Zomerhitverhalen
Buiten giert de regen langs het raam, een bewolkte lucht. Het is de eerste dag van mijn zomervakantie. De iPod heeft al een week zonnige deuntjes geserveerd: onvervalste zomerhits afgewisseld met albumtracks die ergens in het verleden een rol hebben gespeeld in een zomer. Geen betere manier om al voor je vakantie in de juiste stemming te komen. En zomerhitjes zijn een fascinerend verschijnsel.
Het rare is namelijk is dat ze altijd meer indruk maken dan winterhits, ik weet niet meer wat er in de hitparade stond tijdens de laatste elfstedentocht, maar hoor ik Manu Chao’s Bongo Bong, dan rijd ik weer door een zinderend Noord Afrikaans landschap in een auto zonder airco, zet je Dub be Good to Me van Beats International op en ik woon net weer op kamers, ben met van alles en nog wat bezig behalve school. Vooral feesten, en wat een feestzomer was het. En nog verder terug doet The Edge of Heaven van Wham me denken aan de eerste keer zonder ouders op vakantie. Ga je nog verder terug, dan kom je in het domein van de eindeloze zomervakanties, van buiten spelen en opblaas zwembaden, vage herinneringen, opgeroepen door Mike Oldfield of Ryan Paris.