Ik ben geboren in september 1953, in een gezin dat niet zo muzikaal was. Er stond wel een piano in de voorkamer en daarop heb ik een jaar of zes les gehad. Ik herinner me de eenvoudige, maar fürchterliche stukjes van Clementi (Muzio, ga henen!), die ik moest spelen. Ik hoop dat de tegenwoordige pianostudenten van Clementi verschoond blijven. Ik herinner me ook dat ik in 1967 voor het eerst de dubbelelpee Blonde on blonde van Bob Dylan hoorde bij een schoolvriend. Ik was er meteen zeer van onder de indruk. Vooral het nummer Sad-Eyed Lady of the Lowlands vond ik schitterend en vind ik nog steeds schitterend. Ik probeerde toen een pianobewerking te maken van dat nummer, maar of dat me gelukt is weet ik me niet meer te herinneren. Sommige dingen moet je ook verdringen.
In de jaren die volgden was ik bijvoorbeeld gek op die derde elpee van Soft Machine (ik weet niet eens of het hun derde elpee was, maar hij heette Third), op die dubbelelpee van Derek & the Dominos met het prachtige Bell bottom blues, dat de mooie, betekenisrijke regels If I could choose a place to die / It would be in your arms bevat. Maar vooral de muziek van Black Sabbath beviel me, begin jaren zeventig. Mijn muzikale smaak begon zich te ontwikkelen, zou je kunnen zeggen, al mag u het ook best muzak noemen wat ik mooi vond.
Bach-liefhebbers! Nu komt u aan de beurt. Eind jaren zeventig hoorde ik Glenn Gould voor het eerst Bach spelen. Ik was overdonderd. Voor het eerst was er iemand die niet op de keurige, bedaagde, klassieke wijze de muziek van die pruikendragers speelde, maar die het deed op zijn eigen (eigenwijze) manier. Glenn Gould was fenomenaal goed, ik vind het nog steeds een zegen dat hij er geweest is. Hij was, zonder concurrentie, de beste pianist van de 20ste eeuw. Hij was ook de pianist met het grootste repertoire: hij heeft niet alleen Bach (en verschillende van diens voorgangers) gespeeld, ook Mozart, Beethoven, alle Russen die ertoe doen, alle 20ste eeuwse componisten die ertoe doen. Zelfs heb ik een stukje van Chopin ontdekt (op YouTube, waar anders?) dat door Gould is gespeeld. Terwijl hij in een interview met een besmuikt lachje de waarheid had verteld, namelijk dat Chopin toch eigenlijk geen muziek was.
Weer wat later ontdekte ik de Engelse renaissance-componisten, de Franco-Vlaamse school etc., de muziek die m.a.w. van 1300 totaan Bach in de kerken en aan de Europese hoven werd gezongen en gespeeld. Gezongen vooral, want dat vond ik het mooiste. Wat later ontdekte ik, via de pianomuziek van Scriabin, dat er ook in de 20ste en inmiddels de 21ste eeuw heel wat moois is gemaakt. Weer wat later vond ik het album Kind of blue van Miles Davis, uit 1959. Prachtige muziek.
Voor de reclamemakers, die geloof ik er allemaal van overtuigd zijn dat je in commercials muziekjes moet draaien uit de tijd dat de ‘doelgroep’ zestien jaar was: dit gaat niet op bij mij, en ik ben toch een gemiddeld mens, niets bijzonders. U zou er bijvoorbeeld zeer verkeerd aan doen om muziek van Heintje te draaien. Die was er ook toen ik zestien was. Of muziek van de Beach Boys, die er ook waren. Mij bekoort u er niet mee.
Maar u moet maar eens luisteren naar de achtergrondmuziekjes, lezers, in reclameboodschappen. Dan weet u meteen op welk publiek de boodschap gericht is.
Reacties (12)
Kijk, meestal lees ik jouw stukje en ga ik gemoedelijk over tot de orde van de dag of ik roep iets en ga dan over tot de orde van de dag. Maar vandaag is het anders.
