Met de zelfsturende auto naar de gedroomde stad
COLUMN - “Het is de hoop op een betere toekomst die je vandaag gevangen houdt”
Ram Tzu
Wordt het al tijd om de stad aan te passen aan de opkomst van de zelfsturende auto? De meeste planologen tijdens het Automated Vehicles Symposium 2014 in San Francisco vinden het daar te vroeg voor. De auto-industrie moet volgens hen eerst maar eens met een heldere roadmap komen. Deze behoudende planners lijken een goed punt te hebben. Volgens IHS Automative verschijnt de eerste zelfsturende auto in 2030 op straat en is na 2050 bijna het hele wagenpark zelfsturend. In 2035 zijn er wereldwijd zo’n 54 miljoen zelfsturende auto’s; dat is zo’n vijf procent van de meer dan een miljard auto’s die nu al op de wereld rondrijden. Van zo’n ontwikkelingssnelheid ga je als plannenmaker niet meteen rennen toch?
Sommige planologen doen dat echter wel. Neem de Amerikaanse stedenbouwkundige Michael Arth en maker van de documentaire New urban cowboy: Toward a new pedestrianism. De opkomst van IT luidt volgens hem het einde in van een tijdperk van stedelijke wildgroei, brede autobanen en eindeloze parkeerplekken. Hij voorziet een toekomst met veel minder auto’s (die elektrisch en zelfsturend zijn en gedeeld worden) en waarin we thuiswerken en -recreëren in hyperrealistische virtuele werelden. En het stadsbeeld wordt bepaald door compacte woongebieden met veel groen, fietsers en wandelaars.