Gastauteur

2.335 Artikelen
3 Waanlinks
25 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Wapendeals met Griekenland beschamend

Morgen vindt er in Amsterdam een bijeenkomst plaats van wapenhandelwatchers. Met een beetje geluk zullen we daar morgenavond live verslag van kunnen doen. Nu alvast een artikel van Wendela de Vries van de Campagne tegen Wapenhandel.

Terwijl de Griekse economie gered moet worden met een miljardenlening is Griekenland tegelijkertijd de grootste wapenimporteur van Europa. Vooral Franse en Duitse defensiebedrijven profiteren hiervan. Van de totale Duitse wapenexport gaat 13 % naar Griekenland, voor Frankrijk is dat 12 %. Maar ook Nederland pikt een graantje mee. Griekenland is Nederlands derde grootste wapenklant, na Duitsland en VS, met 837 miljoen euro aan exportvergunningen tussen 1999-2008, ofwel 10,3 procent van de totale wapenexportwaarde over die periode. Volgens hardnekkige geruchten is het doorgaan van wapendeals en –betalingen voorwaarde geweest voor de lening aan het bijna failliete land. Een beschamende vertoning, vindt de Campagne tegen Wapenhandel.

Dit jaar verlaagt Griekenland zijn defensiebudget van 6.8 miljard euro naar 6 miljard euro, maar dat is nog steeds 2,8 procent van het Bruto Nationaal Product (BNP), terwijl het Europees gemiddelde 1,7 procent bedraagt. Als reden voor de hoge defensie-uitgaven wordt meestal de gespannen verhouding met Turkije genoemd, maar het zegt ook veel over de interne Griekse machtsverhoudingen. Terwijl ter linkerzijde wordt gepleit voor verlaging van bewapeningsuitgaven, is de invloed van militairen en defensie zo sterk, dat Griekenland voor de periode 2004-2008 door het vermaarde onderzoeksbureau SIPRI wordt aangemerkt als de vijfde wapenimporteur ter wereld. Er is geen enkele reële dreiging die een dergelijk niveau van wapenaankopen legitimeert, zeker niet als deze wordt afgezet tegen de huidige zeer reële dreiging van grote werkloosheid en afbraak van sociale zekerheid.

Wapenaankopen maken tussen de 0,6 en 1 procent van het Griekse BNP uit, en er zit nog een aantal grote uitgaven aan te komen. Frankrijk probeert Griekenland momenteel 6 FREMM fregatten te verkopen voor 2,5 miljard euro, alsmede 15 Super Puma helicopters (400 miljoen euro) en Rafale gevechtsvliegtuigen. Duitsland heeft Griekenland na zware druk overgehaald om te betalen voor een Thyssen-Krupp onderzeeër, die het land in eerste instantie weigerde terug te nemen na een mislukte opknapbeurt. Deze slepende kwestie lijkt ineens te zijn opgelost – toevallig net nu de Grieken volledig afhankelijk worden van Duitse goodwill.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Eurocrisis: niet alleen Zuid-Europa moet aan de bak

Dit is een gastbijdrage van Bas Eickhout, europarlementariër voor GroenLinks.

Het debat over de eurocrisis draait meestal uit op pleidooien om het Stabiliteitspact voor de euro beter na te leven. Vooral Zuid-Europese overheden moeten de tering naar de nering zetten. We mogen echter niet voorbijgaan aan de andere oorzaken van de crisis: het casinokapitalisme op de financiële markten en de economische kloof tussen Noord- en Zuid-Europa.

De aanpak van de crisis vraagt om meer dan alleen het terugdringen van begrotingstekorten. Europa dient tevens te werken aan een nieuwe organisatie van het bankenstelsel, structurele hervormingen en toekomstgerichte investeringen. Om het vertrouwen in de euro te herstellen, moeten ook de Noord-Europese landen aan de bak.

