Hoe staat het met de Duitse de-industrialisatie?

Foto: nispi2002 (cc)

ACHTERGROND - De voorspelde negatieve gevolgen van de Duitse energietransitie op de industrie blijven uit.

Naar verwachting worden de nieuwe amendementen op de Duitse duurzame energiewet in augustus van kracht. Een van de doelen van deze wijzigingen is om een belangrijk – maar niet-bestaand – bijeffect van de Duitse energietransitie aan te pakken: industrie die het land uit wordt gejaagd. Nieuwe cijfers van Deutsche Bank tonen hoe erg de Duitse industrie ‘lijdt’.

Zoals iedereen weet is een van de belangrijkste doelstellingen van de Duitse energietransitie om de economie te ruïneren. Dat is althans het beeld dat ik krijg bij het lezen van internationale rapporten. Afgaande op de laatste data van Deutsche Bank (pdf) behaalt de energietransitie deze doelstelling echter niet.

‘Capaciteitsbenutting is momenteel hoog,’ schrijven de analisten van Deutsche Bank in hun rapport en ze voegen er aan toe dat ze verwachten dat de reële industriële productie in Duitsland in 2014 met 4% zal groeien. De export naar West-Europa stijgt, maar de wereldwijde groei blijft achter. Dat zorgt ervoor dat de inflatie laag blijft op 1,1% in de eerste helft van 2014, ondanks de ‘goede arbeidsmarktsituatie’.

Deutsche Bank

Bron: Deutsche Bank

Vergeleken met andere landen in de Eurozone heeft Duitsland (op Ierland na) de hoogste verwachte economische groei, een lage inflatie en als enige begrotingsevenwicht (Luxemburg heeft dat ook, maar is niet weergegeven).

Energie wordt enkel genoemd in de context van inflatie: door de sterke euro en stabiele olieprijzen stijgen de energieprijzen niet. En hoewel de analisten het niet noemen, heb ik al eens beschreven hoe groothandelstarieven zijn gedaald en retailtarieven stabiel (het tarief dat de consument betaalt) zijn gebleven. Mogelijkerwijs gaan dit jaar ook deze tarieven dalen.

De analisten van Deutsche Bank richten zich meer op arbeid, omdat de invoer van een minimumloon logischerwijs een belangrijke factor vormt voor het bedrijfsleven. In ieder geval groter dan energie. Momenteel heeft Duitsland namelijk enkel loonafspraken per sector.

Industry expectations

Bron: Deutsche Bank

De rechter van deze twee grafieken toont hoe de industrie in het voorjaar van 2011 in eerste instantie behoorlijk negatief reageerde op het besluit tot uitfasering van kernenergie door Bondskanselier Merkel. De verwachtingen van de industrie vielen toen scherp terug. Aan het eind van 2012 werd duidelijk dat de Duitse energietransitie vooral lagere energieprijzen betekende voor de industrie en geen uitval van het elektriciteitsnetwerk. In de linker grafiek is te zien dat de werkelijke prestaties van de industrie stabiel bleven, ondanks de schommelende verwachtingen.

Het rapport is nog het somberst over de energietransitie in de volgende passage:

Moreover, in light of various government decisions (such as higher pensions) or high energy prices, some companies will probably show restraint when it comes to investment in Germany. As a result, employment growth in industry also looks hardly likely…. However, one needs to bear in mind that the number of employees in German industry currently is more than 7% higher than at its low point of spring 2010, and in a longer-term comparison is high overall.

Door de tegenvallende start van 2014 voor de machinebouw en chemie is de Duitse industrie afhankelijker geworden van de automotive-sector. De enige reden die wordt gegeven voor de tegenvallende start van de machinebouw is een lager handelsvolume met Rusland.

Aldel ontvluchtte Nederland vanwege de Duitse Energiewende

Speciaal voor de Nederlandse lezer vul ik onze non-serie over bedrijven die Duitsland ontvluchten vanwege de hoge elektriciteitsprijzen aan met het verhaal van Aldel. Een Nederlands bedrijf, net over de grens met Duitsland, dat meer elektriciteit wilde inkopen in Duitsland. Want als je gehoord hebt over de Duitse energietransitie die energie-intensieve industrie, zoals aluminium smelters, wegjaagt, raad ik je aan even goed te gaan zitten voor het originele citaat uit het persbericht:

De Provincie Groningen zelf zal zorgen voor de lening van € 7 miljoen, die nodig is om er voor te zorgen dat Aldel, haar aandeelhouders en de Nederlandse overheid een oplossing vinden op lange termijn, in de vorm van een directe verbinding van Aldel naar het Duitse elektriciteitsnet. Deze verbinding zal dienen als een belangrijke levensader voor Aldel; het zal concurrerende internationale energieprijzen in de toekomst veilig stellen.

