COLUMN - Ik ben gestopt met de trein. Zomaar, van de ene op de andere dag, cold turkey. Lang voordat het Europees Parlement zou besluiten dat treinen moesten worden voorzien van de coupébrede teksten ‘Reizen met de trein brengt u en anderen rondom u ernstige schade toe’, afgedrukt over beeltenissen van geëlektrocuteerde koperdieven die aan dramatisch afgescheurde bovenleidingen bungelen en forenzen die elkaar in het gezicht niezen en hun medereizigers met tablets op het hoofd meppen, zat ik al in de auto. Twee weken inmiddels.
En nu heb ik dus FOMO. Fear Of Missing Out, voor wie het gemist heeft. Dat van het verdachte plastic zakje op Leiden Centraal vind ik het allerjammerst. Graag had ik mijn medepassagiers met de ogen zien rollen, naar de werkgever horen bellen dat het dus weer eens zover was, iets met een bom ofzo, niks bijzonders, maar dat gaat natuurlijk weer uren duren, o ja, en waar ik dus voor belde, dat afstemmingsoverleg gaat nu niet meer lukken en die beeldvormingssessie net-wel-net-niet, maar bel maar als ik telefonisch moet aanhaken, want bij calamiteiten mag je in de stiltecoupé gewoon normaal doen.
Dat dus. Heerlijk. Ik mis het. Ook de logistieke puzzel na de computerstoring -‘de backup doet het heel vaak wel’- en de sneeuw die maar niet wilde vallen, waren pareltjes die ik deze week via de autoradio aan me voorbij hoorde gaan. En de chaos op het spoor zal verder toenemen. Over een jaar applaudisseren we voor de machinist als we überhaupt op onze bestemming arriveren. Sigaretje in de mond, roken mag weer.
De ondergang van de trein bleek uiteindelijk veroorzaakt door innovatiedrift: de coöperatieve zelfrijdende autotreintjes (hoe ironisch). Met 130 kilometer per uur op een vijfbaansweg in je pyama je make-up bijwerken zonder gehinderd te worden door enig sociaal contact was politiek gezien nu eenmaal sexier dan het bedenken van een structurele oplossing voor het ongrijpbare NS-ProRail-geëmmer.
De angst niet over die ondergang te kunnen berichten slaat toe. Morgen gewoon weer met de trein. Als-ie rijdt.
Judy Moester schrijft ook op Facebook.
Reacties (6)
Aan de andere kant, d’r is niks zo gezellig als samen met z’n allen op de ijsbaan A50 toekijken hoe bij alle auto’s een voor een de lichten uitgaan door brandstofgebrek.
Dan vindt jij mij vast een hele sneue gast, reizend met trein en fiets (dagkaart 6 piek) vanuit mijn co2 neutrale atelier.
Treineren, of de weg overwegen…
Wat ik me elke dag weer afvraag, als ik zie hoeveel mensen er weer in mijn trein zitten: een aanzienlijk deel daarvan zal een auto hebben. In godesnaam, waarom gebruiken ze dat ding niet? Als je een auto kunt betalen, laat je kutbedrijf NS toch links liggen?
Wat een zeikerds weer. Nederland heeft een prima spoorwegnet, de trein is snel, comfortabel en vooral: hij gaat heel vaak.
Als je lekker al rokend in je auto in de file wilt aansluiten, doe dat dan vooral, maar laat de trein met rust.
@4 Benzine en parkeerkosten, misschien? Plus dat je in de trein door kunt werken en sommige plekken (centrum van grote steden) met de trein beter bereikbaar zijn dan met de auto.
Ik had ooit een collega die maar de helft van de tijd met de auto kwam, anders werd het te duur. Zelf nooit een auto gehad dus ik weet niet hoe dat uitvalt, maar voor hem was dat dus een reden.