OPINIE - Een onvoorwaardelijk basisinkomen is geen goed idee volgens onze gastredacteur Hein Vrolijk. Hij heeft een beter alternatief en licht dat toe in twee delen. Vandaag deel 1.
De ‘Week van het basisinkomen’ is al enige dagen voorbij. Vrijwel onopgemerkt, als je afgaat op de progressieve media. Zelfs de speciale website meldde nauwelijks activiteiten. Rechtse media daarentegen hadden meer aandacht voor het basisinkomen. Zoals Das Kapital, dat een experiment in Liverpool bij voorbaat de grond inboort. Of De Telegraaf, die schrijft over een initiatief van de Zwitserse filmmaker Rebecca Panian. Zij wil 880 inwoners van een klein Zwitsers dorp een jaar lang een basisinkomen van 2200 euro per maand geven. Dan komt de aap uit de mouw: ‘Zij wil de proef financieren met crowdfunding en gaat er een film over maken.’
Als de vlag er zo bij hangt, dan is het hoog tijd om heel kritisch naar het onvoorwaardelijk basisinkomen te kijken. Voor een alternatief kunnen we ons laten inspireren door een ‘links’ idee van een ‘rechtse’ econoom.
Zelfs Rutger Bregman, in Nederland de meest bekende pleitbezorger, zette eind vorig jaar een andere koers in: ‘We schuiven het idee van een universeel basisinkomen op de lange baan.’
Bregman vindt dat basisinkomen nog steeds de beste optie, met als belangrijkste reden ‘dat er geen stigma meer zou zijn op het ontvangen van deze “uitkering” (iedereen krijgt haar immers).’ Is dit niet een raar argument: de wereld zit vol met stigma’s en het ontvangen van een basisinkomen lijkt mij daarvan het minst problematisch.
Om twee redenen pleit Bregman voorlopig voor een negatieve inkomstenbelasting, door hem aangeduid als basiszekerheid. Het scoort beter qua betaalbaarheid want je hebt dan geen rondpompmachine nodig, wat hij verder niet uitlegt – hij vindt het blijkbaar voldoende om te verwijzen naar een echte economieprofessor, Bas Jacobs. Bovendien ondervangt dit alternatief een moreel probleem: ‘Waarom zouden de miljonairs uit de Quote 500 ook een basisinkomen moeten krijgen?’
Wat Bregman niet vermeldt – en wat je eigenlijk nergens tegenkomt – is het probleem dat het universele basisinkomen de inkomensverschillen in eerste instantie juist groter maakt. Want iedereen krijgt een extra bedrag bovenop wat hij of zij al verdient, behalve – vreemd genoeg – diegenen voor wie dat basisinkomen eigenlijk is bedoeld: de mensen met een uitkering. Zij mogen hun uitkering – met allerlei bureaucratische rompslomp – immers inruilen voor een basisinkomen waar niet allerlei voorwaarden gelden. Op deze manier krijgen zij ‘evenveel wijn in nieuwe zakken’, terwijl de midden- en hogere inkomens van een extra fles wijn kunnen genieten. Niet bepaald een links voorstel.
Niet links en toch populair bij links
Dat roept de vraag op waarom het onvoorwaardelijk basisinkomen eigenlijk zo populair is geworden, en tot voor kort het alternatief van de negatieve inkomstenbelasting nauwelijks aan bod kwam. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat enkele banale emoties hier de doorslag hebben gegeven.
Zo heeft ongetwijfeld een rol gespeeld dat het concept van de negatieve inkomstenbelasting is geïntroduceerd door de Chicago-econoom Milton Friedman. Dat Friedman in linkse kringen niet goed bekend staat, is een understatement: hij wordt gezien als het boegbeeld van het neoliberalisme. En hij was zo fout om in de jaren ‘70 de Chileense dictator Augusto Pinochet advies te geven over het te volgen economisch beleid. Zeker in Nederland is links dan snel geneigd om zijn geschriften en ideeën volledig in de ban te doen, wat ik hier het negatieve halo-effect noem.
