Een alternatieve visie op de Eurocrisis

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022
,

In het dominante neoliberale discours wordt de Eurocrisis consequent voorgesteld als een probleem van ‘begrotingsdiscipline’. Daarmee wordt de aandacht afgeleid van falende financiële markten en van het echte probleem achter de crisis: scheve export-versus importverhoudingenm, zegt Alfred Kleinknecht (TU Delft), hoogleraar Economie van Innovatie aan de Technische Universiteit Delft.

De mediterrane landen hebben zwakke nationale kennis- en innovatiesystemen en geen sterke politieke instituties. In het verleden konden zij alleen concurreren door de pesetas,  escudos, drachmes en lires eens in de zoveel tijd af te waarderen. Afwaardering van je munt maakt je export goedkoper en je import duurder. Dit brengt je handelsbalans weer richting evenwicht. Sinds hun toetreding tot de Eurozone kunnen deze landen niet meer afwaarderen. Hun importoverschotten nemen daardoor voortdurend toe, evenals, als spiegelbeeld,  de exportoverschotten van vooral Duitsland en Nederland. Overigens heeft de Eurozone als geheel een vrij evenwichtige handelsbalans met de rest van de wereld. Dit betekent dat de Duitse en Nederlandse exportoverschotten nagenoeg gelijk zijn aan de importoverschotten in het Zuiden.

Papieren toezeggingen

Vereffening van import- en exportoverschotten gebeurt door handel in vermogenstitels zoals aandelen, onroerend goed of schuldtitels. De mediterrane landen hebben het leeuwendeel van hun importoverschotten ‘betaald’ met uitgifte van schuldtitels – papieren toezeggingen om later te betalen. Deze schuldtitels staan nu als ‘bezittingen’ op de balansen van onze banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Mochten ze op een dag niet meer opeisbaar blijken te zijn, dan hebben vooral de banken een groot probleem. Vandaar de we ‘de Grieken’ moeten helpen.

De Eurocrisis markeert het einde van een onhoudbaar economisch model: onze financiële instellingen hebben aan de Zuidelijke lidstaten voortdurend geld geleend, zodat zij onze exportoverschotten konden afnemen. Veel Duitsers en Nederlanders danken hun baan aan deze exportoverschotten. Helaas, het exportoverschot van een land is altijd het importoverschot van anderen. Als wij extra banen scheppen door een exportoverschot, dan gaan bij landen met importoverschotten banen verloren. Het is immoreel als de rijken stelen van de armen. Maar erger is de grote schuldenberg. Daarbij maakt het overigens niet zo veel uit wie de schulden maakte: de staat (in Griekenland en Italië), bouwindustrie en projectontwikkelaars (in Spanje of Ierland) of een rijke bovenlaag die luxe BMW’s of Porsche’s op de pof kocht (Portugal). Vast staat dat iemand in het land schulden moest maken.

De onzichtbare hand van de markt heeft gefaald

Schandalig is dat iedereen kon zien hoe de schuldenberg groeide, maar dat niemand zich eraan leek te storen. Het dominante marktfundamentalisme lijkt bij velen de ogen te hebben gesloten voor de mogelijkheid dat markten groots en (letterlijk) meeslepend kunnen falen. In een efficiënte markt zou bij een stijgende schuldenberg de rente moeten stijgen omdat geldschieters een hogere risicopremie in hun rentevoet verwerken. De stijgende rente zou dan vanzelf de schuldenopbouw remmen. Dit is aantoonbaar niet gebeurd: de ‘onzichtbare hand van de markt’ (Adam Smith) heeft gefaald! Liberale economen zwijgen hierover in alle talen. Men spreekt veel over landen met te veel schulden, maar bijna nooit over investeerders die lichtzinnig uitleenden en geen risicopremies eisten. Niet alleen hoog betaalde bankiers, maar ook Moody’s, Standard & Poor en Fitch zaten te slapen: tot in de week waarin de crisis losbarstte hadden de mediterrane landen nog keurige A-noteringen en lage rentes!

