Harlem is een van de meest beroemde buurten van Amerika, het epicentrum van Afro-Amerikaanse cultuur en politiek. Het is ook een van de armste wijken van New York. Sargasso-correspondent Dimitri Tokmetzis woont er met zijn jonge gezin middenin en doet wekelijks verslag over het razendsnel veranderende leven in de wijk en daarmee over het razendsnel veranderende leven in de Verenigde Staten. Vandaag de zesde aflevering: het capsulaire leven.
Onlangs ontmoette ik Robert in de oude wasserette op Lenox Avenue. Een ras-Harlemnees, al is hij geboren in Belize. Tijdens een bonte was vertelde hij dat hij al veertig jaar in New York woont. Helaas kon hij de stijgende huren niet meer betalen en woonde hij noodgedwongen verder uptown. ‘Dat komt door rijke bleekscheten als jij’, plaagde hij. Nee hoor, hij was er wel blij mee dat de wijk wat meer gemengd werd en de huizen weer werden opgeknapt. Nu pakte hij gewoon dagelijks de metro om rond te hangen in Harlem. ‘Jammer dat de nieuwe bewoners zich zo in hun huizen terugtrekken en zich zo weinig met de buurt bemoeien’, mopperde hij. Maar er was altijd nog wel een vreemde te vinden die een potje schaak met hem wilde spelen.
Robert had veel van de VS gezien zei hij, maar geen plek was zo goed als New York en Harlem. ‘Ik heb een tijd in LA doorgebracht, maar vond het daar vreselijk. Goed, het weer is fantastisch. Maar waar zijn de mensen? Je ziet er niemand op straat. Iedereen zit binnen. In zijn huis, in zijn kantoor of in zijn auto. Nee, geef mij maar New York. Hier is altijd leven op straat. Wildvreemden praten met elkaar. Iedereen gaat met elkaar om: wit, zwart, bruin, geel.’ Zijn spraakwaterval concurreert met de Spaanse soap die op volume 10 boven ons blèrt.
Het is waar. Voor zo’n grote stad is het opvallend makkelijk om vreemden te ontmoeten. In de metro begint iemand zomaar een praatje. Op de stoep, of in het park leidt een beleefde knik tot een gesprek over het weer, de stad, of het leven. Zeker in Harlem leeft iedereen op straat (kleine appartementen, geen tuinen, brede stoepen en nog veel publieke ruimte). Bij goed weer worden de barbecues naar buiten gesleept en kan je zomaar uitgenodigd worden om een hamburger mee te eten.
Een veelgenoemde theorie over het gemoedelijke klimaat van New York is de zogenoemde metro-theorie: omdat zoveel verschillende mensen, van rijk tot arm, gebruik maken van de metro komen ze vaak met elkaar in aanraking en leren ze elkaar dus ook makkelijker accepteren. Blijkbaar is het voor de lieve vrede goed om een tijdje bij elkaar in een stalen omhulsel opgesloten te zitten.
In andere grote stedelijke gebieden zoals Los Angeles, Houston en Atlanta leven mensen veel meer langs elkaar heen. Ze komen elkaar alleen nog tegen in afgebakende ruimtes zoals kantoren, scholen en shopping malls. Of als ze letterlijk op elkaar botsen, zoals de film Crash zo mooi schetst.
Toch ziet het er voor New York en Harlem niet zo heel goed uit.
Toen ik de was uit de droger haalde, moest ik denken aan het werk van de Vlaamse filosoof Lieven De Cauter en zijn werk over het capsulaire leven (ja, je denkt nog eens aan iets als je de was doet). ‘In de welvaartstaat was de openbare ruimte als het ware één homogene, veilige, gepacificeerde ruimte. Nu brokkelt deze ruimte af. We verschansen ons in enclaves, gated communities, winkelcentra, werktorens, campussen. Dat is wat ik ‘capsularisering’ heb genoemd’, zegt hij in een interview met Gonzo Circus.
Hij gaat verder. ‘De maatschappij is geen continue of homogene ruimte meer. We zien een ruimte die versplinterd is tot enclaves, eilanden van orde en controle die zich in een zee van onveiligheid of chaos bevinden. De veilige orde van de welvaartstaat brokkelt af ten voordele van een orde die weet dat haar territorium niet meer in het geheel is te controleren: het stadsterritorium, het staatsterritorium en het wereldterritorium. Meer en meer zullen we circuits krijgen die als bruggen functioneren tussen de verschillende eilanden of enclaves in de archipel.’
