COLUMN - Marc van Oostendorp gaat in op voor taalkundigen onverwachte vragen die ‘het publiek’ gesteld heeft aan de Nationale Wetenschapsagenda.
Taalkundigen denken het volgende over ‘leken’: dat ze denken dat spelling hetzelfde is als taal. Dat hun wetenschappelijke belangstelling zich beperkt tot de etymologie. Dat ze geobsedeerd zijn door het verval dat ze overal om zich heen menen te zien.
Maar wie zou er durven beweren dat er uit ‘het brede publiek’ geen onverwachte vragen kunnen opborrelen nadat hij de volgende vraag gelezen heeft?
Wanneer kan het Nederlands afgeschaft worden in de publieke sfeer?
Het is nog steeds vrij gebruikelijk dat er bij publieke aangelegenheden Nederlands gesproken wordt, ook binnen universiteiten. Dit vormt echter een groot probleem voor talentvolle buitenlandse wetenschappers, zowel in het dagelijks leven als aan de universiteit. Zij worden door de taalbarrière uitgesloten van veel besluitvorming binnen de universiteit en daarbuiten.
Ook als docent zijn ze slecht in te zetten, aangezien veel vakken nog in het Nederlands worden gegeven. Hierdoor zullen veel jonge talentvolle onderzoekers uitwijken naar bijvoorbeeld de Verenigde Staten of Engeland, waar de internationale taal van de wetenschap wel algemeen gehanteerd wordt. Persoonlijk heb ik al te veel verhalen hierover gehoord. Is het mogelijk om het Engels in te voeren als officiële taal, en het gebruik hiervan bij belangrijke publieke zaken verplicht te stellen? Dit lijkt me essentieel als we nog mee willen doen met de top van de wetenschap, die zich nu eigenlijk alleen bevindt in Engelstalige landen.
Jullie moeten toegeven dat het een geluid is dat je niet vaak hoort. Er wordt weliswaar gaandeweg op allerlei plaatsen steeds meer Engels ingevoerd – zie bovenstaande door mijzelf eerder deze maand bij de Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij (Hema) geschoten foto – maar zelden lees je dat iemand vindt dat het allemaal veel te lang duurt.
Effect
Nu is de invoering van een officiële taal natuurlijk een politieke kwestie, en hoewel ik er geen onderzoek naar gedaan heb, vermoed ik dat het klimaat in Nederland niet zodanig is dat men geneigd is om de gehele samenleving aan te passen aan de ambitie om ‘mee te doen met de top van de wetenschap’. Mijn indruk is dat zulks niet de zorg van veel Nederlanders is; al kan ik me daar natuurlijk in vergissen.
Overigens hebben we in Nederland geen ‘officiële taal’, althans niet in de zin van een wet die een taal als zodanig benoemt. Uitgerekend Wet op het Hoger Onderwijs is het juridische buitenbeentje: daarin wordt gesteld dat het onderwijs normaal gesproken in het Nederlands moet zijn, tenzij er sprake is van een uitzonderingssituatie – inmiddels verkeren bijna alle masterprogramma’s in die uitzonderingssituatie, en steeds meer bachelors. Het is dus de vraag of de afschaffing van deze Wet veel effect zal hebben in de door de vragensteller gewilde richting. Ook het wettelijk aanwijzen van een ‘officiële taal’ zal denk ik weinig zin hebben, tenzij men bereid is sancties toe te passen op ambtenaren die onvoldoende Engels spreken.
Concreet
Met de vraag wordt wel onderstreept dat buiten de angelsaksische wereld het taalprobleem een van de grote onopgeloste problemen van de moderne universiteit is. Enerzijds wil je om talenten aan te trekken geen al te grote barrières opleggen en er dus voor zorgen dat de internationale wetenschapstaal ook de taal van het dagelijks leven op de campus en daarbuiten wordt. Anderzijds wil je niet met al je topgetalenteerde ruggen naar de samenleving gaan staan, en daarvoor is het nodig dat je ook de taal van de samenleving spreekt.
Ik geloof dat je er hoe dan ook niet komt door de universiteit eentalig te maken. Er moet een modus gevonden om juist verschillende talen in de academische omgeving te laten bloeien. De wetenschap zelf zou misschien kunnen helpen zo’n modus te vinden, al geloof ik niet dat er onderzoekers concreet met deze kwestie bezig zijn.
