“EU wil Windows zonder webbrowser”, kopte het Parool vorige week. En inderdaad, Neelie Kroes gaat wederom achter de softwaremoloch aan. Een stap die het altijd goed doet onder nerdy Nederlanders. Microsoft is immers de duivel. Maar dit keer moet ik het toch voor het bedrijf opnemen.
De vorige keer dat er een megaboete werd gegeven ging het over de Windows Media Player. Dat deze bij een besturingssysteem als Windows wordt meegeleverd vond de Europese Commissie concurrentievervalsing, en daarvoor kreeg het bedrijf dan ook een forse boete van 500 miljoen euro. Maar er is een probleem met dit soort boetes. Ze worden pas gegeven nadat er jaren aan procedures zijn doorlopen. En in de snelle wereld van de computer betekent dat dat tegen de tijd de uiteindelijke uitspraak komt, de concurrentie er al niet meer is om er van te kunnen profiteren.
De procedure die nu in gang gezet is zal dan ook helemaal niets bijdragen aan de uitkomst van de opnieuw losgebarsten browseroorlog, die eerder al door Microsoft gewonnen leek doordat het de browser Internet Explorer, net als de mediaspeler, gebundeld bij het besturingssysteem verkocht.
De timing is dan ook vreemd te noemen. De Europese Commissie had eigenlijk tijdens het probleem met de mediaspeler, ook de andere pijnpunten kunnen lokaliseren. Zoals waarom er standaard een rekenmachine bij zat, een simpel tekenprogramma, en – ook niet onbelangrijk – een internetbrowser. De timing is helemaal vreemd te noemen als je je bedenkt dat Microsoft op dit moment zelfs marktaandeel aan het verliezen is. In een markt waar de topbrowser inmiddels minder dan 70% aandeel heeft, en deze aan de verliezende hand is, kan je niet spreken van een monopolie. Integendeel, het is maar de vraag of Explorer zich kan handhaven in de strijd tegen Firefox, Safari, en nieuwkomer Chrome.