Het oude liedje van de hulp

Dik tien jaar geleden was Eveline Herfkens (PvdA) minister van ontwikkelingssamenwerking. Zij besloot het aantal landen dat hulp ontving drastisch terug te brengen, tot een stuk of negentien. Nu is het een staatssecretaris die over het onderwerp gaat, Ben Knapen (CDA). Een van zijn belangrijkste voornemens: het aantal landen terugbrengen tot onder de 16. Het zijn er nu 36, terwijl Herfkens er 22 achterliet. Een tweede oud refrein is dat de hulp meer ten dienste moet staan van het Nederlandse bedrijfsleven. Minder onderwijs en gezondheidszorg, meer infrastructuur en andere 'harde' investeringen. De multinationals zelf krijgen overigens steeds meer oog voor de softe kant in de arme landen waar ze opereren. De relatie met ontvangende landen moet minder eenzijdig, zegt Knapen, ongeveer het argument waarom 'ontwikkelingshulp' ooit omgedoopt werd in 'ontwikkelingssamenwerking', zonder dat er wezenlijk iets veranderde. Kortom, in de afgelopen tien jaar heeft in elk geval het Nederlandse beleid op dit terrein weinig ontwikkeling doorgemaakt, en te vrezen valt dat dat ook de komende jaren niet het geval zal zijn. En dat terwijl de WRR eerder dit jaar nog een steekhoudend voorstel tot hervormingen deed, waarin meer nadruk ligt op het geven van eerlijke kansen aan arme landen op de wereldmarkt, bijvoorbeeld in de sfeer van handelsvoorwaarden en maatregelen tegen belastingontduiking en corruptie.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.