Zo kan men de Eurocrisis dus ook interpreteren: De mediterrane landen zijn slachtoffers van een agressieve exportstrategie van vooral Duitsland en Nederland – en van investeerders die in het wilde weg maar wat leenden. De natuurlijke oplossing zou zijn dat men de mediterrane landen in staat stelt om in plaats van importoverschotten in de toekomst exportoverschotten te realiseren. Met de opbrengsten van exportoverschotten zouden ze ook hun schulden kunnen afbetalen – wat in ieders belang is. Dit vraagt om macro-economische coördinatie op tenminste drie punten:

  • De vakbeweging zou haar looneisen Europees moet afstemmen: loonmatiging in landen met importoverschotten; hoge looneisen in landen met exportoverschotten. Dit verslechtert de exportpositie van de overschotlanden en schept bovendien koop­kracht, zodat de Zuidelijke lidstaten meer kans maken om hun exportproducten hier kwijt te kunnen. Mocht de Nederlandse vakbeweging toch weer voor loonmatiging kiezen (‘eigen werklozen eerst’), dan is dat contraproductief voor de oplossing van de crisis.
  • De regeringen zouden een sterker system van ‘backing-up losers’ moeten opzetten: financiële transfers waarmee bijvoorbeeld de (kennis-)infrastructuur in de zwakkere landen ver­betert. Er bestaat in de wereld geen muntunie waarin geen financiële transfers van rijk naar arm plaatsvinden.
  • Harde afspraken dat Duitsers en Nederlanders zich leren gedragen. Men zou (liefst automatische) boetes moeten heffen op hun excessieve exportoverschotten. De opbrengsten uit de boetes zou men kunnen gebruiken voor structuurversterkende investeringen in het Zuiden.

Acht u deze drie punten ‘politiek onhaalbaar’? Dat is niet verrassend. Maar dit betekent dan wel dat de euro in zijn huidige vorm niet levensvatbaar is! Het is niet voldoende dat de euro door een Europese Centrale Bank competent gemanaged wordt. Goede afspraken over begrotingsbeleid zijn mooi meegenomen, maar evenmin voldoende. Een gemeenschappelijke munt moet ook door de burgers worden gedragen. Er moet een Europees ‘wij-gevoel’ achter staan. Dat ‘wij-gevoel’ moet zo sterk zijn dat bovenstaande drie punten serieus bespreekbaar zijn.

Mocht dat niet zo zijn, dan zal vroeger of later blijken dat een Euro met 17 landen niet meer houdbaar is. De sociaaleconomische tegenstellingen en politieke spanningen zullen te groot worden. In dit geval zou men, om grotere ellende te voorkomen, de Eurozone kunnen splitsen in een Noordelijke en Zuidelijke zone, met daartussen een flexibele wisselkoers. Dit zou het Europroject nog gedeeltelijk kunnen redden. Terugkijkend moeten we in ieder geval vaststellen dat de waarschuwingen van 70 Nederlandse economen (waaronder on­dergetekende) in 1997 tegen invoering van de Euro niet van de lucht waren.[1]

Prof. Dr. Alfred Kleinknecht (TU Delft) is hoogleraar Economie van Innovatie aan de Technische Universiteit Delft.  Hij is de enige econoom die ruim voor het uitbreken van de Eurocrisis waarschuwde voor een schuldencrisis in het Zuiden (in NRC van 22-4-08).

[1] G. Reuten, K. Vendrik & R. Went (red.): De prijs van de Euro, Amsterdam: Van Gennep, 1998.

foto ptrlx

Reacties (20)

#1 paul

De kern lijkt dte kloppen. Maar het korte stukje laat weinig ruimte voor nuance. Wel erg eenzijdig aan de overschot staten toegerekend. Maar dat de markten niet gewerkt hebben dat is wel helder… Wat zou dat zijn geweest. Luiheid? Kuddegedrag? Of gewoon een niet al te slim, maar wel prettig positivisme?

  • Volgende discussie
#2 Jan BL
  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 JSK

Mwah, meestal vind ik Kleinknecht wel prima maar hier wedt hij op het verkeerde paard. Dit verhaal is al tientallen keren verteld (zie #1) zonder dat het enige nieuwe inzichten oplevert.

Zo kan men de Eurocrisis dus ook interpreteren: De mediterrane landen zijn slachtoffers van een agressieve exportstrategie van vooral Duitsland en Nederland – en van investeerders die in het wilde weg maar wat leenden.

Ja, de Zuid Europeanen hebben echt met het pistool tegen de slaap flink geleend van Noord Europa. Vooralsnog zijn er twee partijen betrokken bij de kredietverlening: de geldgever en de geldnemer. Sure, in het geval van subprime hypotheken kan je zeggen dat de geldgever de geldnemer krediet heeft opgedrongen. Maar zijn Spaanse vastgoed ontwikkelaars en de Italiaanse staat echt geen partij voor ING en Deutsche bank? Als zij (Zuid Europa) zo ontevreden waren met het krediet dat hun kant opstroomde hadden ze dat het makkelijk kunnen tegenhouden: met wetgeving (strengere solvabiliteitseisen voor banken en vastgoed ondernemingen) of fiscaal beleid (te weinig sparen is het spiegelbeeld van teveel consumeren. als de huishoudens te veel consumeren kan de overheid juist gaan sparen cq minder uitgeven).