Dat emoties een (te) belangrijke rol spelen, heeft ook te maken met de benaming. Het basisinkomen doet denken aan onvoorwaardelijke liefde, een behoefte die wij zo goed kennen uit onze kindertijd (en daarna voortdurend blijven zoeken). De term ‘negatieve inkomstenbelasting’ daarentegen klinkt ingewikkeld en doet pijn in het brein. Inkomstenbelasting is iets wat je moet betalen en heeft daarmee een negatieve connotatie. Min x min = plus, dus positief, maar dan moet je wel even teruggrijpen op een elementair beginsel uit de wiskunde.
Laat ik het maar garantie-inkomen noemen, want dat is de essentie van deze variant. Wat er ook gebeurt, je hebt de garantie dat jouw inkomen altijd wordt aangevuld (door de belastingdienst) tot een bepaald maatschappelijk minimum – daarbóven heb je in principe geen rechten op extra toeslagen en moet je juist inkomstenbelasting betalen. Je zou het ook een maatschappelijk bodeminkomen kunnen noemen. Of basiszekerheid, zoals Bregman voorstelt. Misschien zelfs ‘Vrije-inloopbijstand’, de leuke term die Klokwerk gebruikte in deze column op Sargasso.
Wie is beter af: Bea of Gea?
Is er geen wezenlijk verschil tussen het onvoorwaardelijk basisinkomen en de negatieve inkomstenbelasting, zoals Bregman suggereert? Het antwoord kun je zelf aflezen uit een tabel, die ik met opzet heel simpel heb gehouden. Louter om het rekenen makkelijker te maken, hanteer ik een vlaktaks van 50 procent: hoeveel je ook verdient, je extra inkomen gaat altijd voor de helft naar de belastingen. Verder ga ik uit van een basisinkomen van 1000 euro netto; wederom alleen om praktische redenen want zonder huur- en zorgtoeslag is dit bedrag voor een alleenstaande niet voldoende, gelet op de huidige woon- en zorgkosten. Ik zie af van de diverse fiscale drempels, heffingen, toeslagen, uitzonderingen en andere elementen die het huidige belastingstelsel zo belachelijk ingewikkeld maken.
Om de twee opties zo goed mogelijk te vergelijken, ga ik uit van twee vrouwen, Bea en Gea, die in vrijwel alle opzichten gelijk zijn (zodat we straks ook vrijwel dezelfde uitkomsten zien). Beiden krijgen een uitkering van duizend euro per maand netto als zij hun studie hebben afgerond en nog geen werk kunnen vinden (periode 1). Na enige tijd hebben zij een baan gevonden met een bruto-inkomen van duizend euro per maand (periode 2). Beiden maken voortdurend promotie, zodat hun maandelijkse bruto-inkomen uiteindelijk stijgt naar 4000 euro (periode 5, de laatste jaren van hun werkzame leven). Voor beiden is het marginale belastingtarief 50 procent en netto verdienen ze evenveel, opklimmend van duizend naar 3000 euro per maand.
Het enige verschil: Bea woont in een land of regio waar het onvoorwaardelijk basisinkomen is ingevoerd, terwijl in het land van Gea de politiek heeft gekozen voor een garantie-inkomen, oftewel een negatieve inkomstenbelasting. Het onvoorwaardelijke basisinkomen houdt in dat Bea in iedere periode een toeslag krijgt van duizend euro netto per maand. Wat zij moet betalen aan inkomstenbelasting (IB), is simpel te berekenen: de helft van het bruto-inkomen, opklimmend van nul in periode 1 naar 2000 euro per maand in periode 5.
Gea daarentegen krijgt alleen in periode 1 het volle bedrag van duizend euro netto per maand. In de volgende periode wordt dit bedrag gehalveerd, vanwege de vlaktaks van 50 procent. Tel je deze 500 euro op bij het maandloon van haar eerste baan, dan is haar netto-inkomen 1500 euro. In periode 3, als zij tweeduizend euro bruto verdient, krijgt Gea helemaal geen garantie-inkomen maar hoeft zij ook geen inkomstenbelasting te betalen (daarom spreken economen over het break-even inkomen). Pas in periode 4 gaat zij 500 euro belasting betalen (50 procent van de duizend euro die zij meer verdient dan het break-even inkomen van 2 duizend). In periode 5 is de inkomstenbelasting voor Gea duizend euro, en resteert een netto-inkomen van 3 duizend euro.