Reacties (15)
De hele premisse vind ik al twijfelachtig; Ierland is wel Engelstalig maar doet totaal niet mee met de top van de wetenschap, terwijl Zwitserland dat wel doet (de ETH zit wat betreft de bètawetenschap grofweg in de dezelfde league als Oxford en Cambridge).
” Hierdoor zullen veel jonge talentvolle onderzoekers uitwijken naar bijvoorbeeld de Verenigde Staten of Engeland, waar de internationale taal van de wetenschap wel algemeen gehanteerd wordt.”
Vind deze vraag uitgaan van stuitende arrogantie. Dat ten eerste. Ten tweede, die jonge talentvolle onderzoekers (persoonlijk heb ik liever jonge talentvolle mensen, onderzoekers komen vaak moeilijker aan een baan dan ze verwacht hadden…) kiezen hun universiteit helemaal niet uit op basis van taal.
Dit vormt echter een groot probleem voor talentvolle buitenlandse wetenschappers
Als die geen Nederlands willen leren zijn ze dan wel zo talentvol?
De betreffende onderzoekers worden immers gefinancierd door Nederlandse belastingbetalers, en ik vind dat wetenschappers ALTIJD in staat moeten zijn hun uiteindelijke financiers uit te leggen waarom het belangrijk is dat ze doen wat ze doen. Het leren van mores en communicatie mogelijkheden van een land waar je werkt hoort wat mij betreft bij excellentie waar zoveel over gepocht wordt in academische kringen.
We hebben in onze afdeling dit probleem. Negen Nederlanders en drie niet-Nederlanders waarvan er een geen Nederlands kan spreken. Alle Nederlanders spreken goed Engels als het op inhoud aankomt, maar juist als het over organisatie gaat en over mensen (werkoverleg) dan is bij veel van ons Engels niet toereikend.
Moeten bij wijze van spreken dan die negen Nederlanders maar op een advanced training Engels gaan om de ene collega te kunnen betrekken? Ik weet het niet hoor.
> Het is nog steeds vrij gebruikelijk dat er bij publieke aangelegenheden Nederlands gesproken wordt, ook binnen universiteiten. Dit vormt echter een groot probleem voor talentvolle buitenlandse wetenschappers, zowel in het dagelijks leven als aan de universiteit.
Ik ken best veel buitenlandse onderzoekers, maar ik heb ze nog nooit horen zeggen dat ze problemen ondervinden in het dagelijks leven.
> Zij worden door de taalbarrière uitgesloten van veel besluitvorming binnen de universiteit en daarbuiten.
Ze hebben inderdaad problemen met het universitaire vergadercircuit, maar ik geloof niet dat ze daarvoor naar Nederland komen. Veel (en ik denk de meeste) onderzoekers houden van onderzoek, onderwijs, lezingen, en cultuur en niet van vergaderen.
Dat ze van besluitvorming buiten de universiteit uitgesloten zijn lijkt me irrelevant. Dat zijn de in bv. de VS ook grotendeels.
De titel vind ik alvast een groot probleem. “De publieke sfeer” is totaal iets anders dan dat elitaire en zeer afgescheiden stukje toponderzoek. En als je werkelijk zou bedoelen dat we onze hele taal en de daarmee samenhangende cultuur zouden moeten opgeven en omzetten naar het Engels, alleen om te zorgen dat die paar buitenlandse onderzoekers naar Nederland komen, dan eh… ben je niet goed wijs in mijn opinie. (Excuus. Het klinkt wat heftig. Maar echt, dat is toch geen doen.)
De universiteit heeft verder veel fundamentelere problemen, bv over wat hun positie en rol in de samenleving nou eigenlijk moet zijn – is dat een speelhoekje voor enkele genieen en het management dat er graag mee mag pronken, of is het iets wat juist ook heel erg in de maatschappij moet staan en een baken van kennis, beschouwing en onderzoek binnen die maatschappij moet zijn.
En dat laatste bv is niet alleen maar hypothetisch. Veel onderzoek op sociale gebieden (denk aan onderwijs en maatschappelijk) wordt in het Engels geschreven.
