Het demasqué van Jean-Paul Sartre

Foto: © OT Rotterdam Leven zonder Sartre, foto Pepijn Lutgerink copyright ok. Gecheckt 15-03-2022

RECENSIE - De grote filosoof van de linkse opstanden van 1968 was zowel privé als in zijn filosofie onbetrouwbaar. Z’n muze Simone de Beauvoir werd ook slachtoffer.

In bijna anderhalf uur voltrekt zich in Leven zonder Sartre bij het OT Rotterdam de ontluistering bij De Beauvoir in een schitterende rol van José Kuipers, tegenover Tim Linde als ex-studentenleider Benny Lévy en vertrouweling van Sartre.

Stukje bij beetje moet De Beauvoir gewaar worden dat haar grote ‘essentiële liefde’ Sartre onder de hoede van Benny Lévy (niet verwarren met latere geestverwant BHL) in zijn laatste levensjaren zijn veren van het existentialisme min of meer heeft afgeschud, in ruil voor religieus geïnspireerde opvattingen vanuit het Messiaans-Joodse denken en de kabbala.

Lévy publiceerde de weerslag van hun gesprekken in Le Nouvel Observateur drie weken voor de dood van Sartre in april 1980. Aanvankelijk heerste ongeloof en werd Lévy misleiding verweten vanuit z’n eigen opvattingen, maar Sartre bevestigde de inhoud en teneur. De dialoog is uitgegeven onder de titel ‘L’espoir maintenant, ou le mythe d’une rupture’, in het Nederlands als ‘Wat blijft is de hoop – de gesprekken van 1980’.

Het leek erop alsof Sartre, de grote filosoof van het naoorlogse atheïsme en marxisme, zich min of meer bekeerde. Zoals veel a-religieuze Joden was hij zich op latere leeftijd gaan interesseren voor de religieuze kanten van het Jodendom, aangezet door medestrijder en latere secretaris Benny Lévy die zijn Maoïstisch denken al eerder had verlaten en later nog een orthodoxe rabbijn zou worden. Lévy las Sartre ‘Difficile Liberte – Essais Sur Le Judaisme’ van de eveneens Franse Emmanuel Levinas voor.

Levinas – die eerder in Nederland dan in eigen land Frankrijk erkenning kreeg ! – propageert de ethiek, in de vorm van religieus geïnspireerde daden van verantwoordelijkheid voor anderen ontvouwt de ontmoeting zich, volgens Levinas. Kort door de bocht: die andere bepaalt jouw handelen, vindt Levianas. Terwijl Sartre bij uitstek de filosoof was van de eigen verantwoordelijkheid voor het scheppen van je leven, van de vrije, nietsontziende keuze om je eigen weg uit te stippelen. Levinas’ familie in Litouwen werd grotendeels uitgemoord door de Nazi’s wat zijn denken bepaald heeft, ofschoon hij aanvankelijk z’n filosofische en religieuze inzichten probeerde te scheiden.

De ‘bekering’ van Sartre leidde uiteraard tot reacties van volslagen ongeloof bij z’n volgelingen, De Beauvoir voorop. Ze was woedend op Lévy. Hij had de ernstig verzwakte, blinde, onder zware pillen levende Sartre gehersenspoeld. Met dit verwijt gaat De Beauvoir in dit toneelstuk op bezoek bij Lévy, om de ‘paarse schriften op te eisen waarin zijn dialogen met Sartre zijn opgeschreven. Ze werpt hem valsheid en misbruik van Sartre voor de voeten, maar Lévy wijkt geen millimeter.

Vervolgens zien we Simone de Beauvoir reflecteren op haar eigen leven: voor wie had ze zich eigenlijk gegeven? Niet alleen was hun ‘open relatie’ vooral door Sartre uitgebuit, de invloed van hem op haar werk als filosofe was aanvankelijk vooral beperkend. Ze schikte zich in haar rol van wat ze zelf noemde ‘verloskundige’ van de grote ideeën van de grote Sartre en zijn miskenning van haar eigen werk leidde zelfs tot vernietiging daarvan. Tot ze met ‘De tweede sekse’ als grondlegger van het feminisme furore maakte. En niet minder als romanschrijfster, waarbij langzamerhand duidelijk werd dat ze het werk van Sartre ook redigeerde.

Zo wordt de omslag van Sartre in het licht van zijn levenseinde voor De Beauvoir een vorm van vrijwel ondraaglijk verraad van de man die ze 51 jaar lang trouw is gebleven in weerwil van zijn wispelturigheid in denken en flirts. Als niet-Joodse is ze door Sartre op het laatst nog als een soort buitenstaander gemaakt.

En dat heeft Mirjam Koen, de grande dame van het Onafhankelijk Toneel, op voortreffelijke wijze weergegeven met Leven zonder Sartre, al is het door de ogen van onze tijd. Koen en haar trouwe verwanten van het Onafhankelijk Toneel verdienen beter dan een zaaltje aan een Rotterdamse kade waar zo’n vijftig toeschouwers anderhalf uur lang gebiologeerd van perfect teksttoneel mochten genieten. Dankzij het spel van José Kuipers, terug bij OT Rotterdam waar ze tussen 1990 en 2012 onder regie van Mirjam Koen bloeide. En Tim Linde, in dit stuk een wat a-typische acteur past daar perfect bij, net als de kale entourage en kleding

Leven zonder Sartre première gezien in het OT-Theater in Rotterdam, 8 februari 2020; nog te zien in Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Amsterdam, Haarlem, Arnhem, Maastricht en Leiden

Reacties zijn uitgeschakeld