‘Zo zijn er al geprivatiseerde wegen waarvoor je moet betalen om naar een andere locatie te reizen. Dat is de toekomst van onze maatschappij. De openbare ruimte is niet meer te redden. Ik geef toe dat het een rampscenario is. Daarin is de openbare ruimte opgeheven en geprivatiseerd. Zij wordt net als de spoorwegen onttrokken aan het gemeengoed. Infrastructuren zoals snelwegen en luchthavens zullen steeds verder in die private logica opgaan. Hindernissen worden opgeworpen tussen wie binnen en buiten is. Je moet betalen om binnen te komen. Het maatschappelijk leven speelt zich dan voornamelijk in capsules af.’
Buiten deze capsules staan de ongewensten, of zoals De Cauter het zegt, ‘de anderen’. Dat zijn de mensen die er op de één of andere manier niet bijhoren. Omdat ze immigrant zijn. Omdat ze te weinig geld hebben. Omdat ze tot een bepaalde bevolkingsgroep horen. Omdat ze psychisch gestoord zijn of anderszins ziek.
In de rijke stukken van New York, alles onder 110th Street, beginnen zich ook al capsules te vormen. In naam van stedelijke ontwikkeling duiken er overal zogenoemde Business Improvent Districts op. Dit zijn gebieden waar het stadsbestuur een aantal publieke taken heeft overgeheveld naar de private sector, de bedrijven die daar zijn gevestigd. Hieronder vallen vooral het schoonhouden van het gebied en de handhaving van de openbare orde. De politie komt er nog wel, maar het zijn in eerste instantie particuliere beveiligers die ervoor zorgen dat alles schoon, heel en veilig blijft. Het effect laat zich raden.
Openbare ruimtes worden afgesloten met hekken. Een speciale parkpolitie ziet erop toe dat er niet gelummeld wordt door onwenselijke types. Columbia University en andere universiteiten hebben hun eigen ordediensten die ook op straat surveilleren. Veelzeggend was het nieuws dat op Times Square nog maar één dakloze te vinden is. Niet dat er geen geld te halen is: het is een van de drukst bezochte plekken van de stad. Niet dat er zo weinig daklozen zijn: de laatste jaren neemt hun aantal spectaculair toe. De reden is simpeler. Alle anderen zijn al weggeveegd of weggejaagd. Weg uit Mid- en Downtown. Weg uit het rijke Manhattan.Wie zit er nog op ze te wachten? Ze zijn de vuiltjes op het uithangbord van corporate America, wat Times Square in wezen is.
Het effect is dat New York een prettige plek is geworden – voor wie het zich kan betalen. Een ander effect is, is dat in steeds meer gebieden voor de vreemde geen ruimte is. Je komt die ander inderdaad vooral in de metro tegen: een van de weinige ruimtes die de hele stad aan elkaar knoopt.
Dat proces begint nu ook in Harlem en het is de schaduwzijde van gentrification, waarbij nieuwe, meer welgestelde bewoners de oorspronkelijke bewoners verdrukken. Er wonen veel blanken bij mij in de wijk. Je ziet ze alleen nooit. Overdag aan het werk. ’s Avonds kom je ze tegen tijdens het joggen of in de biologische supermarkt. Als er weer een goede bakker, was- en opvouwservice, wijnbar of yogacentrum wordt geopend zijn we blij. Als een braakliggend stukje grond – dat ’s zomers wordt geannexeerd door barbecueende buurtbewoners – wordt volgebouwd zijn we ook blij. Weer nieuw, blank bloed erbij. Onze capsule is weer een stukje groter. Maar Robert zullen we er niet meer in tegenkomen.
Meer informatie: De Capsulaire Beschaving, Lieven De Cauter, NAI Uitgevers.
Reacties (22)
Prima stuk, mooie verweven combinatie van de werkelijkheid in Harlem en de boekaankondiging Capsulaire beschaving. Goed onderwerp voor stads-geografie, tip stuur ik door naar dochter.
In Nl is zijn de capsulaire wijken ook in opkomst (de Bilt, Hillegersberg). Ik ken het zg beschermd (opgesloten) wonen vrij goed uit Jakarta, maar dat is nog kinderspel bij wat je beschrijft. Ik ken het ook uit Kabul, maar daarbij vergeleken is Harlem weer kinderspel. Wel is het zo dat dit soort beveiligingsmanie nu overal doordringt, als het ware terug geimporteerd wordt.
Er staat: Er wonen veel blanken bij mij in de wijk. Je ziet ze alleen nooit. Overdag aan het werk.
Afijn, je bedoelt dus dat je wel negers enzo ziet overdag? Of bedoel je dat niet?
Er heerst toch weer zo’n ondertoon van ‘de blanke is de bad guy’.
Gelukkig is Dimtri journalist en wordt hij betaald door diezelfde blanken (maar dan in Nederland) en gelukkig heeft zijn vrouw een goed salaris als hersenspecialist. Wel chique om als blanke in o’n wijk te wonen he Dimitri? En dan vooral de andere blanken bekritiseren want jij bent de ‘enige blanke met het hart op de juiste plaats’. Alleen jij begrijpt de gekleurde medemens…
Ga eens in een wijk wonen waar geen blanke woont, of gaat dat je net te ver?
