Chris

146 Artikelen
203 Waanlinks
2.268 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

PvdA Nijmegen is de weg kwijt

Nijmegen (Foto: Flickr/agusmotto)

Politieke reuring in de meest linkse stad van Nederland. Gisteren viel in Nijmegen, alias Havana aan de Waal, het college van PvdA, GroenLinks en de SP, doordat de PvdA maandag een motie had ingediend om de OZB-verhoging van 5% te beperken tot de inflatie. Volgens de fractievoorzitter Rutger Zwart is het onverstandig de OZB zoveel te laten stijgen. Klinkt sympathiek, zou je zeggen: een stelletje tax-and-spend socialisten wordt tot de orde geroepen, nog wel door de eigen kliek! Een paar van onze minder linksangehauchte reaguurders begonnen zelfs sympathie voor de PvdA te krijgen.

Jammer alleen dat het een flauwekulverhaal is. Uiteindelijk draait het erom hoeveel geld je in totaal aan de gemeente moet afstaan. Het zal mij persoonlijk worst wezen of ik het in rioolrecht, OZB of afvalstoffenheffing moet betalen, als het geheel maar binnen de perken blijft. En als we dan naar het totaalplaatje (blz 421 e.v. (.pdf)) kijken, zie je dat er bij de PvdA in Nijmegen sprake is van een nogal selectieve verontwaardiging. De verhoging van de OZB is inderdaad 5%, maar daar tegenover staat een veel grotere verlaging van het rioolrecht van ongeveer 24%. Het derde element, de afvalstoffenheffing, gaat ook omhoog.

De meeste mensen betalen minder
Totaal betekent dat echter dat woningeigenaren, maar ook veel ondernemers (waar de PvdA voor zegt op te komen) volgend jaar al minder zouden gaan betalen. De enigen die meer zouden gaan betalen zijn huurders, 3 euro per jaar. Zij betalen echter alleen afvalstoffenheffing en geen rioolheffing of OZB, dus het OZB-amendement van de PvdA helpt hen voor geen meter. Altijd leuk voor de beeldvorming, een linkse partij die lasten verlaagt voor mensen met een huis van een miljoen, maar huurders in de kou laat staan.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Een nieuw beloningssysteem voor CEO’s

Geld (Foto: Flickr/Cliph)

De economische crisis heeft het al jarenlang sluimerend ongenoegen over de topsalarissen in volle hevigheid doen losbarsten. Zelfs in de Verenigde Staten, waar een gigantisch salaris aan een stuk minder kritiek bloot stond dan in Europa, is de publieke verontwaardiging groot. De laatste berichten over bankiers die extreme bonussen ontvangen terwijl hun bedrijven aan het infuus van de belastingbetaler hangen, schoten ook in ’s werelds meest kapitalistische land in het verkeerde keelgat. Zelfs daar gaan nu stemmen op om dergelijke excessen bij wet te verbieden.

De grote verontwaardiging rond de bonussen kan ik me in het huidig economisch klimaat heel goed voorstellen. Ook ik erger me aan bestuurders die een bonus mee naar huis nemen terwijl hun bedrijf beroerd gepresteerd heeft. Maar ook bestuurders die jarenlang prachtige cijfers lieten zien, welke achteaf gebaseerd bleken op te risicovolle activiteiten kunnen bij mij op weinig sympathie rekenen. Zij leken het goed te doen, maar lieten een brakke tent achter.

Salarisplafond?
Om dit probleem op te lossen kan er voor gekozen worden om directief per wet een salarisplafond in te stellen. Daar ben ik tegen. Een exceptionele prestatie mag mijns inziens exceptioneel beloond worden en het aftoppen van salarissen zal er slechts voor zorgen dat een boel topmensen tegen die max aan gaan zitten, maar dat een relatie tussen prestatie en beloning nog steeds afwezig is. Ik denk dat elegantere oplossingen denkbaar zijn.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Een treinkaartje is niet duurder geworden

Een treinkaartje (Foto: Flickr/marie-ll)

Het is een mooi zomerbericht dat precies inspeelt op het NS-sentiment sinds de verzelfstandiging in 1995: de prijzen van treinkaartjes zijn harder gestegen dan de inflatie. Iedereen kan nu weer in koor roepen: “Zie je wel, het wordt alleen maar slechter en duurder.” De kwaliteit laat ik me hier niet over uit, maar dat duurder, dat klopt niet. Maar om dat te begrijpen, moet je even wat verder kijken dan alleen de prijs van de treinkaartjes.