Rondpompen
In de tabel is het bovenstaande samengevat. De onderste rij laat zien dat beiden gemiddeld hetzelfde bedrag betalen aan als ontvangen van de overheid (in de vorm van basis- resp. garantie-inkomen); wat rekenkundig natuurlijk alleen klopt wanneer alle perioden even lang zijn.
Bij Bea is dit saldobedrag 5000, bij Gea slechts 1500 euro gemiddeld per maand. Dat houdt in dat in het land van Bea heel veel belastinggeld moet worden rondgepompt, met alle bureaucratie en belastingontwijking die daarmee gepaard gaan. Bea krijgt gedurende haar leven immers weliswaar veel geld aan basisinkomen, maar zij moet per saldo evenveel aan inkomstenbelasting betalen. In de eerste perioden betaalt zij minder dan zij ontvangt; in de latere fasen van haar leven is het omgekeerd.
Zelfs bij een vlaktaks van 50 procent betaalt niemand graag belasting, vooral als het om grote bedragen gaan (zoals in periode 5). En mensen zijn selectief van memorie: als ze later klagen over veel belasting betalen, vergeten ze gemakshalve dat zij in voorgaande jaren juist hebben geprofiteerd van de Belastingdienst. Dergelijke problemen spelen een stuk minder bij het garantie-inkomen. Over haar hele levenscyclus bekeken krijgt Gea veel minder geld van de Belastingdienst, maar zij hoeft in totaal ook minder te betalen.
Minder rondpompen is niet het enige voordeel van het garantie-inkomen. In deel 2 noem ik andere redenen waarom we definitief voor de negatieve inkomstenbelasting moeten kiezen, en niet alleen ‘voorlopig’, zoals Bregman wil.
Een uitgebreidere versie van dit artikel is te vinden op Follow-the-Money en op de website van de auteur
Reacties (20)
We hebben allang een negatieve inkomstenbelasting in de vorm van huur- en zorgtoeslag.
Bureaucratisch lijkt me de negatieve belasting aanmerkelijk meer werk. Bij elke verandering in inkomen moet het opnieuw berekend en gewijzigd worden, vooral voor zelfstandigen/uitzendkrachten/mensen met 0-uren contracten betekent dat dus vaak maandelijks. Bovendien moet de uitkering ervan dan altijd achteraf (als gebleken is hoeveel je verdiend hebt), of je krijgt weer dezelfde problemen die je nu ziet bij mensen die (beperkt) werken met behoud van uitkering, waarbij uitkering terug betaald moet worden, naar gelang van het inkomen van de betreffende maand en waarbij de ontvanger verplicht wordt om constant administratie bij te houden van de inkomsten, of als fraudeur aangemerkt (de vastgestelde fraude zal dus in de praktijk hoger zijn bij deze variant dan bij het basisinkomen en dat zal het draagvlak ook geen goed doen). Overigens maak ik me geen illusies dat er in beide systemen evenveel bewust gefraudeerd wordt, aangezien er per saldo even veel geld mee te jatten valt.
“Wat Bregman niet vermeldt – en wat je eigenlijk nergens tegenkomt – is het probleem dat het universele basisinkomen de inkomensverschillen in eerste instantie juist groter maakt.”
Dat hangt natuurlijk nogal af van de bekostiging. Ik denk dat je in linkse kringen weinig mensen vindt die daar geen verhoging van de inkomsten/winstbelasting voor willen gebruiken, die de verschillen weer te niet doet, of zelfs verder verkleint.
Gratis geld bestaat niet dus boekhoudkundig moeten de werkende linksom of rechtsom via extra belasting opdraaien voor diegene die die een uitkering ontvangt, collectief verplichte crowdfunding. Alleen krijgen ze in dit geval niet een sigaar uit eigen doos zoals bij een basisuitkering (hoe je het beestje ook noemt). Economisch gezien is negatieve inkomstenbelasting feitelijk gewoon een bijstandsuitkering met een opgeleukte naam. Daar bestaat draagvlak voor mits de uitkeringsgerechtigde aan een aantal voorwaarden voldoet, waaronder zijn best doen met een baan vinden, maar met door mensen extra te laten werken zodat de buurman, zonder voorwaarden, betaald thuis op de bank kan blijven zitten is dat draagvlak zo weg.
