ACHTERGROND - Wat gebeurt er precies met een herinnering? Waarschijnlijk kan je je de inhoud van dit artikel vanavond nog wel herinneren, maar morgen wordt al lastiger, om maar niet te spreken over volgende week. We kunnen niet alles onthouden en daarom filtert ons brein inkomende informatie om relevante ten koste van irrelevante dingen te behouden. Toch is iets dat je vergeten bent niet altijd per definitie ook verdwenen.
Het zou kunnen dat je volgende week, terwijl je je dit stukje niet meer herinnert, iemand zijn naam blijkt te zijn vergeten. Ineens bedenk je laatst iets gelezen te hebben over vergeten. Maar waar? En wat precies? Nou ja, in ieder geval weet je nog dat vergeten noodzakelijk is voor een goed geheugen. Gelukkig maar!
De hippocampus
Het belangrijkste hersengebied voor het geheugen is de hippocampus, een complex hersengebied met ingewikkelde verbindingen, tussen cellen onderling en met de rest van het brein. Mensen bij wie de hippocampus niet meer werkt leven in het nu, ze kunnen nog maar weinig oude informatie terughalen en geen nieuwe informatie opslaan.
Maar: herinneringen bevinden zich niet per definitie in de hippocampus. Sterker nog, de meeste geheugenstukjes bevinden zich verspreid door de rest van het brein. De hippocampus werkt als een soort register dat volgens een bepaald patroon verbindingen met deze stukjes informatie legt. Minder hulp van de hippocampus bij het terughalen van een herinnering leidt dus tot een minder gedetailleerde herinnering (zoals: je kunt je niet meer herinneren wanneer je dit stukje gelezen hebt), maar een meer algemene herinnering (dat vergeten niet erg is) kan soms wel teruggevonden worden zonder de hippocampus.
Specifiek in deze hippocampus blijken nieuwe hersencellen te ontstaan, een proces dat neurogenese heet. En dat terwijl men er tot voor kort vanuit ging dat hersencellen niet tijdens het leven konden ontstaan. Zouden deze cellen er dan misschien voor kunnen zorgen dat je beter kunt onthouden?
Herinneren versus vergeten
Niet helemaal, volgens een recent artikel in Science van Professor Paul Frankland van de Universiteit van Toronto, is het waarschijnlijk eerder tegenovergesteld. Door deze nieuwe cellen in de hippocampus wordt het juist lastiger om een oude herinnering terug te halen. Herinneren gaat volgens Frankland voornamelijk via het afmaken van een incompleet patroon dat je iets laat herinneren, in het voorbeeld hierboven de constatering dat je een naam vergeten bent.
Dit proces vertaalt zich in hersencellen die in een bepaalde – maar nog incomplete – volgorde verbindingen leggen met de rest van het brein, waar stukjes van de bewuste herinneringen opgeslagen liggen. Vervolgens gaat je hippocampus hard aan de slag om de overgebleven stukjes te zoeken en de puzzel af te maken, iets wat niet altijd lukt en wat wij vergeten noemen. Dit proces wordt lastiger als er in een bepaalde reeks cellen door neurogenese een nieuwe cel bijkomt. Het patroon wordt dan onderbroken en de specifieke herinnering niet meer teruggevonden.
Infantiele amnesie
Jonge kinderen hebben meer neurogenese dan volwassen, iets wat de onderzoekers uit Toronto hebben gelinkt aan het feit dat je erg weinig gedetailleerde, autobiografische herinneringen hebt van je jonge levensjaren (infantiele amnesie genaamd). Dit hebben de onderzoekers experimenteel bewezen door het geheugen van jonge en volwassen ratten te testen op verschillende tijdstippen na leren. Ze zagen dat toevoeging van nieuwe cellen herinneren inderdaad moeilijker maakt, terwijl er waarschijnlijk tegelijkertijd meer kan worden opgeslagen.
Een voordeel van veel nieuwe cellen is dus dat de capaciteit voor het opslaan van nieuwe herinneringen groter wordt, al wordt het vervolgens lastiger om deze terug te halen. Je kan blijkbaar niet alles hebben: de mogelijkheid om veel informatie te kunnen opslaan leidt tot meer moeite om die informatie terug te kunnen halen. Daarentegen zorgen veel oudere herinneringen, of ze nou helemaal perfect terug te halen zijn of niet, er wel voor dat de incomplete patronen die je dagelijks binnenkrijgt makkelijker te volmaken zijn. Dit kan een volwassen hippocampus met weinig neurogenese beter.
Balans
De balans tussen herinneren en vergeten kan dus verschillen. Bij jonge kinderen verkiest het brein een procedure waarbij informatie snel opgeslagen kan worden, ten koste van een goede zoekfunctie. Dit proces lijkt zich vervolgens langzaam om te keren tijdens ons leven: beter herinneren, minder makkelijk opslaan en meer oude informatie gebruiken om nieuwe aan te verbinden.
Het feit dat de gebeurtenissen uit je jonge jaren niet meer teruggehaald kunnen worden, betekent dus niet per definitie dat ze er niet meer zijn. Ze zijn wellicht nog ergens in dat complexe brein aanwezig, maar zijn ondergesneeuwd door nieuwe cellen die je hebt toegevoegd in je hippocampus. Vergeten maar niet verdwenen!
Door Marlieke van Kesteren