OPINIE - Wilders heeft het meest radicale kabinet uit de parlementaire geschiedenis laten vallen. Je kunt niet anders stellen dan dat dit een zegen voor ons land is. Hopelijk zijn we na de aanstaande Kamerverkiezingen definitief af van de (xenofobe) symboolpolitiek, het eindeloze geruzie, de profileringsdrang en het kortzichtige beleid dat enkel op electoraal gewin gericht is. Voor zo’n centrumkabinet staat niet iedereen te springen. Vooral VVD’ers – onder aanvoering van Dilan Yesilgöz – lijken het nauwelijks te kunnen verkroppen dat GL-PvdA een potentiële regeringspartner wordt. Ik vind dat hoogst opmerkelijk, schrijft Bram van Gendt.
GL-PvdA deelt grotendeels de probleemanalyse van de VVD als het gaat om maatschappelijke kwesties, in tegenstelling tot haar voormalige coalitiepartners. Wat resteert is vervolgens de ‘hoe’-vraag: hoe wordt deze problematiek opgelost? De beantwoording daarvan is grotendeels ideologisch bepaald en dat is prima; dat hoort bij een gezonde parlementaire democratie. Hoe anders was dat bij partijen zoals PVV en BBB. Zij ontkennen (deels) bepaalde evidente maatschappelijke problemen en stellen beleidsmaatregelen voor die buiten de rechtsstatelijke kaders vallen. Ik begrijp werkelijk niet wat er mis is – kijkend vanuit het VVD-perspectief – met het vormen van een regulier centrumkabinet mét dat verfoeide GL-PvdA. Immers, tijdens de kabinetten-Paars en Rutte II was dergelijke regeringsvorming de normaalste zaak van de wereld. Het is simpelweg geheel in de traditie van de parlementaire democratie dat centrumlinks en centrumrechts tot vruchtbare politiek-bestuurlijke samenwerking komen.
Defensie
Allereerst het meest uitdagende beleidsdossier: Defensie. Het brede politieke midden heeft zich gecommitteerd aan de NAVO-norm van 3,5%–5%. Daar is dus geen politieke discussie over. Het brede politieke midden maakt een vergelijkbare veiligheidsanalyse. Die kan dan ook vrij gemakkelijk worden samengevat: Rusland is aan het militariseren, continueert de agressieoorlog in Oekraïne en zal naar alle waarschijnlijkheid het NAVO-verdragsgebied willen testen middels een speldenprik in bijvoorbeeld het Baltische gebied. Daarnaast wordt de hybride oorlogsvoering verder opgevoerd. Terwijl Rusland de soevereiniteit van Europese naties bedreigt, is onze belangrijkste militaire bondgenoot, namelijk de VS, isolationistischer en transactioneler geworden. Wij delen geen (democratische) waarden meer met de VS, en zodoende ook niet dezelfde visie op geopolitieke dossiers.
De veiligheidsanalyse is dus van vergelijkbare aard. Maar het gaat nu over de invulling van de additionele Defensie-uitgaven, die op termijn, stap voor stap, oplopen tot 16–19 miljard euro. De VVD wil bezuinigen op sociale zekerheid, zoals de bijstandsuitkering. GL-PvdA wil de schulden op laten lopen en een solidariteitsheffing introduceren voor ‘de sterkste schouders’. Het CDA zal zich naar alle waarschijnlijkheid ergens daartussenin bevinden.
Als je de verschillende visies op de invulling van de additionele Defensie-uitgaven overziet, ligt het dus voor de hand dat er een totaalpakket uitkomt waarbij het niet ‘of-of’ wordt, maar ‘en-en’: én hogere belastingen, én bezuinigingen, én het schuldenplafond verruimen ten behoeve van de Defensie-uitgaven. Verder kunnen de partijen daar dan nog voorwaarden aan verbinden, zoals dat de VVD het bedrijfsleven niet al te veel wil belasten, en GL-PvdA wellicht voor enkele publieke sectoren (of onderdelen daarvan) een uitzonderingspositie wil afdwingen ten aanzien van de bezuinigingen.