Het is niet alleen het roepen over muziek zonder kennis – een pianist die bij Clementi is blijven hangen moet niet gaan roepen dat Gould […] zonder concurrentie, de beste pianist van de 20ste eeuw [was]. Dat is zulke evidente baarlijke nonsens dat het eigenlijk niet geschreven had mogen worden.
Ik dien in elk geval te reageren. Clementi had nl een leerling – Czerny – waar jij blijkbaar niet aan toe gekomen bent. Ik wel. “Schule der Geläufigkeit” en “Schule der linken Hand”, lastig. Even voor het goede begrip : ik ben geen goede pianist, maar doe/deed het lang genoeg om te weten waar ik het over heb. En in elk geval over Chopin en Gould! En wat hierboven schrijft kan dan jouw mening zijn, die mag je hebben, maar meer dan een mening is het niet. En ik ben niet te beroerd om daar dan toch maar Argerich tegenover te zetten. Allereerst natuurlijk die Chopin sonate, oneindig beter dan wat Gould ervan broddelt, en dan nog wat Chopin, Bach en Mozart.
Over smaken valt te twisten, bij deze dan maar, en over muzikale kennis ook. Je lijkt een nauwe kijk op de zaak te hebben. Dat je niet van Chopin houdt is prima, ieder zijn smaak. Maar om dat elke week een keer in een logje over je muzikale smaak naar voren te brengen is redelijk irritant en zonder grond. Er komt geen enkele muzikale beschouwing. En dat Gould niet van Chopin hield is alleen omdat het te moeilijk voor hem was.
Kun jij uitleggen waarom jij aan Gould-verheerlijking doet? Waarom je zijn mening gewoon kopieert? Maakt je dat groter of kijk je alleen wanneer mensen op je drogreden gaan reageren – als uitdaging.
Nou bij deze dan : geleuter.
Daar ging dit stukje niet over, Hans. Ik geef alleen maar wat voorbeelden van mijn muzikale ontwikkeling en dan zeg ik dat de reclame er dus, in mijn geval, naast zit. Maar ik heb een geweldige hekel aan Clementi gehad. Ik heb natuurlijk ook wel stukjes van anderen gespeeld, maar die Clementi herinner ik me nog goed.
En ik heb een hekel aan bijvoorbeeld het orkestwerk van Mozart (zijn pianowerk kan ik goed velen), en aan het meeste werk van Chopin. Het lijkt me heerlijk om het te spelen, maar om het te beluisteren: dat is iets anders.
Ik heb een vriend die in Velsen-Noord woont. We mailen elkaar, vroeger schreven we brieven. Nu mailen we. We maken elkaar bekend met onbekende componisten, bijvoorbeeld Yoshiro Irino, de eerste Japanse dodecafonische componist. Ik heb hem Oestvolskaja en Jean Mouton leren kennen, die hij nog niet kende.
Natuurlijk kun je zeggen: Gould! Neem Argerich dan eens! Dat vind ik ook een zeer goede pianiste. Neem ook Hayk Melikyan eens, zou ik willen toevoegen. Maar zoals gezegd, over deze dingen ging dit stukje helemaal niet.
Nee, het stukje gaat er niet over. Maar dat neemt niet weg, dat je herhaaldelijk, als muziek ter sprake komt en dat is regelmatig, Chopin verguist en Bach en Gould ophemelt. Ik zeg ook niet waar het over gaat of het gaat nooit over wat ik schrijf. Niets gaat uiteindelijk ergens over. Muziek is abstract. En Chopin is Beter dan Bach, met of zonder Gould (zonder dan maar). Daar gaat het niet over, omdat ik het wil.
#3 zegt het en #6 ook : Gould stinks, one trick pony.
En inderdaad Richter, dat ik er zelf niet op kwam! OK, dat komt omdat ik Argerich ooit de 24 preludes van Chopin (pareltjes meneer, pareltjes!) heb horen spelen, de kwintencirkel in 30 minuten, zie het als een samenvatting van Das Wohltemperierte Klavier als je wilt.
