wat heeft die met weer en wind te maken?
– Stef, doe niet zo flauw. Ik bedoel: waarom denk je dat Geert Wilders de besprekingen heeft opgeblazen? We hebben ‘m toch altijd alles gegeven wat ie wilde? We hebben ‘m toch nooit iets ontzegd? Hij heeft bevriende staatshoofden beledigd, hele bevolkingsgroepen geschoffeerd, zijn partij werd bevolkt door schorem… zelfs over dat meldpunt van ‘m heb ik niks gezegd… waarom heeft hij…
– Omdat het een ondankbare hond is, Mark. Juist omdat je hem nooit op het matje hebt geroepen, kent hij zijn plaats niet. Hij voelt niet de minste behoefte om jou het hand boven het hoofd te houden, Mark. Als je zelf kinderen had gehad, dan had je dat begrepen.
– Ik vind het oneerlijk.
– Het leven is oneerlijk. Kom. Wie het laatst bij het torentje is, is een zak patat met mayonaise.
– Hey! Stef! Valse start! Valse start!
– Het leven is oneerlijk, Mark. Het leven is oneerlijk.

Vorige