INTERVIEW - Door Daniel van Heijningen en Marcel Ham
De integratie van vluchtelingen is hèt hoofdpijndossier van veel gemeenten. Esseline van de Sande probeert te laten zien dat het anders kan.
Het vlot niet erg met de integratie van vluchtelingen in Nederlandse gemeenten. De Almeerse wethouder Froukje de Jonge sprak eerder met Sociale Vraagstukken openhartig over haar worsteling met statushouders. En recent luidden onderzoekers van het SCP de noodklok over Syrische vluchtelingen: ‘Zonder intensief beleid gaat het mis’.
Aan Esseline van de Sande is dat pessimisme niet besteed. Ze woonde zes jaar in Syrië en was bij verschillende humanitaire acties betrokken. Terug in Nederland maakte ze zich vanaf 2016 op verschillende manieren ferm om ‘het gat tussen vluchtelingen en de Nederlandse samenleving te overbruggen’. Ze organiseert bijvoorbeeld debatten maar ook diners, concerten en bijeenkomsten waar verhalen en gedichten uit Syrië worden voorgedragen.
Pop up-bazaar
Twee jaar geleden nam ze in Leidschendam-Voorburg het initiatief voor een ‘Pop-Up-bazaar’: een ontmoeting in de Voorburgse Herenstraat tussen gevluchte vakmensen uit onder meer Syrië met Nederlandse collega’s van hetzelfde beroep. Zo kwam een Syrische klokkenmaker over de vloer bij een Nederlandse klokkenwinkel, en een gevluchte bakker maakte kennis met een Nederlandse collega. Andere vluchtelingen die zo vakgenoten troffen: een patissier, een schoenmaker en een kok. De kennismaking van de horlogemaker met zijn Nederlandse collega leidde tot een serieuze baan.
De filosofie achter het arrangeren van ontmoetingen tussen vakgenoten, volgens Van de Sande: ‘Als je twee mensen met hetzelfde beroep of een vergelijkbaar talent bij elkaar brengt, dan gaat het dáár over en niet over hoe het is vluchteling te zijn. Daar zit de passie, de gemeenschappelijke interesse, ze delen de taal van het vak.’ En met de juiste stimulans en begeleiding kan dat uitmonden in werk en een plek in de Nederlandse samenleving, zoals in het geval van de horlogemaker.
Geen prijzige arbeidsoriëntatie- en trainingstrajecten dus, maar ‘de kortste weg om statushouders te laten doen waar ze goed in zijn’. Van de Sande: ‘Zodat ze opnieuw plezier beleven van hun beroep en professie. Zodat ze uitgedaagd worden en hun vakmanschap weer oppakken.’ Wederkerigheid is erg belangrijk. ‘Je moet iets kunnen uitwisselen, er moet geen hiërarchie in de relatie zitten.’
Syrische dirigent
Als illustratie kijkt ze naast zich, waar Majed Saraiedinzit, een Syrische dirigent die van 2002 tot 2015 leiding gaf aan het Tarab Orkestra in het concertgebouw van Damascus. Op zijn website zijn filmpjes van hem in actie te zien. Hij praat met melancholie over zijn orkest, dat hij het liefst voor een keer over zou laten komen voor een gezamenlijk concert in Nederland. Ondertussen heeft hij in Nederland ook zijn zinnen gezet op een eigen muziekschool.
Van de Sande: ‘Ik kwam erachter dat de burgemeester van Leidschendam-Voorburg een goede organist was, toen heb ik hem gevraagd om met Majed op te treden. Hij heeft vervolgens in een kerk Syrische orgelmuziek gespeeld, die Majed had gecomponeerd, samen met Majed die Nay (Arabische rietfluit) speelde. Mensen waren verbaasd, ze dachten “dat is de burgemeester, geen organist”.’ Daarin zit ook de boodschap van multi-talent, legt Van de Sande uit, ‘we denken vaak dat mensen maar één ding kunnen. We denken, zij zijn vluchteling, dat is wat ze kunnen en we verwachten niets van ze.’