Experiment na experiment met de basisuitkering mislukt en ook in Italië heeft de populistische regering het idee moeten laten varen omdat het onbetaalbaar bleek. Dat de linkse pers het er niet meer over heeft komt omdat ze er zelf ook niet meer in geloven.
@1
Ik krijg zorgtoeslag, maar betaal ook belasting. Dat is dus geen negatieve belasting aanslag. Per saldo kan het wel op nul uitkomen.
@2
Op zich heb je een punt, maar dat kan ondervangen worden met een voorlopige aanslag. Wat een IB heffing op het loon nu eigenlijk ook al is. Het is dan zaak voor de belastingplichtige om een juiste of anders prudente schatting in te dienen. Een kwestie welke nu ook al speelt, gezien de mensen die verontwaardigd zijn dat ze te veel ontvangen huur of zorg toeslag moeten terug betalen.
@3
Deze opzet kent toch een andere insteek. Die ligt in het break-even inkomen. Die ligt in dit fictieve voorbeeld bij 2000 euro welke belastingvrij wordt verdiend. Ik weet wel dat het fictieve bedragen zijn, maar mijn inschatting is dat ik met mijn lage inkomen er op achteruit ga. Terwijl een negatieve aanslag van 1000 euro te kort is om als alleenstaande van te leven. Zelfs als ik mijn inkomen boven de 2K zou weten te krijgen ga ik direct al 50% belasting betalen. Dus op het eerste gezicht lijkt me dit voor de lage inkomens een rechts plannetje en voor de hogere inkomens een links plannetje. Niet doen dus.
@3
O ja? Vertel!
https://nos.nl/artikel/2252466-italie-breekt-belofte-aan-eu-en-wekt-onrust-onder-beleggers.html
@4 De toeslagen zijn inkomensafhankelijk, net zoals de inkomstenbelasting. En ze worden allebei beheerd door de Belastingdienst.Geen enkele reden dus om dit niet te zien als de negatieve inkomstenbelasting die #0 voor ogen heeft.
Naar mijn idee is negatieve inkomstenbelasting, mits goed uitgevoerd, niet meer dan een uitvoeringsvariant van ‘normaal’ basisinkomen. Voordelen zijn dat de presentatie veel beter is (rijken krijgen geen geld overgemaakt, maar alleen belastingkorting) en de omvang van de geldstromen kan afnemen.
Nadeel is dat extra communicatie nodig is tussen belastingdienst, burger en wellicht ook de werkgever. Daar kunnen gemakkelijk fouten worden gemaakt, met alle ellende die daar op volgt als bureaucratieën fouten maken.
En helaas kan op dit moment onze Nederlandse Belastingdienst zoiets niet aan, zolang ze hun andere zaken niet op orde hebben.
@6: Bij de huurtoeslag treedt de armoedeval op: meer verdienen dan de bijstand is weinig aantrekkelijk want dan krijg je minder huurtoeslag en andere inkomensafhankelijke extraatjes Dat de armoedeval al voor de helft van Nederland geldt, kunnen we lezen op https://www.ftm.nl/artikelen/de-oplossing-voor-de-armoedeval?share=1
Dit probleem speelt niet bij de Negatieve inkomstenbelasting (evenmin bij de OBI, maar dat zorgt weer voor een rondpompprobleem)
@7: In deel 2 kunt u lezen dat de NIB meer is dan een uitvoeringsvariant van de OBI
@3: Ik ken geen enkel ‘mislukt’ experiment. De pilot in Finland wordt afgemaakt, alleen niet uitgebreid. In Ontario vindt men het te duur, maar daar is nog geen enkel resultaat bekend zodat niets te zeggen valt over slagen of mislukken.
In beide gevallen hebben heersende politici er geen zijn meer in, maar dat is heel iets anders dan mislukken.
Wat al dan niet in Italië gaat gebeuren onder de noemer van basisinkomen, is een behoorlijk beperkte en voorwaardelijke vorm van bijstand. Meer niet.
Eens met Bismarck: negatieve inkomenstenbelasting is veel complexer dan OBI. Om aan te haken op het voorbeeld van Bea en Gea. De belastindienst (BD) heeft een eenvoudige som te maken in het geval van Bea: toeslag van 1000 en 50% belasting op het bruto loon.