Helaas beschrijven ze daarmee zelden goed de nuances van de Nederlandse situatie, omdat bv de Nederlansche schoolindeling zich niet zomaar laat vertalen naar de Engelse of Amerikaanse tegenhangers, net zomin als allerlei wet- en regelgeving. Lost in translation.
(Hierbij wil ik nog graag de obsessie met de APA-normen* noemen, bedoeld om zorgvuldig te zijn met citaten en referenties, en om tabellen uniform weer te geven. Op zich een loflijk streven, ware het niet dat de formele kant de leesbaarheid danig in de weg zit.)
Het gevolg hiervan is dat onderzoek dat hier gedaan wordt, over situaties die hier relevant zijn, vrijwel niet gelezen worden door mensen die veel zouden kunnen hebben aan de kennis, puur omdat het op allerlei mogelijke manieren ontoegankelijk gemaakt is. (Na de taalbarriere en de wetenschappelijke geheimtaal vaak ook nog eens met een paar flinke betaalmuren.)
(Overigens, het overgrote deel van dat onderzoek dat zo nodig in het Engels moet is dusdanig niet-verheffend dat het de Amerikanen verder echt worst zal zijn hoe wij met onze jongeren omgaan. Gewoon in het Nederlands doen en pas als er wereldschokkende resultaten uitkomen het onderzoek herhalen in een nieuwe setting maar nu in het Engels, dat zou mooi zijn. Dan heb je meteen een mooie reden om het te reproduceren.)
Is dat hoe we de universiteit in onze maatschappij willen hebben staan: als iets dat wel kennis uit onze maatschappij haalt, maar waarvan we eigenlijk niet weten hoe we die kennis vervolgens weer terugbrengen naar diezelfde maatschappij?
En zijn het de belangen van de toponderzoekers waar het hier om gaat? Waar zijn de belangen van de studenten, de overige onderzoekers, de medewerkers, de maatschappij als geheel…?
Je stelde een paar artikelen geleden de vraag of Nederlands kan blijven bestaan. Volgens mij prima. Tenzij we, misleid door slechtonderbouwde ideologie om in alles op de VS te gaan lijken, onze uiterste best doen om het expres kapot te maken natuurlijk.
* APA staat voor American Psychology Association, ook al heel buitenlands dus.
Laat de universiteiten zich maar bezig houden met de opleidingen/onderzoeken van Nederlandse/Nederlands sprekende studenten.
Beetje sorteren op toptalenten, i.p.v. streven naar zoveel mogelijk “papiertje(s)-bezitters” afleveren, kan geen kwaad ;-)
@6,
Nou eigenlijk, beide kunnen wel kwaad. Sorteren op toptalent is gemakzuchtig, vergroot de tweedeling tussen een kleine elite en de rest, haalt het totale niveau van onze samenleving omlaag, draagt bij aan het kortetermijndenken en de egocultuur, en leidt niet tot een omgeving waarin men bedachtzaam kan zijn, kan falen en nog eens na kan denken… zo essentieel voor de ontwikkeling van echte inzichten.
Maar deze twee uitwassen zijn dan ook NIET de enige opties. Zo zou je ook (en ok, het is wat gewaagd) gewoon goed onderwijs kunnen bieden. Toegankeijk voor zoveel mogelijk mensen (niet per se iedereen maar toch ook niet zo enorm gereguleerd als nu), haalbaar voor de mensen die de capaciteiten bezitten en de moeite ervoor doen. En de mensen voor wie het niet haalbaar is, die blijven vanzelf wel weg, geen enkel probleem. Daar hebben we geen BSA of harde knip of wat dan ook niet voor nodig.
Geen zware selectie aan de poort, geen optimalisatie van output, maar gewoon goed onderwijs. Laat dat de focus zijn.
Beide uitwassen komen namelijk vooral voort uit de wens om op een paar heel makkelijk te meten grootheden ‘de beste’ te willen zijn. Of het aantal studenten (of het aantal studenten met een papiertje), of de ’top’. Centraal staat dat de uni in beide gevallen niet haar best wil doen zoveel mogelijk voor de student te doen, of voor het ontwikkelen van kennis in een maatschappelijke context, maar de student vooral zoveel mogelijk wil gebruiken voor haar eigen glorie.