De vakbeweging zou haar looneisen Europees moet afstemmen: loonmatiging in landen met importoverschotten; hoge looneisen in landen met exportoverschotten. Dit verslechtert de exportpositie van de overschotlanden en schept bovendien koop­kracht, zodat de Zuidelijke lidstaten meer kans maken om hun exportproducten hier kwijt te kunnen.

Probleem is dat dit niks oplost. Het spaaroverschot van het Noorden is niet veroorzaakt door een “te sterke” concurrentiepositie; het spaaroverschot veroorzaakt die concurrentiepositie, met een handelsoverschot tot gevolg. Dat is de macroeconomische implicatie van sparen: je produceert als land meer dan je consumeert.

Waarom consumeren wij zo weinig (relatief aan onze productie)? Ik denk omdat wij sparen voor onze oude dag. Dat Spanjaarden, Italianen, Portugezen, etc. dat niet doen is heel jammer voor hun, maar niet ons probleem om op te lossen.

De regeringen zouden een sterker system van ‘backing-up losers’ moeten opzetten: financiële transfers waarmee bijvoorbeeld de (kennis-)infrastructuur in de zwakkere landen ver­betert. Er bestaat in de wereld geen muntunie waarin geen financiële transfers van rijk naar arm plaatsvinden.

In de ene monetaire unie, de Verenigde Staten, zijn die transfers tussen lidstaten zeer beperkt. Misschien iets van 6 a 7 procent BBP. In een andere transfer unie, Belgie, zijn de overdrachten wat groter (20 procent van het BBP dacht ik), wat een continue politieke verlamming oplevert. No thanks.

Acht u deze drie punten ‘politiek onhaalbaar’? Dat is niet verrassend. Maar dit betekent dan wel dat de euro in zijn huidige vorm niet levensvatbaar is!

Jup. Dit is de Kleinknecht die ik graag lees.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 Michel

Het spaaroverschot van het Noorden is niet veroorzaakt door een “te sterke” concurrentiepositie; het spaaroverschot veroorzaakt die concurrentiepositie, met een handelsoverschot tot gevolg. Dat is de macroeconomische implicatie van sparen: je produceert als land meer dan je consumeert.

Volgens mij draai je hier oorzaak en gevolg om: het spaaroverschot is het gevolg van onze hoge productiviteit en onze weigering het te consumeren. Als we dat wel zouden doen dan zou er evenwicht zijn op de betalingsbalans – en we geven het Zuiden dan tevens gelegenheid het geld terug te verdienen. Een manier omdat te bereiken is, wat Kleinknecht ook stelt, door afzien van loonmatiging.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4.1 JSK - Reactie op #4

Ohja, meneer weet het natuurlijk beter.

Je poneert
het spaaroverschot is het gevolg van onze hoge productiviteit en onze weigering het te consumeren.

Als een evidente waarheid en gooit er nog een cirkelredenering

Als we dat wel zouden doen dan zou er evenwicht zijn op de betalingsbalans (JK: ja duh)

achter aan.

Misschien kan je het deductief redeneren aanvullen met wat theorie, empirie of anekdote. “Maar A = A want anders zou het wel B zijn” begint een beetje vermoeiend te worden. Dat en het feit dat je naar niemand wil luisteren, maar goed.

Ik zeg dat de causaliteit omgekeerd loopt: we sparen niet omdat we teveel produceren. Er zijn allerlei instituties in Nederland die het sparen bevorderen die in het Zuiden ontbreken. Denk bijvoorbeeld aan de pensioenfondsen: dat is verplicht 5 a 6 procent van het BBP opzij zetten voor later. Een pleidooi voor minder sparen is een pleidooi voor het ontmantelen van degelijke instituties.

#4.2 pedro - Reactie op #4.1

Je kan alleen maar sparen als je geld over hebt. Als je geen geld over hebt, kunnen er nog zo veel instituties zijn om het sparen te bevorderen, maar valt er niks te sparen.

En dan kunnen we wel zeggen, dat we niet sparen omdat we TE veel produceren, maar in veel gebieden op de wereld wordt niet gespaard, omdat er wel degelijk TE weinig wordt geproduceerd. Zo bezien kan er best van te veel produceren bij ons gesproken worden.

#5 joost

Omdat onze veel te duurbetaalde managers managers onze centjes massaal met een idioot lage risico opslag hebben laten ‘wegzetten’ is ‘het probleem’ van de Portugezen, Italianen en Spanjaarden wel ons probleem.