De eurocrisis is een vervolg op de bankencrisis. Door de handel in onbegrijpelijke derivaten heeft de financiële sector een gigantische zeepbel geblazen die in 2008 klapte. Omdat de banken te groot waren geworden om ze om te laten vallen moesten de overheden in alle landen bijspringen: private schulden werden zo omgezet naar publieke schulden. Dat was teveel voor Griekenland, dat zijn boekhouding, belastinginning en overheidsuitgaven toch al niet op orde had. Het geld om zijn schulden af te lossen leent Griekenland nu van de andere eurolanden, tegen een forse rente en keiharde voorwaarden: Athene is begonnen aan een megabezuinigingsoperatie waarbij de bezuinigingsplannen in Nederland verbleken. De Griek in de straat betaalt een hoge prijs voor de belastingontduiking door zijn rijke landgenoten en vervalsing van statistieken door zijn regeerders.

De Europese leengaranties voor Griekenland en andere eurolanden zijn dan ook geen vriendendienst, maar moeten voorkomen dat een nieuwe bankencrisis ontstaat doordat landen hun leningen niet terugbetalen. Wederom worden de banken dus gered met overheidsgeld. Het is niet meer dan logisch dat banken gaan meebetalen aan de aflossing van de publieke schulden die mede door hen zijn ontstaan. Bijvoorbeeld via een bankenbelasting en een Europese heffing op financiële transacties. Daarnaast moet haast worden gemaakt met Europees toezicht op financiële markten en met een reorganisatie van het bankenstelsel: een scheiding tussen nutsbanken en zakenbanken. De laatste hoeven dan niet meer te rekenen op redding door de staat. Financiële markten worden pas ingetoomd als er een eind komt aan de situatie waarin overheden alle risico’s dragen, maar de winsten in privé-zakken belanden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De waarde van de financiële economie?

Dit is wederom een gastbijdrage van Paul Teule.

Moeten banken de economie aanjagen of ondersteunen? Kort samengevat is dat de vraag die drie hoogleraren economie zich afgelopen vrijdag stellen. Is de economie het beste gebaat bij een zelfstandige financiële sector die eigenstandig groeit en innoveert? Of bij een dienstbare financiële sector, die geld beheert, ondernemingen helpt, en met betaal- en transactiediensten zorgt dat we allemaal aan de ‘echte’ economie deel kunnen nemen? Hoogleraren Beck, Boot en Degryse neigen naar het laatste, hoewel ze eigenlijk niet zeggen waarom.

Ik denk dat niemand het antwoord weet. Een vergelijkbare, onmogelijke vraag die je veel hoort is: Welke financiële innovaties baten de ‘echte’ economie? Oud-Federal Reserve president Paul Volcker zei eens dat de laatste waardevolle uitvinding in het bankwezen de pinautomaat was. Toch zijn financiële producten die schommelingen van olieprijzen of wisselkoersen afdekken, wel degelijk nuttig. Bedrijven kunnen daarmee zekerheid kopen en zich met een gerust hart toeleggen op hun ‘reële’ activiteiten. Ook zijn de onbegrijpelijke derivaten die risico’s verdoezelen en klanten misleiden overduidelijk onnuttig. Over alles er tussenin…tja.

Dit maakt de vraag of we academisch (technisch) toptalent wllen inzetten voor financiële innovatie of op ‘reële’ innovatie, ook zo lastig te beantwoorden. Beck, Boot en Degryse merken in een voetnoot op dat veel goede studenten aan het ‘transactiebankieren’ zijn geslagen. LibDem-voorman Nick Clegg spoorde de Britten aan weer iets ‘echts’ te gaan maken, “instead of just betting on things on computer screens in the City of London.” De Britse topondernemer Dick Olver vindt zelfs dat The City technisch talent “stroopt”. Maar wat gaan dat talent dan in de ‘echte’ economie doen? Het nut van sleutelen aan schone energie, medische technologie, of aan de Googles en Ipods van morgen kan ik me voorstellen. Maar de ‘echte’ economie bestaat ook uit de clusterbommen van Dick Olver’s BAE Systems… De New New Economics Foundation (NEF) doet een dappere poging om de maatschappelijke waarde van beroepen in kaart te brengen. Schoonmakers zouden meer waard zijn dan bankiers of accountants. Maar ik weet niet wat ik van hun rekenmethode moet vinden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Pas op: de Mohammed Tsunami

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Hieronder een stuk van Vandyke dat hij reeds op de Volkskrant opinie pagina publiceerde en dat een reactie was op een eerder gastlog van hem.

