Mensenrechten een verkapte vorm van Westers imperialisme?
OPINIE - Afgelopen maandag en dinsdag was er een congres aan de Universiteit Utrecht over mensenrechten, waarin specifiek de vraag centraal stond of deze universele status kunnen claimen. Eén van de sprekers stelde dat dit absoluut niet het geval is: ze* legde uit dat mensenrechten als institutie vaak door Westerse machten worden gebruikt om niet-Westerse culturele groepen “onze” waarden en wil op te leggen, en daarmee te onderdrukken. Het zou dus duidelijk zijn dat mensenrechten geen aanspraak op universaliteit kunnen claimen, en te eisen van staten dat zij mensenrechten respecteren zou zodoende onmiskenbaar een vorm van Westers imperialisme zijn.
Hoewel zo’n standpunt waarschijnlijk uit de allerbeste intenties voortkomt, is het om verschillende redenen ten diepste problematisch.
Ten eerste volgt de conclusie niet uit de premissen: dat soms een beroep op mensenrechten gedaan wordt om onderdrukking te verbloemen of maskeren, leidt niet tot de conclusie dat het idee van mensenrechten als zodanig onhoudbaar is. Zoals een toeschouwer in het publiek opmerkte: je kunt de meest fantastische idealen misbruiken, institutionaliseren op zo’n manier dat ze moreel problematische consequenties hebben – je kunt zelfs vrede gebruiken als excuus om oorlog te voeren. Maar dat betekent natuurlijk niet dat vrede “verkeerd” is!