serie

Schuldhulp in Doetinchem

Foto: daisy.images (cc)

Te arm voor hulpverlening (2)

ACHTERGROND - Mensen met de ernstigste schuldproblematiek komen vaak niet eens in aanmerking voor schuldhulpverlening. En wanneer ze wel hulp krijgen, zijn de resultaten vaak niet goed. Schuldhulpverlening is een bedrijfstak waar veel geld omgaat, maar weinig resultaten worden geboekt. Dit is het tweede deel in een serie. Deel 1 verscheen gisteravond.

Charles de Haas is fractievoorzitter van Gemeentebelangen Smilde-Beilen-Westerbork in de gemeente Midden-Drenthe, en nummer één op de provinciale OPD-lijst. Hij kent het rapport van Westen. ‘De uitkomsten verbazen me niets. De resultaten van de schuldhulpverlening zijn volstrekt onduidelijk. Er gaat veel geld in om en je weet niet waar het blijft. In mijn gemeente Midden-Drenthe betalen we jaarlijks 350.000 euro aan de Gemeentelijke Kredietbank, maar welke resultaten ze nu echt boeken?’

Het is ‘mooie handel’, zegt hij onomwonden. ‘De mensen schrijven zich in bij de kredietbank, moeten daarna maanden wachten tot er iets gebeurt, maar de rekening die de bank stuurt aan de gemeente gaat wel al lopen, à 270 euro voor de intake en een vast bedrag per maand. Trouwens, zo’n kredietbank kan geld lenen tegen 1,7% rente maar rekent haar cliënten 7%. Ik zeg: de schuldhulpverlening is een zéér ondoorzichtige brij van belangen, met minimale resultaten.’

Ook Jaap Bos (74) die in Eindhoven al zestien jaar pro deo hulp en advies verstrekt aan mensen met schulden, herkent de door Westen gesignaleerde problemen. De gepensioneerde ambtenaar houdt spreekuur bij de plaatselijke Voedselbank, geeft een cursus ‘Eerste Hulp bij Schuld’ en gaat met schuldhebbers mee naar de rechtbank. ‘Ik krijg de mensen op mijn bordje die door de reguliere schuldhulpverlening worden afgewezen omdat hun problemen te ingewikkeld zijn. Het hele stelsel is rázend gecompliceerd en bovenal: volstrekt inefficiënt. Je hebt bijvoorbeeld beschermingsbewindvoerders voor de schuldenaars, saneringsbewindvoerders voor de schuldeisers, én curatoren. Mensen snáppen dat niet meer.’

Foto: daisy.images (cc)

Te arm voor hulpverlening (1)

ACHTERGROND - Mensen met de ernstigste schuldproblematiek komen vaak niet eens in aanmerking voor schuldhulpverlening. En wanneer ze wel hulp krijgen, zijn de resultaten vaak niet goed. Schuldhulpverlening is een bedrijfstak waar veel geld omgaat, maar weinig resultaten worden geboekt.

Eind november 2013 tekent de 35-jarige Marcia een schuldhulpcontract bij de gemeente Doetinchem. Met haar handtekening verplicht ze zich om, met haar man en twee kinderen, drie jaar lang op een zeer karig leefbudget te gaan zitten van zo’n vijftig à honderd euro per week. Lonkend perspectief: aan het einde van die drie jaar wordt wat dan nog resteert van hun schuld van 13.000 euro kwijtgescholden. Een eenmalige kans om met een schone lei te beginnen.

Bijna een half jaar later blijkt die lei nog even troebel als voorheen. ‘Het is dramatisch…’ vertelt Marcia. ‘Alles zit nog steeds in de aanvraagfase. Sinds november hebben we niks meer gehoord van de gemeentelijke afdeling schuldhulpverlening. En de schuldeisers zijn inmiddels weer begonnen met de incassoprocedures. Daar hebben ze nog gelijk in ook. En de Belastingdienst zal binnenkort ook wel weer op de stoep staan. Ik snap eigenlijk niet meer waar ik toen precies voor heb getekend. Ik dacht dat zo’n contract voor alle partijen verplichtingen inhield…?’

Marcia figureerde eind vorig jaar in een reportage in de Groene Amsterdammer over de afdeling schulddienstverlening van de gemeente Doetinchem. Ze legde toen uit hoe ze in de schulden was geraakt: man depressief en werkeloos thuis, zijzelf een aflopend, tijdelijk contract bij de gemeente. Als gevolg van de gekelderde inkomsten konden ze een doorlopend krediet niet meer aflossen. Ook moesten ze teveel ontvangen kinderopvangtoeslag terugbetalen.

Foto: daisy.images (cc)

Schuldhulp in Doetinchem | deel 3

REPORTAGE - Sjors van Beek liep voor de Groene Amsterdammer een week mee op de schuldhulpafdeling in Doetinchem. ‘Ik druk mijn eigen kinderen op het hart: zorg dat je nóóit afhankelijk wordt van de Belastingdienst of het UWV, zorg dat je niet in de wereld van de formulieren belandt.’ Vandaag deel 3 van de driedelige serie over schuldhulpverlening. (Deel 1 is hier te lezen, deel 2 hier).

Twee dagen later stuitert de 28-jarige Dave de spreekkamer binnen voor een ‘meldgesprek’: een eerste korte ontmoeting voor een globale analyse van de situatie. Al vijf jaar in de bijstand, 30.000 euro schuld. ‘Impulsieve aankopen op krediet, een computer, een muziekinstallatie, je kent het wel’. Nu wil hij schoon schip maken. Maar een schuldregeling waarbij hij wekelijks nog maar 50 euro leefgeld krijgt? ‘Kan niet, man! Ik moet shag hebben om te roken en ik ben een grote eter. Enne, ik blow me knetter’. Klantmanager Jochem van Dijk: ‘We kunnen je helpen, maar je zult toch echt werk moeten zoeken dan’.