Een alles verwoestende tsunami (Foto: Flickr/tj.blackwell)

Er worden zoveel kinderen geboren met de naam Mohammed dat het binnenkort de eerste plaats inneemt op de ranglijst van meest voorkomende namen in de grote steden. Het bewijs van dat ‘ze’ ons helemaal aan het overnemen zijn is daarmee geleverd.

Vorig jaar was het opeens groot alarm midden in de komkommertijd. De Daily Telegraph bracht het nieuws als eerste – inclusief de claim dat in 2050 twintig procent van de Europse bevolking moslim is – en dat werd natuurlijk direct overgenomen door Elsevier en zelfs de Volkskrant besteedde aandacht aan een gedeelte van het artikel. Het nieuws was zelfs zo belangrijk voor de PVV dat er Kamervragen over werden gesteld (.pdf):

“Waarom zwijgt u hier steeds over en bagatelliseert u op laffe politiek correcte wijze de gevolgen van de islamisering van Nederland en Europa?” schreven Wilders en Fritsma.

Dan moet er echt wel wat aan de hand zijn want de PVV vroeg direct om een immigratiestop uit moslimlanden en dat doen ze niet zomaar, zoals wij allemaal wel weten. De Elsevier deed nog een beetje ‘onderzoek’ daarna, waaruit bleek dat het allemaal nog erger was met die Mohammed-baby’s.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het rapport Nyfer, een eerste indruk

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Hieronder een stuk van Vandyke dat vanochtend ook op zijn eigen site verscheen.

Gisteren is het rapport Nyfer gepubliceerd dat een berekening heeft gemaakt van hoeveel de immigratie van de niet-westerse allochtoon kost. Het eerste dat mij opviel was dat Nyfer het alleen maar heeft over de financiën van het Rijk. Het rapport blz. 7:

“Dit onderzoek richt zich op de budgettaire gevolgen van immigratie van niet-westerse allochtonen in Nederland. Dit is een beperkte invalshoek. Immigratie heeft ook gevolgen voor de arbeidsmarkt en bijvoorbeeld de woningmarkt. Via economische doorwerkingen zijn deze effecten uiteindelijk ook van invloed op de inkomsten en uitgaven van de overheid. Deze doorwerkingen zijn in dit onderzoek niet meegenomen. Ook nieteconomische gevolgen zijn niet in de analyse betrokken. Hierdoor heeft het onderzoek een partieel karakter.”

Er zijn honderdduizenden niet-westerse allochtonen werkzaam in Nederland, van schoonmakers tot raketgeleerden. Al deze mensen hebben ook een positieve economische invloed en daardoor ontvangt de overheid weer geld. Het niet meenemen van die factoren geeft een ander beeld. Het lijkt dan alsof je naar een zo negatief mogelijk bedrag wilt toerekenen. Waarom die positieve effecten niet meenemen?

Wat ook van belang is het feit dat het CPB – dat in 2004 al met een berekening kwam – aangaf dat autochtonen volgens dit soort berekening ook een negatieve opbrengst hebben. Waarvan akte.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Suriname kiest paars

Hieronder volgt een gastbijdrage van Ivo Evers, verslaggever bij het Surinaamse dagblad De Ware Tijd.

Er staan maar liefst 24 partijen op het Surinaamse stembiljet, voor de landelijke verkiezingen van komende dinsdag. Het parlement, De Nationale Assemblée, telt 51 zetels. De NDP van Desi Bouterse staat in de peilingen op winst. Opvallend: de verkiezingsstrijd gáát ergens over.

Al maanden is het land van nauwelijks een half miljoen inwoners in de ban van D-Day, 25 mei. De opkomst is hoog: niet stemmen is een grote uitzondering. Burgers hebben eenmaal in de vijf jaar een stem. That’s it. Geen gemeenteraden, provinciale staten, waterschappen of tussentijdse referenda, er is alleen 25 mei. Eenmaal in de vijf jaar komen politici van hun pluche om de kiezer te overtuigen van hun gelijk en rennen ze, het lijkt wel de omgekeerde wereld, achter de burger aan. Eenmaal in de vijf jaar krijgen de binnenlandbewoners een stem, mogen zij meepraten en krijgen ze cadeautjes.

