Juliette Verheijen

51 Artikelen
3 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Van die dingen | Garagemannetje

COLUMN - Het garagemannetje lachte door de telefoon. ‘Ja mevrouwtje, dat kan wel zijn dat u dit al meer dan een jaar heeft, maar als u zo door blijft rijden staat u straks stil langs de snelweg. Ik kan het zo voor u repareren hoor, het kost, nou ik gok, om en nabij de zevenvijftig.’

‘Als in zevenhonderdvijftig?’ piepte ik.

‘Ja, zevenhonderdvijftig, maar dan loopt hij wel weer als een zonnetje hoor. Veilig met de kinderen enzo. Hij had al weer een beurt gemoeten ook. Dat is al heel lang niet meer gebeurd.’ Hij klonk beschuldigend.

‘Maar ik begrijp het niet. De buurjongen heeft met stenen staan gooien en ik kom dus voor een nieuwe ruit en dat betaalt de verzekering. Maar nu zeg jij dat mijn hele versnellingsbak niet meer goed is? En wat die beurt betreft, vlak voor onze vakantie in de zomer heeft ze nog een beurt gehad. Toen moest er voor bijna tweeduizend euro worden versleuteld en toen heb ik hier niets over gehoord. Ik moest een nieuwe distributieriem. Of zoiets.’

‘Nou ja mevrouwtje, luister eens even. Ik reed er net een stukkie mee en hij klinkt echt niet goed hoor. Hij maakt een raar geluidje. Zo’n typische brom van een gammele versnellingsbak. Dat hoor ik meteen natuurlijk. Je hebt veel gereden sinds juli.’ Mijn buitensporige allergie voor het woord mevrouwtje begon op te spelen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Van die dingen | Hapje eten

COLUMN - We kregen een hele vuile blik van de mevrouw achter onze kinderen. Ze zaten nogal wild met hun hoofd te schudden omdat we ze net verteld hadden wat headbangen nou eigenlijk inhield en daar had de mevrouw last van. Ik gaf haar een allervriendelijkste glimlach. ‘Kinderen hè, je doet er niets aan’, wilde ik haar overbrengen. Ik had geen zin om mijn kinderen op hun donder te geven. Ik vond dat ze het hartstikke goed deden in het restaurant. Ze bleven op hun stoel zitten, gooiden niets om, sneden niet met hun mes in alles wat ze tegenkwamen en hun stemvolume bleef binnen de perken.

Toen ik nog kinderloos was, konden stellen met kinderen in restaurants niet op mijn sympathie rekenen. Zat je net romantisch in de ogen van je geliefde te staren, kieperde het buurjongetje van drie zijn Sinas om in jouw handtas, rende er een meisje rond je tafel met een snottebel die zo vanuit haar neus haar mond in droop en duwde dan ongevraagd een prop papier onder je neus met de mededeling “Kijk! Een dinosaurus!” Dan veegde ik het kind met een ferme armzwaai aan de kant, gaf ik de vuile blik aan de trotse ouders en werd ik dus getrakteerd op hun allervriendelijkste glimlach. Nu snap ik het pas.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Van die dingen | Borrelen

Vanaf vandaag schrijft Juliette Verheijen met scherpe pen elke donderdagmiddag over pijnlijke, grappige of ontroerende situaties die voor iedereen herkenbaar zijn. 

Ik kan het niet. Netwerkborrels, nieuwjaarsborrels, gelegenheidsborrels. Sta je daar alleen, met een glas in je hand ongemakkelijk te wezen, want je moet gaan integreren en praten over je werk. Ik ben niet voor niets gaan schrijven, ik schrijf makkelijker dan dat ik praat. Maar om iemand nou een A4-tje vol tekst in de handen te duwen, dat is ook zowat.

Bij binnenkomst duik ik direct een hoek in, liefst bij de bar. Eerst maar eens even scannen en de boel overzien. Hopelijk is er een bekende, iemand waar ik me dan ongegeneerd aan vast kan klampen. Diep in de ogen blijven kijken en maar vragen blijven stellen. Probeer dan maar eens weg te komen. Na vier alcoholische versnaperingen gaat het meestal wat beter. Maar toch, als iemand vraagt wat ik doe, komt er zo’n ongelooflijk onsamenhangend verhaal, dat je daarna weer vlotjes in je up aan de bar hangt. Doe nog maar een biertje dan.

Een ander verkoop ik als geen ander. Ik weet precies wat iemands werk zo goed maakt, ik kan in drie zinnen kernachtig vertellen wat de meest ingewikkelde functie inhoudt, maar wat ik nou zelf de hele tijd zit te doen achter mijn laptop… Zo ingewikkeld is het toch niet. Wel dus. Aan het eind van zo’n borrel hang ik half teut tegen de barman aan, precies waar ik niet voor was gekomen. Alle kaartjes nog steeds in de zak, geen kip ontmoet. Ik kan dingen.

Vorige