Op zoek naar Ingrid Betancourt
Zaterdag 23 februari 2002 zal voor de meeste mensen een dag zijn geweest als veel andere. Het was fris in Nederland, met maxima van 6,5 graden. Er viel een spat regen. De Olympische winterspelen in Salt Lake City liepen op hun eind. Voor schaatster Gretha Smit was het een bijzondere dag in omdat ze een zilveren medaille won op de vijfduizend meter. Voor de Colombiaanse Ingrid Betancourt was het een bijzondere dag omdat ze werd ontvoerd door de FARC.
Ingrid Betancourt werd geboren in Colombia, op 25 december 1961. Een kerstkindje, dat niet geheel onbevoorrecht het levenslicht zag. Haar vader had als minister van onderwijs gediend in een generaalsregiem dat tot 1957 het land bestuurde. Haar moeder was een voormalige miss Colombia, die het later nog tot congreslid zou schoppen. Ingrid groeide op in Parijs, waar haar vader als UNESCO-vertegenwoordiger was gepositioneerd. Ze studeerde aan het elite instituut ‘Science Po’ (Institut d’Études Politiques de Paris), de kweekvijver voor politiek en diplomatiek Frankrijk, dat onder de alumni onder meer Jacques Chrirac, Francois Mitterand en Boutros Boutros Ghali mag rekenen. Ook onze staatssecretaris Nebahat Albayrak studeerde er.
Betancourt keert terug naar Colombia. Ze wordt er, in navolging van haar beide ouders, politiek actief en begint een politieke ‘groene’ beweging, die zich vooral tegen corruptie keert. In 1994 wordt ze kamerlid. Haar partij, de Partido Verde Oxigeno (groene zuurstof partij) haalt in 1999 een succes binnen. Ze mogen de burgemeester leveren van de plaats San Vicente del Caguan. Het zou een fataal succes blijken.