In het geval van Gea wordt ie veel moeilijker: afhankelijk wat er daadwerkelijk in Box 1 is binnengekomen in het jaar moet x-% van het garantieinkomen moet worden teruggevorderd (aangenomen dat het garantieinkomen aan het begin van het jaar als voorschot wordt verstrekt). In een vrij extreem – maar niet onrealistisch scenario – moet Gea het hele garantieinkomen terug betalen: als zij in jaar 1 van 0 naar 2k bruto gaat – een vrij gebruikelijk scenario, het is het verschil tussen niet werken en voltijd werken.
Natuurlijk, de cijfers in het voorbeeld zijn enigszins willekeurig, maar om het garantieinkomen enigzins betaalbaar te houden treedt in algemene zin het “break even inkomen” vrij snel op. Zeker als je dingen uit het echte leven – toeslagen, schenkingen, inkomen uit woning, etc. – aan de model toevoegt.
@10: dat verhaal in groningen was toch mislukt?
welk verhaal in Groningen? En wat heeft dat met mijn pleidooi voor een negatieve inkomstenbelasting te maken?
@11: Zelfs in Nederland moet het toch mogelijk zijn dat iedereen aan het begin van het jaar een grove inschatting maakt van de maandelijkse inkomsten (of de schatting van de Belastingdienst bevestigt dan wel aanpast) zodat er voor iedere maand een VOORLOPIG belastingbedrag (positief of negatief) wordt uitgekeerd resp. betaald.
Net als nu het geval is moet je na afloop van het jaar de definitieve inkomsten opgegeven, zodat de zaak vereffend wordt. Moet je bijbetalen, dan moet je over het verschil tussen voorlopige en defintieve inkomsten bijv. 2% rente betalen, Is het definitieve bedrag lager dan het voorlopige dan KRIJG je hetzelfde renteperscentage.
Verder raad ik u aan nog eens goed naar de tabel te kijken want u lijkt het niet helemaal begrepen te hebben
@13: ik reageer op #10……
https://www.dvhn.nl/groningen/Te-weinig-geld-Einde-aan-experiment-met-basisinkomen-in-Groningen-23165923.html
Verder raad ik u aan nog eens goed naar de tabel te kijken want u lijkt het niet helemaal begrepen te hebben
kan kloppen. uw WARTAAL in #14 begrijp ik al niet.
@11
Hoewel ik het ook eens ben met Bismarck, is de voorgestelde negatieve inkomstenbelasting een stuk simpeler dan de huidige praktijk.
@0/Hein Vrolijk
Helaas is dat een echt en geldig argument, met reële en verregaande gevolgen voor de acceptatie van basisinkomen (al dan niet geframed als uitkering). Er bestaan tal van voorbeelden (bijvoorbeeld de acceptatie van Amerikaanse voedselbonnen), waaruit blijkt dat hoe meer mensen in aanmerking komen voor (en gebruik maken van) een voorziening, hoe geaccepteerder die is. Ergens is dat nogal wiedes: hoe meer mensen je kent die gebruik maken van een voorziening, hoe duidelijker het is dat een vooroordeel ongerechtvaardigd is. Iemand als #3 grossiert in het verkondigen van dat soort vooroordelen, zoals je ook aldaar kunt lezen. Daarnaast geldt ook dat hoe minder geaccepteerd iets is, hoe makkelijker het is (voor de machthebbers, onevenredig veel rijken) om de getallen omlaag te krijgen: ‘Waarom 1000 euro, van 900 kan je prima leven’ (ook al leven ze zelf van 5000), ‘Waarom 50% van mijn hardverdiende geld pakken, de overheid kan prima af met 40%’
Hier zijn twee dingen op aan te merken. Ten eerste de aanname dat de omvang van (de kosten van) de bureacratie enkel evenredig is met de omvang van de geldstroom. Dat is zeker een aspect, maar ik denk dat je andere aspecten enorm onderschat. Ter vergelijking: De enorme pomp op een pijp vraagt veel vermogen: dat is jouw punt. Maar wat ook vermogen vraagt zijn alle controle- en regelmechaniek, net als aanvullende pompen om de druk en stroom in gekoppelde pijpen te regelen. Die gekoppelde pijpen staan voor uitzonderingen, extra regeltjes. Een belastingdienst die ‘alleen’ geld int en iedereen 1000 euro uitkeert is goedkoper dan een belastingdienst die eerst gaat bepalen hoeveel geld er geïnd moet worden, en wie er vervolgens hoeveel extra krijgt. (Al moet ik zeggen dat met jouw voornoemde geldstromen het mij onwaarschijnlijk lijkt dat de paar meer regels bij een stroom van 1500 euro meer zou kosten dan het minimum aan regels bij de 5000 euro). Maar met die uitzonderingen komen we bij het tweede punt.
