In september van dit jaar zal het 70 jaar geleden zijn dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak. We kunnen de balans gaan opmaken – bijna alle oorlogsmisdadigers uit het conflict zijn zo langzamerhand overleden. Degenen die nog niet zijn ingerekend zijn er dus mee weggekomen.
Recentelijk werd het lot van Aribert Heim, de kamp- arts van concentratiekamp Mauthausen, bekend. Hij is in 1992 overleden aan kanker, klaarblijkelijk zonder al te zeer geleden te hebben. Hij is, volgens zijn zoon, rustig ingeslapen.
Waar zijn collega uit Auschwitz, Josef Mengele, nog op een bepaalde manier fascinerend is – een krankzinnige wetenschapper uit een stripverhaal, op zoek naar medische vooruitgang ten koste van zijn patienten – daar komt Heim uit de berichten naar voren als een weinig interessante sadist. Mengele deed mensen pijn om zijn medische kennis te vergroten, Heim was eerder iemand die zijn medische kennis gebruikte om mensen pijn te doen.
Zowel Mengele als Heim zijn er mee weggekomen. Het meest bizarre feit is dat beiden eerst nog tien tot vijftien jaar vrij in Duitsland hebben kunnen leven. De verklaring is wellicht een kwestie van perceptie. Het is makkelijker militairen en politiemensen van geweld te verdenken. Artsen hebben een goede reputatie. Misschien dat niemand wilde geloven dat mannen die de Eed van Hippocrates hadden afgelegd zo konden ontsporen. In 1958 werd er voor het eerst aangifte gedaan tegen Josef Mengele. In 1962 verliet Aribert Heim zijn woning in het Duitse Baden-Baden en verdween – een dag voordat de politie bij hem voor de deur stond.