Gemeente kan ruimte creëren
Voor de organisatie van de bazaar – naar het Middenoosterse concept: vluchtelingen lopen naar binnen bij de winkeliers en samen kijken ze wat ze aan elkaar kunnen hebben – werd in Leidschendam-Voorburg de zogeheten Stadscoalitie gesmeed, met daarin onder meer het mkb, het lokale taal- en inburgeringsinstituut en de gemeente.
Cruciaal voor het succes is de gemeente, en dan met name de afdeling werk en inkomen. Van de Sande: ‘Als het contact is gelegd tussen bijvoorbeeld twee bakkers en zij willen samen verder, dan moeten de ambtenaren toestemmen dat ze kunnen beginnen. Zij moeten de ruimte in de regels opzoeken, ruimte geven om te experimenteren, de sociale energie in de samenleving benutten. Met de papierwinkel die dan in orde gemaakt moet worden moet een werkgever natuurlijk niks te maken hebben.’
Aanvankelijk wierf Van de Sande de kandidaten voor de bazaar zelf, inmiddels zit ze daarvoor aan tafel met de werkconsulenten van de gemeente. ‘Dan gaat het van: wie heb je nog in je bak zitten? Werkconsulenten hebben vaak een portefeuille van 170 mensen. Ik zeg dan, geef mij er maar een paar met een vluchtelingenstatus, dan kunnen jullie je op de rest concentreren. Ik heb de ervaring dat bedrijven zitten te springen om mensen, maar dat ze weten niet waar ze ze vandaan moeten halen. Die mensen zitten verborgen in de kaartenbak van de gemeente.’
Maar wat te doen met vluchtelingen bij wie het talent niet meteen naar boven borrelt? Bijvoorbeeld omdat een stevig trauma de eigen kracht belemmert? Van de Sande: ‘Ook dan is er nog steeds talent. De belemmeringen zitten eerder aan onze kant. Ik heb een jongen uit Somalië die al drie jaar vrijwillig als schoonmaker op een lyceum werkt. Hij zou gewoon in vaste dienst moeten komen, maar omdat hij nog geen perfect Nederlands spreekt willen ze hem alleen voor een stage aanhouden.’
Negatief over vluchtelingen
Over vluchtelingen wordt volgens Van de Sande altijd heel erg negatief gedaan. ‘Maar de meesten beginnen het liefst morgen met werken. En wat bieden we ze? Een paar uur taal per week en that’s it. Daarmee gaan we er echt niet komen en doen we ook onszelf te kort want deze mensen hebben ons iets te bieden.’
Daar is nog niet iedereen van overtuigd. Een Syrische arts moet niet denken dat hij hier zo maar aan de slag kan, merkte de Almeerse wethouder De Jonge op. Een diploma van daar laat zich niet zo maar in de bagage meenemen.
Van de Sande kijkt bedreven over de barrière heen: ‘Ik zag laatst een rekenvoorbeeld: als wij een arts helemaal moeten opleiden in Nederland dan kost dat vier ton, en als wij een arts uit Syrië omscholen kost dat één ton. Je moet dus heel goed kijken naar de kwaliteiten die iemand heeft, anders is het al snel kapitaalvernietiging. We zeggen wel tegen mensen dat ze welkom zijn maar we zijn helemaal niet geïnteresseerd in wat ze kunnen. We hebben onvoldoende in de gaten welke talenten mensen meebrengen.’
Daniel van Heijningen is redacteur, Marcel Ham hoofdredacteur bij www.socialevraagstukken.nl.
Reacties (11)
Dit in tegenstelling tot nederlands talent dat als gescheiden moeder in de bijstand zit, waar niemand aandacht voor hoeft te hebben, dat moet maar gewoon schoffelen in het platsoen voor minder dan de helft van het minimumloon. Sja had je maar geen Film en televisieswetenschappen moeten studeren… oid.