Ik heb het al een keer genoemd in je vorige artikel, maar het lijkt niet te zijn aangekomen. Ook daar had je het over belastingontwijking, waarvoor je nogal huiverig schijnt te zijn. Nu lijkt het mij in dit voorbeeld dat de omvang van de geldstroom in het geheel geen relatie heeft met enige belastingontwijking, zoals jij noemt. De belastingontwijking komt, meen ik, vooral door het aantal regeltjes en uitzonderingen en gebruik (maar moreel misbruik) ervan. Laat ik het zo uitleggen: voor elke daad (ja, dit is geleend uit de misdaad) zijn er 3 aspecten nodig: middelen, motief en mogelijkheid. Waar jij vooral gefocust bent op het ‘motief’-gedeelte, neem je ‘middelen’ voor lief en negeer je ‘mogelijkheden’ in het geheel. Laten we het hebben over belastingontwijking en hoger belastingtarief en fors minder regels ten opzichte van een lager belastingtarief en meer of gelijkblijvende regelgeving. Hoewel een ontwijker méér motief heeft om in het eerste geval belasting te ontwijken, heeft hij ook minder mogelijkheden om dat te doen. Bij een minimum aan regels blijft alleen de keuze over ‘belasting betalen of optiefen’, een keuze die zo drastisch is dat die niet vaak gemaakt wordt. Legaal creatief zijn met regels komt veel vaker voor (zie ook de Panama Papers en LuxLeaks), en kan met relatief weinig middelen en weinig motief bewerkstelligd worden.
Door de perfide invloed van de hoeveelheid regels niet te erkennen heb je naar mijn idee een blinde vlek. Voor zover ik voor het beperken van (belasting)regels zijn, is dat ook mijn motivatie. Vaak blijkt dat extra voorzieningen voor de onderkant van de maatschappij toch gecompenseerd worden voor de bovenkant. Maar de bovenkant heeft wél de middelen (kennis ervan, kennissen, geld) om van die regeltjes gebruik te kunnen maken, maar de onderkant vaak niet.
Verder: als je voornaamste motivatie is om het heen-en-weer-pompen van geld te minimaliseren, dan zijn er twee uitersten die datzelfde doel bereiken: geen overheid en alleen maar overheid. ‘Minder rondpompen’ als motivatie is dus zeker niet het enige waarnaar je moet kijken.
edit [zie huisregels]
@15: Als uw bedoeling was onze discussie te beeindigen, dan bent u met vlag en wimpel geslaagd. Gefeliciteerd!
@12: Ja dat zou je wellicht kunnen zeggen. MIES in Groningen wilde via crowdfunding geld inzamelen om na loting mensen een jaar lang € 1.000 per maand te betalen. Dat is gelukt voor twee mensen en daar zijn positieve verhalen over.
Het is ze niet gelukt om meer geld in te zamelen. Dat is jammer, maar is dat een mislukking?
In Duitsland loopt een dergelijk initiatief overigens nog steeds.
@16: Hoewel ik het ook eens ben met Bismarck, is de voorgestelde negatieve inkomstenbelasting een stuk simpeler dan de huidige praktijk.
de praktijk van geen neg. inkomstenbelasting? of denk je dat de negatieve inkomstenbelastingen de bijstand, toeslagen, etc gaat vervangen? zie #4: die wil dat niet (en hij is een directe belanghebbende). wss wordt het een en-en verhaal.
@18: nee hoor, ik laat je niet het laatste woord hebben. maar goed, leg ff zonder hoofdlettergescheeuw uit waarom mijn #11 niet zou kloppen. als Gea van 0 naar 2000 gaat wordt het gehele garantieinkomen toch teruggevorderd?