Oftewel: de provincie Groningen, met een van Europa’s grootste gasvelden, leent Aldel 7 miljoen Euro zodat het bedrijf aangesloten kan worden op het Duitse elektriciteitsnetwerk. Deze verbinding noemen ze een ‘belangrijke levensader’, omdat het zorgt voor ‘internationaal concurrerende elektriciteitsprijzen’.

De Volkskrant meldde dat Aldel’s Duitse concurrenten 25% minder voor elektriciteit betalen. De roep om aansluiting op het Duitse elektriciteitsnetwerk toont dat het verschil niet komt door uitzonderingen voor de Duitse industrie, maar door verschil in werkelijke stroomprijzen.

De Volkskrant had het echter fout toen ze stelde dat de Duitse reactie op Fukushima aantoont waarom de elektriciteitsmarkt op Europees in plaats van op nationaal niveau moet worden gecoördineerd. Het elektriciteitsaanbod was namelijk nog veel groter – en de elektriciteitsprijs dus veel lager – geweest als Duitsland in 2011 niet acht kerncentrales had gesloten.
De oorzaak van de dalende elektriciteitsprijzen in Duitsland is vooral de enorme groei van zonne-energie. En dat was al jaren voor Fukushima aan de gang. Sommigen onder ons probeerden uit te leggen wat de resultaten daarvan zouden zijn, maar luisterde daar eigenlijk wel iemand naar?

Craig Morris is Amerikaan van geboorte en woont sinds 1992 in Duitsland. In 2006 schreef hij het boek ‘Energy Switch’ en hij schrijft regelmatig over de Duitse energietransitie. Hij is editor van Renewables International, hoofdauteur van EnergyTransition.de en directeur van Petite Planète en is te vinden op Twitter als PPChef.

Dit artikel is een samenvoeging van twee eerder op Renewables International gepubliceerde artikelen over het effect van de energietransitie op de industrie. Te weten German deindustrialization: how is that going? en Dutch aluminum firm hungry for German electricity. De artikelel zijn met toestemming van de auteur vertaald door Krispijn Beek.

Reacties (6)

#1 anton

jammer he, dat het maar niet lukt die kapitalistische, welvaartgenererende massaproductie kapot te krijgen?

De rekening voor het falende Duitse energiebeleid ligt bij Otto Normalverbraucher, zoal iedereen die even de moeite neemt om te kijken hoe het zit al lang weet.

  • Volgende discussie
#2 Fons

@1: Je bedoelt Otto de energie opwekker met zonne en warmtepanelen op z’n dak, met aandelen in de lokale Windturbine?

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 Krispijn Beek

@1 falend energiebeleid in Duitsland? Volgens welke maatstaven?

56% van de Duitsers steunt de energietransitie, wel gedaald van 63% in 2011.

De rekening ligt m.n. bij Otto Normalverbraucher door de Duitse industrie die 30% lager groothandelsprijzen voor stroom t.o.v. omliggende landen nog niet laag genoeg vind om internationaal te concurreren en dus uitzonderingsposities regelt voor de opslag.

En dan hebben we het nog niet over de grassroots ‘infiltratie‘ in de energiemarkt van Otto en kornuiten.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 roland

@0: “oorzaak van de dalende elektriciteitsprijzen in Duitsland is vooral de enorme groei van zonne-energie”
– T.o.v. niets is de groei altijd enorm, het aandeel zon-pv is enkele % totaal minder dan de groei van bruinkoolgebruik dat zorgt voor lage stroomprijzen, tenminste voor de grootverbruikers.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 Krispijn Beek

@4: Zon-pv is nog steeds stijgend in Duitsland. In de eerste helft van 2014 goed voor 18,3 TWh (zie sheet 5 van de pfd), dat is meer dan de 11,9 TWh aan duurzame elektriciteit die Nederland in heel 2013 produceerde.

Bruinkool stijgend? In de eerste helft van 2014 ging er 3,1 TWh bruinkool productie af en 6,1 steenkool. Zon produceerde 4 TWh elektriciteit meer. En geloof me: op marginale kosten verliest bruinkool het echt van zon- en windenergie.

Als je naar een langere termijn kijkt is bruinkool tussen 2003 en 2013 gestegen van 158 naar 162 TWh per jaar. Dat is 2,5% groei in 10 jaar tijd (zie grafiek hier). Niet echt indrukwekkend, vind je wel?

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 roland

@5: Met een daling in het totale stroomverbruik i.p.v. een stijging en een minder forse daling in het gasverbruik, was minder bruinkoolverbruik zeker mogelijk geweest.

Helaas vlakt ook de groei van windenergie af!
een daling met 12% 2011-2012

  • Vorige discussie