Het zijn de uitzonderingen, vertellen de schuldhulpverleners. Klanten met een gat in hun hand en weinig realiteitszin komen ze niet zo veel tegen. Veel vaker stuiten ze op kwesties van scheidingen, werkloosheid, ziekte waardoor mensen in de financiële problemen raken. Zoals dat gezin in een welvarende nieuwbouwwijk aan de rand van Doetinchem. Marcia (35) werkt zelf bij de gemeente maar haar tijdelijk contract loopt af. Haar man Emiel (41) zit thuis als gevolg van een zware depressie. Hij wil omscholen naar de zorgsector maar krijgt na een mislukt traject geen hernieuwde toestemming meer van de bijstand. Hij moet productiewerk gaan doen ‘maar dat kan ik geestelijk niet aan, dan stort ik weer in’. Totale schuld: 13.000 euro, grotendeels door een doorlopend krediet, de rest door te lang doorgelopen kinderopvangtoeslag.

Foto: daisy.images (cc)

Schuldhulp in Doetinchem | deel 2

REPORTAGE - Sjors van Beek liep voor de Groene Amsterdammer een week mee op de schuldhulpafdeling in Doetinchem. ‘Ik druk mijn eigen kinderen op het hart: zorg dat je nóóit afhankelijk wordt van de Belastingdienst of het UWV, zorg dat je niet in de wereld van de formulieren belandt.’ Vandaag deel 2 van de driedelige serie over schuldhulpverlening. (Deel 1 is hier te lezen).

De Belastingdienst gaat bijna altijd akkoord met een schikkingsvoorstel door de gemeente, vertelt teamleider Jolanda Toepoel (45). ‘Maar heel vaak veroorzaakt diezelfde dienst mede de problemen aan de voorkant’. Teveel uitgekeerde toeslagen worden zonder pardon ingehouden via beslag op de uitkering. De beslagvrije voet, dat deel van het inkomen waar niemand aan mag komen, wordt daarbij met grote regelmaat geschonden. Is er daarna geen geld meer voor de huur? Kwestie van pech gehad.

Ook deurwaarders, voor wie het innen van schulden gewoon handel is, maken zich hier debet aan, concludeerde de Nationale Ombudsman onlangs nog: ‘Er zijn onvoldoende waarborgen om mensen om mensen met schulden te beschermen tegen een te ruwe greep in hun huishoudbeurs door deurwaarders’.

Bij de Belastingdienst gaat het vaak over teveel uitgekeerde toeslagen, toegekend op basis van schattingen vooraf. ‘Ik durf te stellen dat in vijf van de acht dossiers mensen gewoon zijn vastgelopen in het systeem, dat het een technische formulierenkwestie is’, zegt Toepoel. ‘Dan staat ergens een vinkje verkeerd of zijn ze vergeten iets door te geven of aan te vragen, en dan hebben ze een maand gewoon geen geld. Door de crisis hebben ze geen vet meer op de ribben en dan verzuipen ze. En kloppen bij ons aan’. Laatst nog, moesten mensen hun rekeningnummer nogmaals aan de Belastingdienst doorgeven, ook als er niks veranderd was. Wie niet reageerde, kreeg pardoes geen toeslag meer. Of nog zoiets: wie in de ziektewet belandt, krijgt nog maar per week uitbetaald. Maar de huur wordt wèl ineens afgeschreven. Het gat mag de afdeling schuldhulpverlening dichten. Doetinchem werkt aan een lokaal voorschotfonds voor dit soort noodgevallen. ‘Maar als Belastingdienst, UWV en gemeente nou eens bij elkaar in de bestanden mochten kijken en konden zien wat er al aan beslagen loopt, zouden we een hoop problemen voorkomen’, verzuchten de Doetinchemse ambtenaren.

Foto: daisy.images (cc)

Schuldhulp in Doetinchem | deel 1

REPORTAGE - Sjors van Beek liep voor de Groene Amsterdammer een week mee op de schuldhulpafdeling in Doetinchem. ‘Ik druk mijn eigen kinderen op het hart: zorg dat je nóóit afhankelijk wordt van de Belastingdienst of het UWV, zorg dat je niet in de wereld van de formulieren belandt.’ Vandaag deel 1 van de driedelige serie over schuldhulpverlening.

Een willekeurige week in een willekeurige gemeente: Doetinchem. In totaal tien mensen in financiële nood worden gevolgd terwijl ze contact hebben met de gemeentelijke afdeling ‘schuldhulp’. Vrijwel allemaal melden ze moe te zijn. Murw. Moedeloos. Niet alleen vanwege de schulden, maar zeker ook vanwege het ondoorgrondelijke, kille systeem waarin ze gevangen zijn geraakt.

Ze maken de post niet eens meer open, vertellen ze bijna zonder uitzondering. Ze hebben ‘papierangst’, zijn bang voor de volgende envelop. Meerdere personen kunnen in de spreekkamers hun tranen niet meer bedwingen. Ze zijn òp van de zenuwen. Ze zijn gesloopt.

Aan het einde van de week velt PvdA-wethouder Steven Kroon een hard oordeel: ‘Het is helaas waar, het is een complete chaos. De instanties tuimelen over elkaar heen, mensen raken volledig verstrikt in de regels. We hebben in Nederland een rete-ingewikkeld systeem gecreëerd, ik noem het de Nederlandse ziekte. Als lokale wethouder breek ik dat niet zomaar af, ik kan slechts mijn best doen om het lokaal zo eenvoudig mogelijk te maken’.