Europa
Het brede politieke midden is van mening dat de EU van essentieel belang is voor de Nederlandse welvaart en veiligheid. De VVD is gelukkig genezen van haar euroscepsis: tijdens het meest recente VVD-partijcongres wapperde de Europese vlag fier. Op dit punt kunnen er dus, zonder hinderlijke dorpspartijen, concrete stappen worden gezet richting Europese autonomie. En de internationale positie kan weer hersteld worden: Nederland is weer een betrouwbare bondgenoot, de minister-president hoeft niet meer te vrezen dat hij of zij door het parlement wordt teruggefloten.
Op dit wezenlijke punt voorzie ik dan eigenlijk niet zoveel problemen, behalve dat er anders wordt gedacht over Eurobonds. Dan beroep ik mij op een levendige gedachtegang die naar mijn mening klopt: als de Brusselse stoomwals (m.b.t. Eurobonds) eenmaal op gang komt, dan kan Nederland beter nadenken over de onderliggende plannen die ten grondslag moeten liggen aan Europese staatsleningen — anders gaat de Europese wals gewoon over Den Haag heen.
Stikstof
Ook voor stikstof is een algehele consensus over de probleemanalyse: er is geen stikstofruimte daardoor blijven boeren in onzekerheid achter, krijgen bedrijven geen stikstofvergunning meer, hapert de woningbouwopgave evenals de energietransitie. Onder het BBB-bewind is dit stikstofdossier nóg verder verergerd, want stilstand is in dit geval achteruitgang. Minister Wiersma was driftig op zoek naar wettelijke geitenpaadjes en een wettelijke aanpassing van de meetmethodiek, maar ze ‘vergeet’ een ding: de stikstofuitstoot moet drastisch om laag dat is letterlijk en figuurlijk de bron van al het kwaad. Linksom of rechtsom (wederom letterlijk en figuurlijk) moet daar dus wat aan gebeuren, en dat erkent het brede politieke midden ook.
Het devies is polderen, technocratiseren en depolitiseren. Eerst moet er breed met de landbouwsector, de decentrale overheden en de natuurorganisaties een sectorakkoord vervaardigd worden. Met oog voor een toekomstbestendige landbouwsector (ondanks extensivering ervan), herstel van de natuur en waarbij provincies en gemeenten enerzijds genoeg zekerheid hebben in termen van (tussentijdse) doelstellingen en beschikbare (financiële) middelen en anderzijds bedrijfsspecifiek maatwerk kunnen leveren.
Dan technocratiseren: als de plannen eenmaal op papier staan moet er zoveel mogelijk ruimte worden geboden voor experts en betrokken beroepsgroepen. Met andere woorden: heb vertrouwen in de praktijkervaring van boeren en beleidsuitvoerders, en laat het ministerie hen zoveel mogelijk assisteren. En dat raakt ook gelijk aan mijn gewenste depolitisering: tracht simpelweg je te richten op de uitvoering (de ‘hoe-vraag’), hoe sneller er vooruitgang wordt geboekt (in de reductie van de stikstofuitstoot) hoe sneller de wind uit de zeilen wordt gehaald van de populisten die aangesloten zijn bij de ‘twijfelbrigade’.
Energietransitie
Kabinet-Schoof had de rem op het klimaatbeleid gezet, een nieuw middenkabinet moet ervoor zorgen dat Nederland van de rem afgaat. In klimatologisch opzicht zien we dat Nederland bovengemiddeld hard wordt geraakt door klimaatverandering: de stijging van temperatuur gaat tweemaal zo snel als in de rest van de wereld. De kosten als gevolg van ontwrichtende klimaatverandering zullen jaarlijks toenemen. Het is dus zaak dat Nederland, met haar gigantische financiële slagkracht, in Europees en internationaal verband een voortrekkersrol gaat spelen in de mitigatie van klimaatverandering.
Maar de energietransitie reikt veel verder dan de nauwe doch urgente uitdaging ten einde de aanpak van klimaatverandering. Het dossier hang ook vast aan de concurrentiepositie en nationale veiligheid. Nederland is op dit moment afhankelijk van peperdure LNG uit Qatar en de VS. Dit maakt dat de Nederlandse energieprijzen relatief hoog zijn en dat wij niet zelfvoorzienend zijn op het gebied van energie, waardoor staten een drukmiddel in handen hebben. Het bovenstaande laat dus ook zien dat de energietransitie dient te versnellen om zo de hoge energieprijzen te kunnen dempen en energie van eigen bodem te kunnen benutten.