Van een kikker kan je geen veren plukken JSK.

Onze spaarcentjes zijn voor een flink deel foetsie. De verantwoordelijken (bestuurders en toezichthouders) slagen er al meer dan drie jaar in om dit te maskeren. Voornamelijk door de oplopende kosten naar de toekomst door te schuiven. Er komt een moment dat dit echt niet meer lukt. De schade is nu al veel groter dan hij zou zijn geweest als er in 2008 meteen goed was ingegrepen:

Verantwoordelijken eruit gooien en de schulden saneren. Wat er over is van de financiele sector voor de komende 70 jaar opnieuw reguleren.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 Tjerk

‘Marktfundamentalist’ Milton Friedman was anders ook somber over de euro. Het is ook grappig dat de auteur zijn artikel begint met een strooiman over de ‘dominante neoliberale discours’. Want wie zijn de neoliberalen dan? Iemand als Paul De Grauwe? Oops: http://www.voxeu.org/index.php?q=node/5062

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6.1 Michel - Reactie op #6

Goede link dit! Dank. Zie figuur 3 in het stukje van De Grauwe – hij laat zien hoe onzinnig het verhaal is over het “op orde krijgen van de overheidsbegroting” is, waar Rutte en De Jager (onze eigen neoliberalen zullen we maar zeggen) het steeds over hebben.

#7 AB

De Grauwe geeft de best denkbare economische oplossing. Eens. Alleen denk ik niet dat het een politiek haalbare oplossing is. Vandaar die ‘verkeerde analyses’ van de neo-liberale politici. Ze weten wel hoe het zit, maar ze willen verkiezingen winnen. En met solidariteit (geld naar potverterende landen) win je geen verkiezingen.

“It has often been said, but it cannot be repeated enough that the structural problem of the Eurozone is the absence of a sufficiently strong political union in which the monetary union should be embedded. Such a political union should ensure that budgetary and economic policies are coordinated preventing the large divergences in economic and budgetary outcomes that have emerged in the Eurozone. It also implies that an automatic mechanism of financial transfers is in place to help resolve financial crises. Mutual solidarity cannot be avoided in a monetary union, even if it implies solidarity with the sinners.”

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#7.1 Michel - Reactie op #7

Dat daarmee geen verkiezingen worden gewonnen komt ook omdat niet het hele verhaal wordt verteld. Het huidige beleid -afknijpen in het zuiden, sociale onrust, mogelijk zelfs het opbreken van de euro – is uiteindelijk veel duurder. Misschien moeten de niet-neo-liberale politici eens wat meer van zich laten horen en op houden te proberen “de verstandige boekhouder” te spelen.

#8 Inkwith Barubador

Kortgezegd moeten we dus de Duitse en Nederlandse economie om zeep helpen om Zuid-Europa te redden. Politieke zelfmoord voor de politicus die dit voorstelt.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#8.1 Michel - Reactie op #8

Hoezo “om zeep helpen”?

#8.2 cor mol - Reactie op #8.1

Met belangstelling wacht ik het jaarverslag van de ECB af. Kunnen we zien hoeveel geld er al down the drain gegaan is, als de waardering van de ingekochte obligaties en de rekening-courant verhoudingen met insolvente banken tenminste reeël worden gewaardeerd. Ons aandeel is (excl Griekenland en Ierland) 6% van dat verlies [CPB]. Kunnen we zien of het gaat “om zeep helpen”, of “om zeep hielpen”.

#9 AntonB

. Overheden kopen geen goederen in het buitenland, overheden leveren een collectieve service en betalen dat met belasting inkomsten. Levert de overheid structureel meer aan “service”, dan er belasting binnenkomt, dan ontstaat er een tekort op de overheidsbalans. Is dit tekort te groot, dan kan de overheid de rente en de aflossing niet meer betalen en dat is wat er nu in principe aan de hand is.

Buitenlandse overheden en banken zijn natuurlijk stom dat ze zo lang geld door zijn blijven lenen aan deze landen. bij een vergelijkbaar bedrijf waren ze al lang gestopt. Iedereen was er onterecht van overtuigd dat een land niet failliet kon gaan en dat regeringen altijd een verstandig inkomsten en uitgaven beleid voeren.