@1
Als we ook maar negatief kunnen doen hè? De opinie bevat een eenvoudige opvatting. In de krappe arbeidsmarkt dienen we eerst te gaan shoppen in de asielstroom voor onvervulde vacatures. Vooral onder Syriërs zitten heel wat prima opgeleide mensen. Die dienen we met de grootst mogelijke spoed te begeleiden. Vooral ook in ons eigen belang. En vaklui praten onderling (in het Nederlands) over hun vak. Dat integreert mooi.
En voor autochtonen is er niks mis met schoffelen in het plantsoen of elders. Talenten waar gebrek aan is staat los van afkomst. Een goede hovenier zijn is trouwens ook een talent.
Edit (red.): reactie verwijderd. De reactie is geheel bezijden het punt dat de auteur maakt.
@2 Ha ha ha. Wat een onzin. Niemand houdt ze tegen om aan het werk te gaan, echter ze werken nauwelijks terwijl ze zo hoog opgeleid zijn. En natuurlijk ligt dat weer aan van alles behalve de feiten. Valt dit artikel trouwens onder de categorie fakenews?
” adviseerde het overige geld te besteden aan studiebeurzen voor de universiteit van Gaziantep, Zuid-Turkije. Voor de ‘prijs’ van een student in Nederland kun je daar zeven Syrische vluchtelingen helpen met huisvesting, eten en studiemateriaal.”
https://www.nrc.nl/nieuws/2015/11/03/geef-syrische-jongere-een-horizon-1554664-a122877
Edit (red.): reactie verwijderd. De reactie is geheel bezijden het punt dat de auteur maakt.
Dit volgens je eigen linkse opvatting moet je er eigenlijk bij vermelden. Dan klopt t helemaal.
Aanvankelijk wierf Van de Sande de kandidaten voor de bazaar zelf, inmiddels zit ze daarvoor aan tafel met de werkconsulenten van de gemeente. ‘Dan gaat het van: wie heb je nog in je bak zitten? Werkconsulenten hebben vaak een portefeuille van 170 mensen. Ik zeg dan, geef mij er maar een paar met een vluchtelingenstatus, dan kunnen jullie je op de rest concentreren. Ik heb de ervaring dat bedrijven zitten te springen om mensen, maar dat ze weten niet waar ze ze vandaan moeten halen. Die mensen zitten verborgen in de kaartenbak van de gemeente.’
Klinkt als veel subsidie
Ik zag laatst een rekenvoorbeeld: als wij een arts helemaal moeten opleiden in Nederland dan kost dat vier ton, en als wij een arts uit Syrië omscholen kost dat één ton.
verschil is dat de familie van de student die vier ton heeft opgebracht (via allerlei belastingen), terwijl die ene ton aan de Syrieer een gift van het Nederlandse volk is. zonder in te willen gaan op de rest van dit stuk, stoort bovenstaande opmerking mij. Alsof de publieke voorzieningen in Nederland uit het niets zijn opgebracht en dat het dus ook niet uitmaakt wie er gebruik van maakt – je kind, je buurman of iemand van 3000 kilometer verderop: alle menschen wirden Bruder?
Solidariteit is geen vrijgevigheid en zelfs geen barmhartigheid. Het is onderdeel van het sociaal contract, een verzekering. Ik help jou wanneer jij het nodig hebt zodat jij mij kan helpen wanneer ik het nodig heb.
@6
Misschien moet je de naam ‘analist’ laten varen. Je creëert verwachtingen die je niet waar kan maken.
Jep, inderdaad. De Syrier krijgt een ton, en weet plots alles wat nodig is om in Nederland aan het werk te gaan, zo werkt het. Nee, die ton wordt uitgegeven aan Nederlandse instellingen. De kennis die daarbij als meerwaarde wordt gegenereerd (in het hoofd van de Syrisch arts) blijft ook in Nederland – dat is de bedoeling van de integratie die #0 bedoelt. Die ton is dus net zo goed (of eigenlijk net zo slecht) een ‘gift’ – het is eigenlijk een investering – als de vier ton die een Nederlandse student zou ‘ontvangen’.