Cadeautjes in de vorm van eten en drinken. Er komen plotseling generatoren voor het dorp, gefinancierd uit de staatskas, maar met een partijsticker van één van de regerende partijen erop. Of je krijgt zomaar een nieuw dak boven het hoofd. In dorpen als Kwamalasamutu trekken de mensen voor de carnavaleske partijbijeenkomsten op maandag een paars shirt (NDP) aan, op dinsdag zetten ze een groene pet (NPS) op en op woensdag zwaaien ze met wit-rode vlaggen (PL). Bij veel woningen wapperen meerdere partijvlaggen. Doel: optimaal profiteren van de partijen die komen uitdelen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Elektrische auto rijdt even ver als honderd jaar geleden

Dit is een tweede gastbijdrage van Kris De Decker van Lowtech magazine. De uitgebreide versie verscheen eerder hier.

Elektrische motoren en batterijen zijn aanzienlijk verbeterd op honderd jaar tijd, maar de elektrische auto’s van vandaag hebben een actieradius die – in het beste geval – gelijk is aan die van hun voorgangers aan het begin van de twintigste eeuw.

——————————————————————————————————–

Van ongeveer 1895 tot het midden van de jaren 1920 deelden elektrische auto’s de weg met stoomauto’s en wagens met een verbrandingsmotor. Elektrische auto’s hadden toen al een relatief korte actieradius in vergelijking met de alternatieven. Maar gedurende een paar jaar waren ze de populairste optie, om twee redenen.

Ten eerste waren ze makkelijk te starten, terwijl een auto op benzine moest worden aangezwengeld en een auto op stoom veel tijd nodig had om op temperatuur te komen (enigszins vergelijkbaar met een houtgasauto). Ten tweede waren er begin jaren 1900 weinig goede wegen buiten de stad, zodat het beperkte bereik van de elektrische auto niet echt een probleem vormde. De productie van elektromobielen piekte in 1912. Op dat moment reden er 30.000 elektrische voertuigen rond in de Verenigde Staten (waarvan 20.000 personenauto’s) en ongeveer 4.000 in Europa.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Dreigen voor meer Europa

Op Sargasso is volop ruimte voor gastbijdragen. Hieronder een tweede bijdrage van Paul Teule.

Volgens een bron binnen de Spaanse socialistische partij zou Sarkozy hebben gedreigd hebben uit de euro te stappen als Duitsland niet mee zou betalen aan het grote Griekse reddingsplan t.w.v €750 miljard. En donderdag dreigde Merkel op haar beurt: “Als de euro mislukt, mislukt Europa en het Idee van Europese Eenwording.” Of de Duitsers, die nog moeten beslissen of ze de Grieken wel met €22.4 miljard willen steunen, daarvan gediend zijn is de vraag. De dreigementen van Balkenende en Brinkhorst, in de Ja-campagne voor de Europese Grondwet in 2005, werkten in ieder geval averechts.

Merkel is net zo gespannen als het Ja-kamp in Nederland destijds. Ze verloor vorige week de deelverkiezingen in Noordrijn-Westfalen en daarmee de meerderheid in de Bundesrat. Duitsers voelen zich door de Grieken genaaid. Van tabloids tot de Duitse Centrale Bank, er is veel scepsis of de Grieken ooit gaan terugbetalen. De tucht van de markt is weliswaar verruild voor die van het IMF en Europese Commissie, maar de Grieken zijn de facto verzekerd tegen hun eigen falen (moral hazard).

Merkel deed nog een angstvallige poging de Duitsers met de uitgekauwde ‘crisis = kans’-truc te overtuigen. De eurocrisis, de belangrijkste test voor Europa sinds de val van de Muur, biedt een kans om een sterkere politieke unie dan ooit te worden, met op termijn alle EU lidstaten in de euro, en één Europees leger, aldus Merkel. Maar dit is helaas ook een dreigement voor velen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kieskompas II: Onzekerheid partijposities

Gisteren schreven we reeds over de zwakte van het Kieskompas: politieke partijen positioneren zich niet consistent in het model van het Kieskompas. Dat maakt de posities van partijen in de ruimte onzeker. In dit tweede deel onderzoeken we wat de mogelijke posities van de partijen zijn. Dit is een bijdrage van Tom Louwerse.

