Recensie Zomergasten | David van Reybrouck

Ik zag iets wat mijn voorstellingsvermogen te boven ging. Een soort magie. Geen goocheltruc, want bij een goocheltruc weet je dat het niet waar is. Wat hier gebeurde, dat zag je meteen, was wat het was: kunstenaar Nick Steur zette stenen op elkaar die onmogelijk op elkaar konden blijven staan. Al sinds zijn vroege jeugd stapelt hij stenen. Kennelijk is hij zo goed geworden in het vinden van het zwaartepunt dat hij stapels kan maken die de wetten van de zwaartekracht negeren. David van Reybrouck vertelde dat hij Nick Steur in Oostende aan het werk had gezien, op een snikhete dag, en dat hij zich aanvankelijk vooral verwonderde over het acrobatische aspect, maar dat hij dit na verloop van tijd kon loslaten en kon genieten van de pure, meditatieve schoonheid. “Dit is Rothko, voor mij”, zei hij. “Leg uit”, vroeg Wilfried de Jong. "Maar Wilfried, hoe moet ik dit nu uitleggen?", vroeg Van Reybrouck. Aan het begin van deze laatste aflevering van Zomergasten 2014 legde Van Reybrouck uit hoe hij te werk was gegaan. Hij wilde geen strak betoog houden. Hij had fragmenten gekozen met onderwerpen die de coulissen van zijn schrijverschap vormden. Daarin was hij zeer intuïtief te werk gegaan. Deze avond zou als een jazzimprovisatie zijn. Het ging niet om het doel, maar om de weg. "Een zwerver kan nooit verdwalen", zei hij. Je zou zeggen: dat moet Wilfried de Jong, jazzliefhebber, toch als muziek in de oren klinken. Maar Wilfried de Jong houdt niet van dwalen. Waar David van Reybrouck al beeboppend allerlei zijpaden van de schoonheid en de troost insloeg, daar lukte het Wilfried de Jong maar niet om van het pad af te raken. Dat lukt hem nooit: dwarsverbanden leggen, grote stappen maken en het overduidelijke ontstijgen. Hij vraagt het liefste naar de bekende weg.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022 copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Zomergasten | David van Reybrouck

COLUMN - Gisteren beweerde iemand in mijn nabije omgeving uit zeer betrouwbare bron te hebben vernomen dat voormalig Zomergast Reinbert de Leeuw zich in zijn leven nooit heeft overgeleverd aan de geneugten der vleselijke liefde. Doet deze kennis (waarvan wij de waarheidsgetrouwheid nooit kunnen controleren) enigszins ter zake? Vertelt het ons iets wezenlijks over Reinbert de Leeuw, iets wat we kunnen gebruiken om hem beter te leren begrijpen? Voor mij werpt het een net wat intensiever licht op m’n observatie dat Reinbert de Leeuws relatie tot muziek religieus van aard is. Een celibatair leven voor de muziek. Verder is het natuurlijk vooral een smeuïge roddel.

Doch dit geheel en al terzijde. Want eigenlijk wilde ik het met jullie hebben over de vijfde en laatste aflevering van Zomergasten: David van Reybrouck. Op papier wat mij betreft de interessantste. Hij weet veel, kan goed babbelen en heeft interessante opvattingen. Bijvoorbeeld over de toekomst van de democratie

Met Congo: een geschiedenis had hij het soort boek geschreven dat iedereen in zijn boekenkast wilde hebben, maar bijna niemand heeft uitgelezen (tenminste, dat geldt voor iemand in mijn omgeving, en daaruit meen ik te mogen concluderen dat het voor het overgrote deel van de mensheid geldt). Hij was mede-oprichter van de G1000, een evenement waar 1000 gewone burgers bijeenkomen om oplossingen te bedenken voor de diverse crisissen die België rijk is. En voor De Correspondent is hij correspondent Democratie, Cartografie en Conflictanalyse. Hij schijnt bijzonder veel waarde te hechten aan orde en netheid. Heeft een knipperlichtrelatie. Maakt deel uit van Het Brussels Dichterscollectief. Is graag onder de mensen, maar ook graag langdurig alleen. Studeerde archeologie omdat hij dan én met zijn neus in de boeken én met zijn handen in de grond kon wroeten. Zal de regie stevig in handen willen houden.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Recensie Zomergasten Reinbert de Leeuw

RECENSIE - Er klonk een stukje uit de beroemdste aria uit de Matthäus Passion. Onze twintig weken oude kat kwam een kijkje nemen. Hij bleef onbewogen naar de tv kijken terwijl een jonge jongen Erbarme Dich, Mein Gott zong in het laatste fragment van Zomergasten. Reinbert de Leeuw zei dat de muziek van Bach het hoogste was dat een menselijke geest ooit heeft bereikt en ooit zal bereiken. 

diep gelovig
Ik had tijdens deze avond al een paar keer eerder aan de diep religieuze Bach moeten denken. Bijvoorbeeld toen er een bijzonder fraai fragment over de voor mij onbekende Olivier Messiaen voorbij kwam. Deze Franse componist trok samen met zijn vrouw de bossen in om naar vogels te luisteren. Als hij een interessante zangpartij hoorde, schreef hij het razendsnel op. En omdat hij een man van zijn tijd was, zoals hij het zelf zei, liet hij zijn vrouw dezelfde zangpartij met een bandrecorder opnemen. Thuis beluisterde hij de tapes en schreef hij de zangpartij nogmaals uit. Vervolgens combineerde hij de twee partituren en zo kwam hij tot een compositie.

Aan het eind van zijn leven schreef Messiaen een opera over zijn grote voorbeeld, Sint Franciscus van Assissi, de middeleeuwse heilige die met vogels praatte. De Leeuw liet een stuk uit de opera zien, waarin Franciscus in katzwijm valt vanwege de verbluffende schoonheid waarmee de aartsengel zingt. Om iets van zulke eenvoudige schoonheid te durven componeren, zei Reinbert de Leeuw, moet je wel diep gelovig zijn. Hij zou dat, met al zijn intellectuele remmingen, nooit kunnen.