Voor investering is het belangrijk dat het ook wat oplevert voor de investeerder. Voor Nederlandse studenten (met hun 4 ton) betekent dat dat ze in Nederland aan slag moeten. Datzelfde geldt voor de Syrische arts die zich om laat scholen, remigratie naar Syrië zou dan niet alleen een (gedeeltelijk, afhankelijk van hoe lang hij nog in Nederland werkte) verlies zijn voor de investeerder, het is ook een gedeeltelijk verlies voor de Syrische arts: specialismen die typisch zijn voor de Nederlandse samenleving en ziekenhuiswereld zijn dan plots overbodig.
Hoera, extreemrechtse invloeden verkregen -weer eens- nog meer ‘mediamegafoon’ dan de -letterlijke- wachtlijsten aan vrijwilligers om hen hen op te vangen die een ‘veilige haven’ zochten. Goebels et al gaven er – veel eerder- al verklaringen over.
https://www.snopes.com/fact-check/war-games/
“Sommige mensen laten zich maar wat graag bevestigen in hun vooroordelen” – kijk alleen maar naar de PVV/ FvD stemmers.
De ultraconformistische kneusjes der Lage Landen.
Maar hey, laaft U allen vooral aan nog meer drogredeneringen zoals ’testosteronbommen’ en meer van dat soort simplificaties. Alsof ‘projectie’ zelfs maar ‘iets’ uit zou hebben te staan met ‘ratio’ en meer.
Debielrechtse randfiguren, zoals (een klein aantal) “boze burgers”, verdienen enkel en allen ‘hoon’.
Ergo @5 : Fuck Off, cunt.
“Als we ook maar negatief kunnen doen hè?”
@2
Windvaantje, nog immer actief, je hebt -weer eens- volledig gelijk:
‘Het moet WEL ‘gezellig blijven’.
Toch, vaantje?
“Die dienen we met de grootst mogelijke spoed te begeleiden.”
Ook voor jou: Fuck Off, cunt. (alsof die mensen geen ervaring ‘zouden’ hebben in de omgang met ‘andere mensen’.. werkelijk: Fuck Off.
Voldoende negativiteit, Windvaantje?
@6
Je vult solidariteit naar eigen believen in. Nederland vangt mensen op die vervolgd worden. Dat hebben we afgesproken via allerlei verdragen welke Nederland gesloten heeft. Punt.
Vervolgens zijn die mensen in ons land en dan kan er een uitwisseling van wederzijdse belangen te zijn. Het is in ons -collectief- belang dat een vluchteling integreert, zijn capaciteiten exploiteert. Het is het belang van de vluchteling dat hij in ons land integreert: Als je in Rome bent, leef en doe als de Romeinen.
Verder kunnen we er kort of lang over discussiëren, de kosten van het groot brengen van een kind kost de Nederlandse gemeenschap én het desbetreffende gezin bijvoorbeeld een ton. (Of ieder ander bedrag) Vluchtelingen zijn voor het grootste gedeelte al volwassen, dus is er veel geld wat niet ingezet hoeft te worden voor het groot brengen. In economische zin worden ‘we’ er ook niet slechter van. Uiteraard wel met de restrictie dat deze redenatie niet eindeloos op gaat. We hebben geen 100.000 bakkers of tandartsen nodig.
Of bekijk het van de andere kant. Nederland heeft van oudsher vluchtelingen en arbeidsimmigranten toegelaten, hierdoor is in demografische zin onze bevolkingsopbouw stabieler dan andere Europese landen. Een horrorscenario voor iedereen boven de 50 zou een vergrijst land moeten zijn. Dat valt in Nederland in relatieve zin mee.
@7: och Folkward… ik ben hier niet om jouw verwachtingen waar te maken. voor de rest: TLDR.