Er wordt door politici en opiniemakers zeer veel waarde gehecht aan de posities die partijen zijn toegekend in het Kieskompas. Het Kieskompas lijkt te impliceren dat ze met grote precisie de posities van partijen kunnen vaststellen. Hier zitten echter flink wat haken en ogen aan. De schalingslogica die zo’n ruimtelijk model onderligt gaat er vanuit dat antwoorden op stellingen samenhangen: partijen die hogere belastingen willen, willen ook hogere uitkeringen. In de praktijk geven partijen niet altijd van die consistente antwoorden. Daarom zijn hun posities in het model niet allemaal even zeker.

Betrouwbaarheidsintervallen van de partijen

Om uitdrukking te geven aan deze onzekerheid kan je een betrouwbaarheidsinterval berekenen voor de posities van partijen in de ruimte. Deze geeft aan hoe (on)zeker de posities van de partijen zijn. Het Kieskompas doet dit al voor de positie van de gebruiker. Als jij als kiezer in de ruimte wordt geplaatst staat er een cirkel om je heen die aangeeft waar je met een bepaalde mate van zekerheid staat, op basis van de antwoorden die je hebt gegeven. Dat kan ook gedaan worden voor de posities van partijen. Die posities zijn immers gebaseerd op een dertigtal stellingen, maar de selectie van die stellingen is in zekere zin willekeurig. Men had ook hele andere stellingen kunnen kiezen en daarmee was men wellicht op (net iets) andere partijposities uitgekomen. Deze onzekerheid kan gesimuleerd worden door duizend willekeurige steekproeven te trekken uit de dertig stellingen (het zogenaamde bootstrapping) en de positie van de partijen te berekenen voor elk van die steekproeven. Je kan in de figuur hierboven rond de positie van iedere partij een ellips zien (klik op het plaatje voor een grotere versie). Deze ellipsen geven het gebied weer waar met 95%-zekerheid kunnen zeggen dat de partij daar staat. Hoewel deze simulatie waarschijnlijk niet geheel overeenkomt met de manier waarop de stellingen voor het Kieskompas zijn geselecteerd, geeft dit een indruk van de consistentie en zekerheid van de partijposities.

Omdat het Kieskompas om begrijpelijke redenen ‘maar’ dertig stellingen gebruikt, zal er altijd enige onzekerheid over de positie in de politieke ruimte bestaan. Middenpartijen zullen op sommige onderwerpen ‘links’ zijn en op andere ‘rechts’, waardoor de cirkel om de antwoorden van deze partijen relatief groot zal zijn. Als dit bij veel partijen het geval is, kun je je afvragen of je de antwoorden op de stellingen wel op één of twee schalen kunt plaatsen. Je kan zien dat de posities van sommige partijen in het Kieskompas weinig consistent en onzeker zijn:

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

OLO @ WABO

Op Sargasso bieden we regelmatig ruimte voor gastbijdragen. Dit maal wederom een bijdrage van MB.

In het kader van het voortdurende streven naar deregulering en een transparantere overheid heeft de rijksoverheid besloten dat een aantal vergunningen wordt samengevoegd. Dit voornemen wordt verankerd in de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) en het gaat hierbij om vergunningen die je moet aanvragen wanneer je iets op een bepaalde plaats wilt doen. Denk aan een bouwvergunning, monumentenvergunning, sloopvergunning, milieuvergunning, aanlegvergunning etc. Al deze vergunningen worden – voor de burger – samengevoegd tot één omgevingsvergunning.

De voordelen zouden zijn dat burgers en bedrijven minder last hebben van allerlei verschillende vergunningtrajecten, de procedures worden verkort en dat er geen tegenstrijdige voorschriften meer worden afgegeven. Een aanvrager krijgt dus te maken met één loket en één vergunning. Dat is op zich natuurlijk niet slecht. De bureaucratie is verdwenen, het leven gemakkelijker, de overheid betrouwbaarder en de kans op persoonlijk geluk weer wat vergroot.

