Ethische kwestie #1: zwart/wit of grijze zone?

Wanneer en onder welke omstandigheden mag je afwijken van je principes? Principes. Waarschijnlijk heeft iedereen er wel een paar, zeker als je er even een moment op reflecteert. De eerste drie deelnemers aan mijn filosofische veldwerk in ieder geval wel. In alle drie de gesprekken kwam op een gegeven moment een variant op de Kantiaanse categorische imperatief voorbij, beter bekend als: 'Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.' Ook al speelde dit principe voor alle drie mijn gesprekspartners een rol, op de vraag hoe absoluut deze rol moet zijn, kwam geen eenduidig antwoord. De kwestie: onder welke omstandigheden mag je je principes inruilen voor pragmatiek?

Foto: Immanuel Kant - Wikipedia Commons

Islam, de Verlichting en Immanuel Kant

OPINIE - Een tijdje terug was het erg populair de tegenstellingen tussen ‘het Westen’ en ‘de Islam’ te verklaren met het argument dat de islamitische wereld de Verlichting niet had meegemaakt. Zit daar iets in?

Hoewel ‘Europa’ de functie van buitenlandse bedreiging #1 voor het moment heeft overgenomen van ‘de moslims’, valt nog regelmatig te horen dat ‘de islamitische cultuur’ (wat dat dan ook mag betekenen) wezenlijk onverenigbaar is met de westerse waarden. De reden: de islamitische wereld heeft nooit kennis mogen maken met de zegeningen van de Europese Verlichting.

Misschien wel de belangrijkste verlichtingsfilosoof was Immanuel Kant (1724-1804). Kant was met name revolutionair in zijn moraalfilosofie. Mensen, zo meende hij, mogen nooit worden gebruikt als middel om een hoger doel te bereiken: ieder afzonderlijk individu is, moreel gesproken, het hoogste doel. Met andere woorden: het is niet toegestaan andere mensen te onderwerpen of te gebruiken ter meerdere eer en glorie van jezelf, je familie, je stam, of God.

Het bovenstaande klinkt modern en westers, en is bovendien flink in tegenspraak met de traditionele waarden die in Noord-Afrika en het Midden-Oosten in veel gevallen nog steeds de boventoon voeren.

Hebben wij onze moderne, vrijzinnige moraal dus te danken aan de heldere geesten van de laat-achttiende-eeuwse Verlichting? De geschiedenis van de laatste twee eeuwen suggereert van niet. Het moderne nationalisme, dat bepaalt dat het welzijn van het individu is ondergeschikt aan dat van ‘het volk’, ontstond grotendeels in de decennia na Kants dood. Ook tijdens de pogingen de socialistische heilstaat te realiseren stond het individu nadrukkelijk in dienst van een groter collectief. Nog in de twintigste eeuw werd ook in Nederland zogenaamde ‘gevallen vrouwen’ regelmatig hun vrijheid ontnomen, zodat de schande voor de familie beperkt kon blijven. Als we met zijn allen écht naar Kant hadden geluisterd, had dit natuurlijk allemaal niet gekund.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.