ELDERS - De Hoge Raad gaat de financiën van ex-koning Juan Carlos verder onderzoeken, terwijl de linkse minderheidsregering worstelt met de coronacrisis en pogingen van rechts om haar ten val te brengen.
Alsof de Spanjaarden nog niet genoeg aan hun hoofd hebben zijn er opnieuw verdenkingen gerezen over onregelmatigheden in het Spaanse koningshuis. Ex-koning Juan Carlos zou betrokken zijn geweest bij een deal van 6,7 miljard euro van een Spaans consortium met Saoedie-Arabië voor de aanleg van een hoge snelheidstrein. Juan Carlos zou volgens in maart uitgelekte rapporten in 2008, drie jaar voordat het contract werd gegund, een betaling van € 88 miljoen hebben ontvangen van Saoedi-Arabië’s inmiddels overleden koning Abdullah. Zijn zoon, de huidige koning Felipe, reageerde met het intrekken van het stipendium dat zijn vader ontving. Hij kondigde tevens aan dat hij zou afzien van een erfenis uit het fonds waarin het Saoedische geld wordt beheerd. Afgelopen maandag kondigde de openbaar aanklager aan dat nu wordt onderzocht of activiteiten van de ex-koning na zijn abdicatie in 2014 als crimineel beschouwd moeten worden.
Olifantenjacht
Juan Carlos besteeg de troon in 1975 na de dood van Franco. Hij was jarenlang erg populair vanwege zijn rol in de democratisering van het land en zijn matigende invloed op naar onafhankelijkheid strevende regio’s. In 2012 kwam hij in opspraak toen hij bij een olifantenjacht in Botswana zijn heup brak. Het land verkeerde in een diepe economische crisis waardoor de regering zich onder andere gedwongen zag gepensioneerden een eigen bijdrage van 10 procent te laten betalen voor hun medicijnen. De olifantenjachtpartij van de koning, die opgeroepen had tot soberheid, kostte, exclusief de heupoperatie, naar schatting 33.000 euro.
Zwager in de bak
Koning Felipe heeft het zo langzamerhand niet makkelijk om de reputatie van het Spaanse konigshuis nog enigszins te redden. Zwager Iñaki, ooit als succesvol handballer de trots van de familie, werd in 2018 tot bijna zes jaar gevangenisstraf veroordeeld voor het verduisteren van zes miljoen euro aan overheidsgeld. Hij zou in de gevangenis een riante voorkeursbehandeling krijgen. Rond zijn echtgenote Cristina hing ‘een indringende geur van medeplichtigheid’, maar de prinses kwam er met een geldboete vanaf.
Nieuwe crisis steekt kredietcrisis naar de kroon
De roep om een parlementair onderzoek naar de financiële zaken van de Spaanse koninklijke familie is door de regerende socialisten afgewezen. Er zijn andere prioriteiten. De Centrale Bank verwacht voor 2020 een record krimp tussen de 9% en 11,6%. Bij de vorige crisis in 2009 was er een daling van 3,7%. Ter vergelijking: de Nederlandse Bank verwacht voor Nederland in 2020 een krimp van 6,4%. De economische klap door de coronacrisis is volgens DNB-directielid Olaf Sleijpen „bijna twee keer zo zwaar als die van de kredietcrisis”. Voor Spanje zal de uiteindelijke krimp vooral afhangen van de mate waarin de toeristenindustrie alsnog op gang komt.
Noodtoestand
Tot 21 juni geldt in de Spanje nog de noodtoestand. Dinsdag is de (minderheids)regering, met steun van oppositiepartij Cuidadanos akkoord gegaan met een pakket nieuwe maatregelen. Waaronder de verplichting om een mondkapje te dragen in besloten ruimtes waar de anderhalve meter regel niet gehandhaafd kan worden. Regionale regimes vervangen een landelijke aanpak. Volgens een Brits onderzoek zou de strenge aanpak van de lockdown in Spanje duizenden mensen het leven hebben gered.
Vanaf 1 juli wordt de verplichte quarantaine voor toeristen opgeheven. Om de regels die dan gaan gelden te testen worden volgende week zesduizend Duitsers naar de Balearen gevlogen. De Britten moeten nog even wachten. Pogingen van touroperators om een quarantaine-vrije corridor te regelen voor hun clientèle vinden anders dan in Portugal in Spanje geen gehoor.
Politisering
In tegenstelling tot landen waar politieke partijen zich aaneensluiten om ‘samen’ de coronacrisis te lijf te gaan is de Spaanse aanpak van meet af aan onderwerp geweest van een hevig gepolitiseerd debat en protestacties van de rechtse partijen, de Partido Popular (PP) en de extreemrechtse Vox. Inzet is het laten struikelen van de socialistische minderheidsregering die gesteund wordt door Unidas Podemos, maar afhankelijk blijft van parlementaire steun van andere partijen. Dat begon bij de verontwaardigde reacties ter rechterzijde op de massale manifestaties op 8 maart, Internationale Vrouwendag, naar alle waarschijnlijkheid een eerste belangrijke bron van besmettingen. Het feminisme is de afgelopen jaren in Spanje aanzienlijk gegroeid en dat is een doorn in het oog van rechts. Terwijl de regering begin maart nog verweten werd dat ze te weinig maatregelen nam ging het de critici in de afgelopen maand vooral om een veel te lang aangehouden lockdown. Op 23 mei organiseerde Vox een autorally met leuzen als ‘Regering Aftreden’, ‘Vrijheid’ en ‘We willen geen Venezuela in Spanje’.
Unidas Podemos is bij het rechtse protest het voornaamste mikpunt. De partij is ontstaan uit het protest tegen de bezuinigingsmaatregelen tijdens de vorige crisis. De vraag is dus of de coalitie met de socialisten stand kan houden als er nu nieuwe bezuinigingsrondes komen met alle nadelige gevolgen voor massa’s Spanjaarden die de vorige crisis nog nauwelijks te boven zijn gekomen.