Zo waren treinkaartjes vroeger gewoon gesubsidieerd. Wij betaalden tot 1995 samen 200 miljoen euro per jaar om het treinvervoer betaalbaar te houden. Daar heb je niks aan als je geen belasting betaalt en wel met de trein gaat, maar je kan de NS niet de schuld geven als door het wegvallen van de subsidie de prijs omhoog gaat. Daarnaast betaalt de NS vanaf 2005 91 miljoen euro per jaar aan de overheid om gebruik te mogen maken van het spoor. Ook die betaalden ze vroeger niet, en uiteraard zie je dat terug in de prijs van je treinkaartje. Kortom, als je iemand de schuld wilt geven van de stijging van de prijzen, moet je niet bij de NS, maar bij de Tweede Kamer zijn. Niet omdat ze de NS verzelfstandigd hebben, maar omdat ze subsidies afgeschaft en kosten voor de NS verhoogd hebben.

Ik kan het nog wel iets verder specificeren, maar dat vergt wat rekenwerk, omdat verschillende bedragen omgerekend moeten worden naar het prijspeil 2010. Het eerste dat we moeten weten is de inkomsten van de NS uit reizigersvervoer. Dit was in 2008 2,47 miljard euro. Als we veronderstellen dat de groei tussen 2007 en 2008 maatgevend is, zal de NS in 2010 2,6 miljard euro binnenkrijgen voor het vervoeren van reizigers.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Poker is geen kansspel

Kaartenhuis (Foto: Flickr/D-32)

En we hebben weer een komkommertijd-relletje: de ChristenUnie maakt zich druk om een voorgenomen uitbreiding van de mogelijkheden legaal te pokeren. Minister Hirsch Ballin wil Holland Casino toestaan om buiten hun eigen vestigingen pokeractiviteiten te organiseren en dat valt slecht bij de christenpartij. Het gedoe in de coalitie (hoewel het waarschijnlijk wat gemor is voor de streng-christelijke bühne) gaat echter voorbij aan het fundamentele punt dat het totaal onbegrijpelijk is dat poker nog steeds wordt beschouwd als een kansspel. Uit antwoorden op eerdere vragen (.pdf) van zowel D66’er Pechtold en VVD’er Teeven, die al langer pleiten voor legalisatie, blijkt dat de minister het spel niet als behendigheidspel ziet. Het feit dat in zijn nieuwe plan pokeren nog steeds alleen mag onder toezicht van Holland Casino wijst erop dat hij op dit punt niet van gedachten veranderd is.

Wetenschap zet standpunt onder druk
Dat standpunt is echter steeds minder houdbaar. Iedereen die regelmatig pokert, zal beamen dat over meerdere handen winst of verlies grotendeels te danken is aan de kwaliteit van je spel en deze volkswijsheid wordt meer en meer gestaafd door serieus wetenschappelijk onderzoek. De Tilburgse oud-hoogleraar Ben van der Genugten ontwikkelde een eenvoudige kwalificatiemethode op basis van het leereffect en toevalseffect in een spel waarmee zeer eenduidig is vast te stellen wanneer iets meer een behendigheidsspel of overwegend een kansspel is. In zijn afscheidsrede (.pdf) stelt hij onomwonden dat poker tot de behendigheidsspelen behoort, volgens zijn model en geldende jurisprudentie ten opzichte van andere kans- of behendigheidsspelen. In zijn rede heeft hij het slechts over fixed-limit poker, dus met een maximale inzet. Dit is weliswaar een iets ander type poker dan het populaire Texas No-Limit Hold ‘Em, maar uit zijn volledige onderzoek blijkt (.pdf) dat dergelijke gecompliceerdere pokervarianten juist tot een grotere rol voor behendigheid zullen leiden.

Vorige Volgende