Mail van de Kamervoorzitter

Foto: Martin Bosma, foto SDVBou, CC BY-SA 4.0 , via Wikimedia Commons.

COLUMN - Ik weet niet hoeveel hoogleraren in de loop van de parlementaire geschiedenis hatemail in hun mailbox hadden hangen van een voorzitter van de Tweede Kamer – maar sinds afgelopen donderdag ben ik zo iemand. De mail stamt uit een voor drs. Martin Bosma onrustige nacht van bijna twee jaar geleden – 23 december 2021. Ik heb er eerder niet over geschreven omdat ik, zoals veel mensen, indertijd een beetje medelijden had met de schrijver ervan – een lid van een partijtje dat nooit meer iets leek te kunnen bereiken en die zijn frustraties koelde op een geïnteresseerde observator die aanmerkingen had op zijn functioneren. Ik wilde niet lullig doen over een nachtelijke uitbarsting van zo iemand, dus ik liet het zitten. Ik heb hem wel gevraagd of ik in het kader van de discussie de brief mocht publiceren, maar hij wilde dat niet en daarmee beschouwde ik de kwestie als afgedaan.

Wat was er gebeurd? In een stukje van twee dagen voor de woedenacht had ik beschreven wat Bosma had gemaakt van zijn voorzitterschap van de Interparlementaire Commissie (IPC) van de Nederlandse Taalunie: niet veel. Bosma is zo’n beetje de enige Nederlandse parlementariër die zich de afgelopen 20 jaar om de Taalunie heeft bekreund, maar hij deed dat vooral uit amateurisme en feitelijk heeft hij in al die tijd nooit iets tot stand gebracht.

Prooi

Deze constatering had nu Bosma’s nachtelijke toorn opgewekt. Ik zal de brief uit kiesheid nog steeds niet publiceren, al stel ik hem voor serieuze journalisten en/of toekomstig biografen van het Kamerlid graag ter inzage. Bosma meldde dat hij natuurlijk ook niet veel had kunnen doen, door corona-lockdowns en doordat er een nieuwe Algemeen Secretaris was, en wat al niet. Ook vond hij dat ik geen kritiek op de IPC mocht hebben. Ik was daarmee een activist geworden, want als geleerde mag je kennelijk nooit iets vinden van hoe een politicus zijn werk doet – terwijl het omgekeerde natuurlijk wel mag.

Maar vooral lanceerde hij een theorie over waarom ik kritiek had op zijn gebrek aan effectiviteit: dat was natuurlijk omdat hij een PVV’er was! Ik had zijn partij weliswaar nergens genoemd, maar ik keek als hoogleraar natuurlijk neer op zijn kiezers! Anders had ik het natuurlijk alleen maar prachtig gevonden dat het enige dat het IPC tijdens Bosma’s voorzitterschap had bereikt was dat Nederlandse en Vlaamse parlementariërs samen een reisje langs de taalgrens hadden gemaakt. Dan was ik niet ten prooi gevallen aan ‘activisme’.

Hobby’s

Nu had ik in het hele stukje de politieke partij waartoe Bosma behoort niet genoemd: lamlendigheid kent geen politieke affiliatie. Maar daar had Bosma iets op gevonden: in de archieven van Neerlandistiek (en van de ‘extreem-linkse’ website Joop) rust een stukje dat ik schreef met de titel ‘Schrijven PVV’ers een apendialect?’ Die vraag (het is een vraag, er staat een vraagteken achter) wordt in dat stukje weliswaar negatief beantwoord – ik wijs er juist expliciet op dat je in maatschappelijke discussies nóóit over het taalgebruik van je tegenstanders moet beginnen, en ik doe dat in reactie op iemand anders die dat ‘apendialect’ noemt – maar aan die nuance, die trouwens in de allereerste zinnen van het stukje wordt gemaakt, was Bosma niet toegekomen. Hij concludeerde uit de titel dat ik PVV’ers ‘apen’ vond.

Ondertussen vergat Bosma mij niet. Begin dit jaar riep hij tijdens een vergadering van het IPC ertoe op dat ik het geld dat ik in 2021 zou moeten terugbetalen (vanaf minuut 54 in het onderstaande filmpje) omdat we in ons rapport geen melding zouden hebben gemaakt van problemen met het bestuur op het Algemeen Secretariaat – hoe konden parlementariërs dan weten dat die problemen er waren? De visitatiecommissie was 2 dagen op het Algemeen Secretariaat geweest – dat kon je toch niet van Kamerleden verwachten?

Dat hier vooral uit bleek dat Bosma ons rapport waarop hij zei ‘blind te varen’ niet had gelezen – die problemen werden er gewoon en heel duidelijk in benoemd, maar dat had hij kennelijk in de anderhalf jaar na het verschijnen nooit gezien – heb ik hier al uitgelegd. Maar dat ik vind dat je als parlementariër rapporten moet lezen, en dan vooral de stukken waarop je in eigen woorden blind vaart, dat zal ook wel een uiting zijn van mijn activisme.

Wat is dat ook voor extreem links gedoe, om te willen dat parlementariërs hun werk doen?

Ik neem aan dat Bosma zich nu terugtrekt uit de Interparlementaire Commissie van de Taalunie, omdat zijn taken als voorzitter van de Tweede Kamer dat vereisen (ik heb daar overigens, en voor de duidelijkheid, geen kritiek op, het is volgens mij de gewone gang van zaken). Het betekent dat er nu waarschijnlijk geen enkele Nederlandse parlementariër meer is die zich om de Taalunie bekreunt.