Althans, zo zou het moeten gaan. Het probleem zit hem op het moment als zo vaak bij grootse plannen van het rijk weer in de ICT, in het geval van de WABO het OmgevingsLoket Online, kortweg OLO. Als onderdeel van de WABO moet het mogelijk worden een vergunning volledig digitaal aan te vragen en te verlenen. Weg met het papier is de gedachte. Ook daar kun je – in de meeste gevallen – maar moeilijk tegen zijn.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Paniek is besmettelijk

Dit is een gastbijdrage van Paul Teule, promovendus in de economie en filosofie.

4 mei bood een lesje collectieve paniek. Een man roept iets onverstaanbaars, iemand naast hem reageert net iets te emotioneel, iemand daarnaast schrikt daar weer van en voilá: een paniekgolf. Volgens hoogleraar sociale psychologie Roos Vonk is paniek besmettelijk. We kunnen er niets aan doen, ons instinct maakt dat we eerst vluchten, en dan pas nadenken. “En als een mensenmassa eenmaal in beweging is er geen houden meer aan. (…) Een vluchtende massa veroorzaakt dan weer zijn eigen paniek,” aldus Vonk. Tragisch. En fascinerend.

En nu naar Griekenland. We stemmen toch maar in met de reddingsboei van 110 miljard euro, want, zo roepen er velen, er is ‘besmettingsgevaar’. Rentevoeten in Spanje, Portugal, Ierland klimmen tot angstige hoogten. Net zoals op 4 mei iemand ‘bom, bom, vlucht!’ riep, wordt ook hier de angst vakkundig gevoed. IMF-baas Strauss-Kahn spreekt van besmetting, OESO-chef Gurria spreekt zelfs van ebola. En dan moet je drastisch gaan snijden, want, zo zegt Jan Kees de Jager, “zachte heelmeesters maken stinkende wonden.”

Nu is het niet zo dat er niets aan de hand is. Spanje heeft een hoge (private) schuldenlast (178% van BBP), hoge werkloosheid (20%), en een zwakke exportpositie (die niet met devaluatie kan worden verbeterd). Maar toch bestaat de besmetting vooral uit angst. Als iedereen bang is, ben jij het ook. Op grond van de ‘echte’ cijfers in Spanje blijven geloven, is naïef gekke henkie gedrag zoals ook Arjo Klamer stelde bij RTL Z.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Battlefield weapons weer in beeld

Hieronder de tweede gastbijdrage van Welmoed Verhagen, International Campaigner bij IKV Pax Christi.

Tijdens de 5-jaarlijkse nucleaire top over het non-proliferatie verdrag van de Verenigde Naties in New York zijn er zo’n 3000 activisten en lobbyisten aanwezig. Met hun aanwezigheid en activiteiten geven ze aan groot belang te hechten aan een sterke uitkomst van deze conferentie. Een aantal NGO’s organiseert ook zogeheten side-events: bijeenkomsten over een bepaald onderwerp gericht op het informeren van andere NGO’s, maar ook delegatieleden van de verschillende landen.

Elke ochtend is er een off-the-record meeting met een delegatielid uit een bepaald land. Deze week hebben we gesproken met Ierland, de Egyptische ambassadeur, en vandaag komt er iemand van de Amerikaanse delegatie. In deze bijeenkomsten deelt het degelatielid informatie over de standpunten en analyses van het betreffende land, en kunnen NGO’s vragen stellen en onderwerpen aan de kaak stellen.

Ook voor staten zijn dit interessante bijeenkomsten: ze horen de analyses van NGO’s, horen wat er speelt in de maatschappij, en kunnen vrijuit spreken omdat we ze niet mogen quoten. Al met al erg prettige bijeenkomsten!

Er is ook een flink aantal NGO bijeenkomsten over battlefield nuclear weapons (tactische of sub-strategische kernwapens). De presentaties vallen me erg tegen, zowel inhoudelijk als wat presentatiestijl betreft. De discussies achteraf zijn effectiever. Leuk om te zien wie er goed in het onderwerp zitten en waar we in de toekomst wellicht mee kunnen samenwerken om deze kernwapens Europa uit te krijgen. Blijkbaar zeg ik ook interessante dingen, want ik word door verschillende mensen benaderd voor verder gesprek.

Vorige Volgende