Als we daar nou eens mee ophouden.
@7:
Er staat “beetje sorteren op toptalenten.
Dit betekend niet dat de rest niet tot een studie mag worden toegelaten.
Maar dat men (wat mij betreft), waar het het wetenschappelijk onderzoek aangaat, de beste moet selecteren.
Tenzij men kiest voor geldverslinding, in de vorm van het opleiden van toekomstige werkloze personen, die nooit werk zullen vinden, dat aansluit bij hun opleiding ;-)
@8, dat blijft een beeld waar ik me tegen verzet.
Dit bijvoorbeeld is een van die ondermijnende, schadelijke frames. NEE, het is helemaal niet nodig om de beste onderzoekers te selecteren. Het is veel belangrijk om mensen goed te leren onderzoeken, en verder vooral veel ruimte te bieden voor de juiste processen. (Dus ook aandacht voor de mislukkingen, de saaie reproducties, de kritische beschouwing van andermans onderzoek.) De focus op spectaculaire resultaten door ’toptalenten’ werkt zeer regelmatig behoorlijk averechts op de kwaliteit (het hangt nogal samen met het ontstaan van datamanipulatie bv.)
Het is ook behoorlijk geldverspillend, want aanwijzingen dat het in z’n totaliteit tot betere wetenschap leidt is er eigenlijk nauwelijks, terwijl er enorm veel tijd en geld verspild wordt aan allerlei irrelevant meta-geneuzel (je presenteren als ’toptalent’ bv, of al die energie en tijd die er gaat zitten in het schrijven van onderzoeksvoorstellen, ipv daadwerkelijke onderzoeken, waarbij de voorstellen die vervolgens gekozen worden meestal keurig aansluiten bij de huidige hype en een keurige prognose geven over de verwachte resultaten en opbrengsten, en daarmee dus juist niet erg vernieuwend zijn – echt onbekend terrein durven we niet meer op te gaan, want je weet niet wat je krijgt.)
Omgekeerd herhaal je het idee dat het verspilling zou zijn als mensen een opleiding doen die zich niet meteen uitdrukt in een meetbaar baanresultaat. En da’s onzin. Goede opleiding leidt tot beter nadenken, wordt meegenomen naar alle vlakken van het leven en heeft daarom ook effect op bv geluk, gezondheid, veiligheid, welbevinden, etc. Dat is allerminst verspilling, daar zouden we juist veel meer van moeten hebben.
Lees ook het stuk van Ramsey Nasr op http://newuni.nl/
Laat men op de universiteit maar Engels spreken. Vind ik prima. Maar Nederlands in de “publieke sfeer” moet vooral gewoon blijven. De groep die in Nederland niet voldoende engels spreekt is namelijk vele malen groter dan de groep die er baat bij zou hebben (de elite).
Daarnaast is die eerder genoemde groep al eerder keihard genaaid met de Europese open markt en vrij verkeer van personen, waar zij totaal geen enkel voordeel bij hebben, maar wel de nadelen van ondervinden.
Dat beetje meer grammatica, dat het Engels boven het Nederlands heeft, maakt dat laatste echt niet veel moeilijker. In IJsland doceren ze ook in het IJslands, en dat is wel even wat moeilijker dan beide andere talen bij elkaar opgeteld. Oefening baart kunst. Nederlands is daarnaast een veel preciezere taal dan Engels. Wil men op een grotere taal overstappen, kies dan Duits.
Je zou zeggen dat jonge, talentvolle wetenschappers toch niet zo’n moeite moeten hebben om er een taal bij te leren. Vooral niet als dat de taal is van het land waar je studeert of wil gaan doceren.
mij kan het niet snel genoeg gaan. De potsierlijkheid van die stervende talen van Europa! (álle Europese talen dus, behalve Engels). Weg ermee. Op naar één wereldtaal: de huidige lingua franca.
@13, leve de eenvormigheid, en weg met al die schakeringen en nuances tussen verschillende talen! (En ook weg met alle cultuurhistorisch erfgoed, nergens voor nodig.)
@13: Bah, ik moet er niet aan denken, een lelijke taal voor mensen, die naamvallen en werkwoordsvervoegingen moeilijk vinden.