Kortom, de energietransitie (en aanpalend de netcongestie) moet geen marginaal beleidsdossier meer zijn waarop beknibbeld kan worden voor wat kortzichtige koopkrachtmaatregelen (zie Voorjaarsnota). In het belang van het bedrijfsleven, de staatsveiligheid en klimaatmitigatie dient een topprioriteit te zijn voor een nieuwe centrumregering.
Asielmigratie
Tot slot wil ik toch nog iets kwijt over een thema waar juíst binnen het brede politieke midden geen consensus over lijkt te zijn: asielmigratie. Ik zou dit opnieuw depolitiseren door de beleidsvorming vooral te verplaatsen naar het Europese niveau: richt je op de ordentelijke uitvoering van de Europese migratiewetten (2026). Als asielmigratie weer hoog op de politieke en media‑agenda staat, zou een nieuw centrumkabinet vooral moeten refereren aan deze Europese migratiewet, om zo de angel eruit te halen. Het is een marginaal onderwerp dat helemaal niet de huidige publiciteit en ophef verdient. Er mogen geen politieke crises meer ontstaan als gevolg van dit ‘probleem’, en daarvoor moeten de politieke verschillen hieromtrent zo min mogelijk publieke aandacht genereren. Waar het dus op neer komt: probeer het gedonder over asielmigratie te beperken. En probeer ook zelf geen politiek nummertje te maken van asielmigratie. Ik kijk dan (uiteraard) naar de VVD: stop het gezever over asielmigratie!
Wat wél een nationale aangelegenheid en beleidsprioriteit behoort te zijn, is het op orde krijgen van de gehele asielketen. Continueer de Spreidingswet, zodat er evenredige, kleinschalige asielopvang wordt gerealiseerd. En heel belangrijk: draai aan de ‘knop’ genaamd integratie. Zorg ervoor dat statushouders vanaf dag één de taal leren, kunnen werken en een beroepsgerichte opleiding volgen. Laat statushouders dus niet verpieteren in opvangcentra!
Slot
In het bovengenoemde zit een aanname over ‘het brede politieke midden’. Ik maak me alleen ernstige zorgen over de rechterkant van dat politieke midden en of dit nog wel kan worden gerekend tot dat brede midden. De VVD is verworden tot een hardrechtse partij, die geobsedeerd is door asielmigratie en die andere middenpartijen keihard aanvalt. Daarmee is Yesilgöz de onderlinge verhoudingen al aan het verpesten; er ontstaat toxische polarisatie. Ik gebruik hier bewust het woord ‘toxisch’, omdat polarisatie een essentiële vereiste is van een vitale democratie: er moet wat te kiezen zijn, er moeten ideologische verschillen zijn. De VVD doet er daarom goed aan om reguliere polarisatie te faciliteren: accentueer je eigen partij-ideologische beginselen en ga dus terug naar de liberale roots. Zweer de asielmigratie-obsessie af en benadruk de liberale waarden. Dat is in het algemene belang: Nederland snakt naar enige bestuurscontinuïteit, waar maatschappelijke vraagstukken simpelweg worden opgelost, óók om de wind uit de zeilen te halen van de antidemocraten. Het brede politieke midden is het namelijk eigenlijk wel eens over het ‘of’ of over het ‘waarom’, alleen niet over het ‘hoe’. Dat is, zoals reeds vermeld in de inleiding, fundamenteel anders dan tijdens het kabinet-Schoof: toen werd de noodzaak van investeren in defensie, voortvarend de stikstofcrisis aanpakken en de energietransitie prioriteren betwist. Nu is dus de tijd aangebroken om te doen wat nodig is, en dan mag het heus wel botsen tussen de middenpartijen over de mate van markt- ofwel overheidssturing, als men het nationale belang maar scherp voor ogen heeft!
Steun het anti-populistische geluid!
Wil je het opiniërende platform Anti-Populista maandelijks steunen met een bescheiden financiële bijdrage? Dat kan via deze link: Columns (stripe.com)
Of steun het platform eenmalig met een bedrag naar keuze invullen: https://buy.stripe.com/00g176ce24rc3Cg3cc