Maar goed, als het er echt om gaat : er zijn zoveel goede pianisten geweest en ik heb ze allemaal zien spelen (Rubinstein, Askenase, Kempf en nee, Richter helaas niet). Er een uitpikken is irrelevant.
Ik beloof je dat ik de naam Glenn Gould opberg en nooit, echt nóóit meer zal noemen… Uiteraard was Richter ook een goed pianist. (Hij was overigens lang niet zo ‘breed’ als, het spijt me, Glenn Gould, die werkelijk álles, nou… alles?, heeft opgenomen op zijn ongeveer 250 albums. Ongeveer éénvijfde van dat aantal is aan Bach besteed. De rest níet aan Bach.)
Glenn Gould heeft mij, rond 1977 of 1978, tot Bach gebracht en later tot de 20ste eeuwse muziek. Nu heb ik hem niet meer nodig, er zijn muzikanten genoeg die goed spelen. Maar ik ben blij dat hij er geweest is. Hij was natuurlijk ook een aansteller, met dat geneurie en die idiote dirigentengebaartjes en dat gezeur over zijn stoel en zijn smetvrees. De opvatting dat hij vooral bekend is geworden met een ‘romantische’ opvatting van Bach spelen, is volgens mij overigens klinkklare onzin. Hij heeft ten eerste veel meer gedaan dan alleen Bach spelen. Ten tweede is zijn manier van spelen helemaal niet romantisch. Zo speelt hij Bach bijvoorbeeld te snel en dat is anti-romantisch.
Nou vooruit, we komen dichter bij elkaar.
We kunnen weer verder, pfff… ;)
Wie zou Black Sabbath muzak noemen? Behalve dan misschien wat Noorse kerkverbranders. Ik ben benieuwd bij welk album je bent blijven steken, of kwam je niet verder dan het Top 2000 hitje Paranoid? Enfin, schaf Master of Reality maar aan. Het beste album van BS oude stijl.
Gould was goed in het op een romantische manier spelen van Bach fuga’s terwijl hij tegelijk meeneuriede. Helemaal geweldig als je vindt dat Bach moet worden meegezongen en tegen de authentieke uitvoeringspraktijk bent. Ben je al een naar de meezing-Mattheus geweest? Met Chopin kon Gould niks omdat die muziek nauwelijks polyfoon is en hij de harmonieën niet begreep.
Voor pianobeginnertjes heeft Bartok zijn Mikrokosmos gemaakt.
En als je van het lange Sad-Eyed enzovoorts houdt is Common One van Van Morrison misschien ook wat voor je met de kwartier durende nummers Summertime in England en When heart is Open.
C: “Wie zou Black Sabbath muzak noemen?”
Nee, dan kan je Heintje beter trash metal noemen. :) En met ’trash metal’ bedoel ik dan zo’n ouderwetse gegalvaniseerde vuilnisbak. Verdere uitleg overbodig, denk ik?
Was Bach niet ook een componist van reclamemuziek voor de kerk en de vorst?
Zoiets ja. Hij was een broodschrijver in dienst van kerk en vorst, voorzover ik weet.
Was dat niet Bacharach?
” Hij was ook de pianist met het grootste repertoire: hij heeft niet alleen Bach (en verschillende van diens voorgangers) gespeeld, ook Mozart, Beethoven, alle Russen die ertoe doen, alle 20ste eeuwse componisten die ertoe doen.”
Sviatoslav Richter was pianist met groter repertoire.
“Voor het eerst was er iemand die niet op de keurige, bedaagde, klassieke wijze de muziek van die pruikendragers speelde, maar die het deed op zijn eigen (eigenwijze) manier. ”
Voor Gould domineerde meer romantische manier van Bach spelen a la Edwin Fischer. Misschien wel bedaagd, maar ook zonder pruik, meer in rokkostuum.
http://www.youtube.com/watch?v=lxdKdTt729E