Function creep als politiek tijdverdrijf
Vorige maand introduceerde de regering een nieuwe wet die verheerlijking van terrorisme strafbaar stelt. Klinkt stoer, alsof je met een juridische moker op jihadistische fanboys in Telegramgroepen slaat. Maar zoals wel vaker met dit soort wetten: de hamer ligt al klaar om ook op heel andere nagels te slaan.
Het probleem zit in de vaagheid. “Verheerlijking” en “steun” zijn woorden waar je alles mee kunt doen. Vandaag zijn het jihadisten, morgen klimaatactivisten, overmorgen iedereen die iets lelijks twittert over een NAVO-missie of over de haardracht van de premier. Een wet die bedoeld is om terrorisme te bestrijden, kan zo ineens veranderen in een wapen tegen politieke tegenstanders. Function creep in zijn engste vorm.
We kennen dit trucje inmiddels. Denk aan de ANPR-camera’s die overal langs de snelwegen hangen. Sargasso heeft het proces jaren gevolgd en daar een heel dossier over aangelegd. Ooit neergezet om de doorstroming te meten en misschien een parkeerboete te innen. Niets aan de hand, beloofden bestuurders, dit is géén opsporingsinstrument. Totdat de politie merkte dat die camera’s best handig zijn bij het opsporen van gestolen auto’s, voortvluchtigen, belastingontduikers en alles daar tussenin. Wat begon als verkeersmanagement is nu onderdeel van het opsporingsapparaat. En niemand die nog precies weet waar de grens ligt.