Je zegt ook: Als er weer een goede bakker, was- en opvouwservice, wijnbar of yogacentrum wordt geopend zijn we blij.
Tja Dimitri, zoals je weet zijn het vooral de progressieve blanken die er neerstrijken. Dan kunnen ze net als jij goede sier maken. En dan ’s avonds naar de yoga. Het lijkt verdorie NL wel!
Stel nou eens dat een Telegraaf-journalist een stuk schrijft over de achterwijken in Nederland en autochtonen (de paar die niet wegkunnen) laat klagen dat de wijk zo is veranderd en dat de nieuwkomers hen links laten liggen. Dan had Dimitri, de reageerders hier en andere media moord en brand geschreeuwd. Het woord ‘bruinhemden’ was gevallen en ook het woord ‘onderbuik cq fascisme’.
Maar nu het andersom is, wordt er geroepen: Praise the Lord! Hallelujah!
Wat heerlijk lijkt het me om ‘progressief’ te zijn…
Laten we de proef eens op de som nemen. Hier en daar een woord veranderd:
Er wonen veel islamieten bij mij in de wijk. Je ziet ze de hele dag, vooral de mannen. Overdag in het koffiehuis. ’s Avonds kom je ze tegen op straat of voor de moskee. Als er weer een halal-slagerij, een belwinkel of moskee wordt geopend zijn ze blij. Als een braakliggend stukje grond – dat ’s zomers wordt geannexeerd door barbecueende buurtbewoners – wordt volgebouwd met sociale huurwoningen zijn ze ook blij. Weer nieuw, islamitsch bloed erbij. Hun capsule is weer een stukje groter. Maar Truus en Jan zullen we er niet meer in tegenkomen.
Nou nou wat een verzuring. Je legt me nogal wat in de mond Peter.
Het enige wat ik met deze post wil zeggen is dat de demografie van de wijk grondig verandert – er stromen mensen met geld binnen (ja mensen als ik, hoewel je van freelance journalistiek en wetenschap ook niet rijk wordt hoor. Een van de redenen dat we in Harlem wonen is vanwege de relatief betaalbare woningen). Die instroom heeft een prijs, vooral voor de oude bevolking, namelijk dat die tot een herverkaveling van de publieke ruimte leidt, je zou kunnen zeggen; minder spontaniteit op straat. That’s it.
Jammer dat je dat leest als kritiek op de blanke (zou toch een aardig staaltje zelfhaat zijn). Overigens heb je hier ook een zeer omvangrijke zwarte middenklasse die je overdag ook niet ziet – nl. ook aan het werk.
Ik wijs je er alleen maar op, zie post 6, dat als je de boel omdraait, je hier weggezet zou worden als bruinhemd…
Godver Peter, moet je zoveel posts aan dat kleine beetje onzin besteden?
Mooi stuk. De Pijp cq de Jordaan in een notedop. Daar is de oorspronkelijke Amsterdammer ook vertrokken (naar Almere et al) en de meer welgestelde deed z’n intrede.
Goed stuk. Het onderwerp is trouwens razend interessant. In hoeverre is de stad nog van iedereen, en waar kunnen de westerse onaanraakbaren straks nog heen?
O, en Peter: terug in je hok of we roepen de therapeut.
@Peter: ik heb een voorstel. Als jij je nou voortaan ‘pindakaas noemt’, hou ik me verder rustig.
Rest me nog te vragen waar jij ‘begrijpend lezen’ heb geleerd?
Sluit me verder aan bij de complimentenmakers. De hele serie lees ik met groot plezier en interesse. Dank u, Dimitri.
Dit thema wordt verder uitgewerkt in het zeer fraaie jaarboek van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken. Omstreden Ruimte: over de organisatie van veiligheid en spontaniteit. Mooi boek.
7. Inderdaad veel zuur.
10, 11.
Zo heb ik het stuk ook gelezen, nogmaals prima verhaal, ook in verband met recht op ‘publieke ruimte’ dat ons meer en meer ontnomen wordt op grond van ‘veiligheid’.
Ik heb toevallig meegemaakt hoe in Kabul dat recht vrijwel geheel is opgeofferd aan een misplaatst gevoel van veiligheid. Deze methodes worden nu terug geimporteerd in de VS, maar ook in onze Nederlandse omgeving.
De socialisten in Antwerpen wisten goed waarom ze zich moesten verzetten tegen het voorstel voor een gated community van een of andere projectontwikkelaar tuk met dollartekens in de ogen en een boertig grote Duitse bak onder de kont.
Ik zou daar voor geen goud willen wonen
Mooi stukje.
@Pindakaas: foei!
