Daar stond me ineens een enorm curieuze grafiek in The Economist van deze week: Nederland zou in de EU verreweg de strengste straffen uitdelen voor drugsgebruik en bezit van kleine hoeveelheden daarvoor. Een des te curieuzere observatie omdat in het onderliggende EU-rapport staat dat Nederland gebruiksdelicten doorgaans niet vervolgt.
Portugal staat helemaal onderin het rijtje, omdat het veel afkicktrajecten strafrechtelijk oplegt. Kortom, omdat de Nederlandse cijfers niet versneden zijn met de lichtste overtreders, komt het land streng uit de bus.
Ook steeds meer versneden is de Nederlandse ecstacy. Nog maar in de helft van de pillen zit de werkzame stof MDMA. De rest heeft als meest werkzame stof mCPP, waarvan het rapport meldt dat die helemaal niet zo werkzaam is, maar die voor de zekerheid toch maar onder controle gesteld is – wat de aantrekkelijkheid ervan natuurlijk vergroot, want als het verboden is, dan moet het wel werkzaam zijn. Sommige landen hebben mCPP nog niet verboden. Zij laten dergelijke pillen dus uit de statistieken van ecstacyvangsten. Het gebruik van die drug daalt, maar waarschijnlijk harder dan de grafieken aangeven.
Bij al die definitiekwesties is het lastig conclusies trekken. De EU zelf houdt het erop dat voortdurende aandacht nodig is om mensen van de drugs te houden. The Economist zette boven haar artikel: ‘Virtually legal’.