DOCUMENTAIRE - Dagelijks wordt Herman Sier herinnerd aan de reis die hij een maand geleden maakte naar Nigeria. Niet door de naderende uitzending van de documentaire over die reis (“Hallo wereld, hier Olieramp”, vrijdagavond om 21:15 uur op Nederland 2), maar door de enorme verschillen tussen daar en hier waar hij elke dag tegenaan loopt.
Dat besef ik elke keer dat ik de wc doorspoel, met water dat zwaarder gecontroleerd is en een betere kwaliteit heeft dan bronwater in het restaurant of uit de winkel. Doet me telkens weer denken aan die moeder die we spraken bij die waterput bij het plaatsje K-dere in Nigeria. Ondanks de gore stank en smaak van het water uit die put, drinken zij en haar jonge kinderen daarvan.
Natuurlijk vermoedt ze dat het ongezond en gevaarlijk is, want ze heeft in haar omgeving steeds meer kinderen ziek zien worden. Maar ze moet wel, er is niets anders. Wij weten hóe ongezond en gevaarlijk het is: in een rapport van het milieubureau van de VN staat gedocumenteerd dat er tot 900 maal de norm aan benzeen in het drinkwater is aangetroffen.
Dat herinnert me aan een heel ander verschil: hoe anders gaan we hier om met vervuiling! Neem het olielek in Barendrecht, geconstateerd op 11 juli dit jaar. De NAM schreef het volgende in haar eigen nieuwsbrief:
“In de omgeving van de Voordijk te Barendrecht is woensdagmiddag 11 juli een olielekkage geconstateerd aan een NAM-leiding. […] De toevoerende systemen zijn uit bedrijf genomen, zodat de druk van de leiding is en geen nieuwe vloeistof kan toestromen. De grond is over een oppervlakte van enkele tientallen vierkante meters vervuild […] Donderdagochtend zal worden gestart met het afgraven van de vervuilde grond […] De pijpleiding zal hersteld moeten worden en er zal in overleg met de betrokkenen een saneringsplan worden opgesteld voor de verontreinigde grond. De vervuilde grond zal worden afgevoerd naar gespecialiseerde grondverwerkers. NAM heeft een onderzoek ingesteld naar de toedracht van dit incident.”
Zie dan voor het contrast dit filmpje van ons boottochtje bij Bodo in Nigeria. Kilometerslange kreken met olie op, in en onder het water, kilometers zwartbesmeurde oevers, een troosteloos gezicht.
Dat is al jaren zo, het wordt steeds erger, en nog steeds gebeurt er niets. Het verschil is schrijnend: hoe snel doen “we” (de NAM) er hier iets aan, hoe lang moet het daar nog duren voordat “we” (Shell) er iets aan doen.
Als je vanavond kijkt naar “Hallo Wereld, hier Olieramp” zie je nog veel meer verschillen tussen hier en daar. De omstandigheden zijn niet te vergelijken. Maar is dat een excuus om het maar zo te laten?