De analyse van Peter is (hoewel ot en direct van toon en wellicht geïnspireerd op de bejegening die hij in eerdere draden ontving) natuurlijk ook interessant. (bejegeningsdeel laat ik liggen. Net als afnemende publieke ruimte)
De vergelijking is echter niet 1 op 1 correct.
In Harlem verdringen volgens D. de welgestelde werkende (vrnml. blanke? volgens. D.) burgers de op straat hangende werkeloze? (vrnml zwarte?) burgers. Deze verdringing wordt gestuurd door stijgende woningprijzen/huren en verbetert het lokale leefklimaat. Juist niet door intimidatie, cq buurt/sfeerproblemen.
In het voorbeeld van Peter vertrekken juist de welgestelden (vaak blanke, cq werkende deel) door de komst van lagere klassen (vaak islamieten) sfeer die daalt, intimidatie neemt toe en daalt het leefklimaat en dalen de prijzen wat dit versterkt.. Daar ondervinden de blanke achterblijvers de gevolgen en gaan erop achteruit. De achterblijvers in Harlem gaan er op voorruit.
Wellicht is dit nrc art (dus niet teklegraaf ;) en goede beschrijving en geft zijn visie goed weer.
http://www.nrc.nl/opinie/article2146425.ece/Traditionele_PvdA-achterban_ontvluchtte_de_grote_steden
Interessant stuk, al vind ik De Cauter ook een voorbeeld van eerder genoemde verzuring, op een andere manier:
“De maatschappij is geen continue of homogene ruimte meer. We zien een ruimte die versplinterd is tot enclaves, eilanden van orde en controle die zich in een zee van onveiligheid of chaos bevinden”
Nu heb ik niet al te veel kennis van onderwerpen als stedenbouw, maar wat ik me afvraag: is dit niet iets van de afgelopen +2000 jaar? Om waar wat te noemen, de arbeiderswijkjes vlakbij fabrieken vs mooie herenhuizen? Hierbij was de scheiding tussen klassen in de verschillende wijken ook duidelijk. En kijk eens wat er nu gebeurd: arbeidershuisjes die voor goed geld weggaan omdat er starters willen wonen…
“Zo zijn er al geprivatiseerde wegen waarvoor je moet betalen om naar een andere locatie te reizen. Dat is de toekomst van onze maatschappij.”
Heet dat niet gewoon tolwegen? Nou Boehoe hoor! Ook een concept zo oud als (water)wegen zelf.
Met plezier ook je stuk over de geschiedenis van Harlem gelezen Dimitri. Wellicht interessant om die sociale verschuivingen in de rest van NY ook te belichten?
@ seven
Dat is nu juist de grap. Maar wee degene die zulke dingen had durven zeggen zoals in post 6, die was gekielhaald.
Maar ja, ‘progressief’ meet al decennia met 2 maten.
WEllicht laatste woord erover @19.
Je hebt zeker een punt. Veel verschijnselen waar we ons vandaag aan storen zijn niet nieuw. Inderdaad zijn er veel grotere voorbeelden geweest dit soort scheidingen. Er zijn tijden geweest dat publieke ruimte niet bestond.
Maar daar ligt ook de kneep. Als je de geschiedenis als maatstaf neemt is vanalles goed te praten. Vrouwen zijn ook altijd onderdrukt geweest, maar we vinden het toch van enige beschaving getuigen dat vrouwen tegenwoordig dezelfde kansen krijgen als mannen.
Misschien ben ik een positivist, maar ik ga er toch vanuit dat er een zekere vooruitgang is geweest, zeker na WOII. Ik denk dat we rond de jaren zestig (begin al) een zekere gelijkheid hebben gecreeerd die zijn donkere kanten had, maar ook zijn merites. Ik denk dat we af en toe het kind met het badwater weggooien en dat die progressieve lijn is omgebogen naar … nou ja, misschien wel weer wat minder beschaving.
Om een lang verhaal kort te maken: het feit dat het vroeger ook gebeurde of voorkwam betekent nog niet dat het goed is.
@21: Ik snap er nog steeds geen zak van. Je zegt dat jullie blij zijn als de buurt verbetert, dat is dan toch goed?
Ik heb problemen met al dit soort anti-gentrification gepraat. Het alternatief is een statische situatie en een plek zonder enige stedelijke ontwikkeling. Dat lijkt me ook niet wenselijk.
Zou een beweging de andere kant op: nl. het verder verpauperen van de wijk, dan wel goed zijn? Dus: wat wil je nu eigenlijk!?
Een systeem van sociale woningbouw om wijken gemengd te houden zou interessant kunnen zijn, maar als dat zelfs in Amsterdam niet haalbaar is (de corporaties verkopen hun hele bestand in de Pijp en op de Zuidas wordt geen betaalbare woning gebouwd) lijkt het me in New York ook niet te doen.
(Laat commentaar vanwege InstaPaper.)