Reacties (9)

#1 Co Stuifbergen

Het is wel heet vriendelijk dat de auteur de brief niet publiceren wil.

We mogen verwachten dat een briefschrijver (en zeker een politicus) de verantwoordelijkheid voor zijn uitlatingen dragen kan.

Het zou een andere zaak zijn als Bosma zijn woorden terugtrekt en excuses aanbiedt.

  • Volgende discussie
#2 Knor

> ‘het is een vraag, er staat een vraagteken achter’.

En toch, en toch – als je een stukje had geschreven met de titel ‘zijn zwarte mensen lui?’ (het is een vraag! Er staat een vraagteken achter! In het stukje staat luid en duidelijk ‘nee’) dan kom je niet weg met dat argument.

Er is vast een stijlfiguur die deze manier van schrijven een naam geeft. Ik hou het op ’trollen’.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#2.1 Bismarck - Reactie op #2

Als het een reactie is op iemand die publiekelijk de opmerking heeft gemaakt “Zwarte mensen zijn lui” (om de analogie even helemaal door te trekken), dan denk ik dat jij volledig naast zit.

#3 Prediker

Waar gaat dit stuk nu helemaal over, behalve wat gekissebis tussen twee heren met bestuursfuncties?

Ik schreef een paar jaar terug iets kritisch over Martin Bosma’s functioneren als voorzitter van de overlegcommissie over Taal tussen het Nederlandse en Vlaamse parlement, en daar schreef Bosma toen een pinnige mail op.

En afgelopen juni gooide Bosma mijn visitatiecommissie onder de bus omdat wij allerlei spanningen op de werkvloer van de Nederlandse TaalUnie niet zouden hebben gerapporteerd. Nou, dat hadden we mooi wel, dus Bosma heeft gewoon zijn huiswerk niet goed op orde. En dan nog een beetje triomfantelijk suggereren dat de rekeningen voor onze arbeid maar niet betaald moeten worden, foei, bah!

Oké, duidelijk Marc; je vindt Bosma dus maar een lapzwans. Hij zal lang de enige niet zijn die zijn nevenfuncties labbekakkerig invult. Tal van types in het openbaar bestuur die allerlei commissariaten, raden van toezicht en andere overlegorganen stapelen, omdat dat zo handig is om te netwerken en goed op het CV staat.

Dus waarom is dit saillant? Omdat Bosma een PVV’er is en nu voorzitter van de Tweede Kamer. Anders zou iedereen er z’n schouders over ophalen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3.1 Co Stuifbergen - Reactie op #3

Hij zal lang de enige niet zijn die zijn nevenfuncties labbekakkerig invult.
Misschien doen die anderen het toch net iets beter.
Of uiten die anderen ook allerlei ongefundeerde valse beschuldigingen?

Extreem-rechtse politici doen dat zo’n beetje continu.

#4 Rigo Reus

Dit stukje heet: Mail van de Kamervoorzitter.

Maar: Martin Bosma was geen voorzitter van de Tweede Kamer toen hij die e-mail stuurde, in december 2021.
Dus minder misleidend (en correcter) zou zijn: mail van de Voorzitter van de Interparlementaire Commissie (IPC) van de Nederlandse Taalunie.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4.1 SoulBrotherSix67 - Reactie op #4

Als er stond “Oude mail van de man die nu Kamervoorzitter is” was het duidelijk geweest, maar dat maakt de huidige omschrijving niet misleidend of incorrect.

Wanneer je het stuk leest en dan de tijd tussen de ontvangst van de mail en het begin van het Kamervoorzitterschap mee gaat wegen, dan is er inderdaad een discrepantie. Maar ik denk dat de huidige titel misschien juist wel bewust gekozen kan zijn: dat het bedoeling is om aan te geven dat de lijn die Bosma toen had, nu in zijn voorzitterschap voort wordt gezet (of dat dat de verwachting is). Dus dan is tijd wel een factor, maar de overeenkomst is het functioneren.

#4.2 Prediker - Reactie op #4.1

Bosma is jarenlang ondervoorzitter van de Tweede Kamer geweest, en vriend en vijand zijn het er over eens dat ‘ie dat uitstekend heeft gedaan.

Dat ‘ie er een potje van maakt in een nevenfunctie en daarin een visitatiecommissie onder de bus gooit om z’n eigen straatje schoon te vegen, doet daar niet aan af. Tenzij je zou kunnen laten zien dat ‘ie ook in zijn functie als voorzitter van de Tweede Kamer eigenlijk een luilak is, die zich er met een jantje van leiden vanaf maakt en als het dan misloopt anderen de schuld geeft.

Reden waarom Bosma problematisch is als Kamervoorzitter, is omdat ‘ie er allerlei foute, verkapt wit-supremacistische, denkbeelden op nahoudt en die ook in publicaties en via Twitter regelmatig verkondigt. Maar dat heeft met deze akkefietjes weinig te maken, lijkt me.

#4.3 Hans Custers - Reactie op #4.2

Volgens mij gaat dit stuk niet zozeer (of niet alleen) over luiheid of gemakzucht, maar zeker ook over rancuneus gedrag. Het woord hatemail valt niet voor niets al in de openingszin.