Er is maar 1 oplossing en dat is de overheidsfinanciën van die landen weer in balans brengen. Ambtenaren salarissen, infrastructurele zaken, noem het maar op moeten gelijke tred gaan houden met de belastinginkomsten en niet op de muziek vooruit lopen. Indirect komt hier wel de handelsbalans bij kijken, bij een import overschot komen er minder belastingen binnen, maar hier zouden de uitgaven meteen aan aangepast moeten worden. Hadden de Zuidelijke landen geen tekort, maar een overschot of een neutrale begroting gehad, dan waren ze nooit in de problemen gekomen, nu zitten ze in de internationale schuldhulpverlening,

Een scheve handelsbalans kan eventueel wel particulieren en bedrijven in de problemen brengen. Particulieren en bedrijven kunnen echter niet maar door blijven lenen, overheden wel. Op een gegeven moment hebben particulieren en bedrijven geen geld meer om een handels overschot te veroorzaken en dan houdt het vanzelf op, prijzen en lonen volgen dan noodgedwongen.

Wat nu moet gebeuren is dat datzelfde “marktwerkings” principe in de toekomst ook voor overheden gaat gelden. Politiek is dat lastig, overheden “kopen” graag de gunst van de kiezer daar wordt je populairder van dan te bezuinigen, maar eens houdt dat op.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#10 TRS

“Harde afspraken dat Duitsers en Nederlanders zich leren gedragen. Men zou (liefst automatische) boetes moeten heffen op hun excessieve exportoverschotten. De opbrengsten uit de boetes zou men kunnen gebruiken voor structuurversterkende investeringen in het Zuiden.”

Echt, hoe kun je iemand nog serieus nemen als hij zoiets schijft? En die grapjas noemt zich ook nog econoom. Misschien wilde hij graag ook wat media aandacht tijdens deze crisis.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#10.1 Michel - Reactie op #10

Heb je ook nog argumenten? Indien het zo erg is als jij beweert hoe kun je iemand nog serieus nemen als hij zoiets schrijft? dan moet dat toch niet zo moeilijk zijn.

#11 Walter

“overheden leveren een collectieve service en betalen dat met belasting inkomsten. Levert de overheid structureel meer aan “service”, dan er belasting binnenkomt, dan ontstaat er een tekort op de overheidsbalans.”

Volgens deze redenatie zijn ALLE europese landen, behalve Estland, landen waar de overheid meer aan service levert dan er belasting binnenkomt. Alle andere landen hebben immers torenhoge staatschulden die ieder jaar weer hoger worden.

Het grappige is dat er met bezuinigingen altijd op de voorzieningen wordt bezuinigd maar nooit op het personeelsbestand. Terwijl dat toch de allergrootste kostenpost is. Maar ja, eigen vriendjes eerst, zo werkt dat bij de verschillende overheden. Dit is de reden van de begrotingstekorten, maar ook van de ongelijkheid in de samenleving. De overheid is een steeds groter wordende bron van ergernis aan het worden voor arm en rijk.

In ieder bedrijf was al lang tenminste 25% van het personeel ontslagen om de boeken weer enigzins op orde te krijgen. Hier leveren ze gewoon steeds minder service met steeds meer mensen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#12 Michel

@17 Alle andere landen hebben immers torenhoge staatschulden die ieder jaar weer hoger worden.

Voor de crisis was er sprake van stabilistatie en afname van de crisis in veel landen. De schulden zijn opgelopen door crisis.

Estland voert snoeiharde bezuinigingen uit (met als gevolg jarenlang stagnerende groei en hoge werkloosheid) om aan de eisen van de Euro te voldoen.

In ieder bedrijf was al lang tenminste 25% van het personeel ontslagen

De overheid is geen bedrijf. Bedenk ook dat als een bedrijf dit doet dit nauwelijks of geen invloed heeft op de economie. Bij de overheid is dat wel het geval.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#13 Wouter ter Heide.

Hamvraag.

Het echte probleem achter de Eurocrisis is niet ‘scheve export-versus importverhoudigen’, maar het feit dat geld niet de oplossing maar deel van het probleem is. De crisis is primair namelijk geen financieel maar een existentieel probleem, dat alle facetten van het bestaan bedreigt. Wat het antwoord op de crisis betreft, moet het heil dan ook niet gezocht worden bij economen, hoe groot hun economisch denkvermogen ook is. Maar dat heil is ook niet te vinden bij onze partijpolitiek gekleurde Europese regeringsleiders, de EU-top, aangezien het partijpolitiek denken óók deel van het probleem is. De crisis overstijgt namelijk dit denken, omdat zij in wezen niet van partijpolitieke aard is. Vandaar dat zij een fundamenteel andere aanpak vereist.
Kortom, het economische en partijpolitieke ‘denken’ waar onze samenleving op drijft, vormt ‘hét’ probleem van de crisis, waardoor deze met de dag meer uit de hand loopt. Alleszins begrijpelijk trouwens, omdat het economische noch het partijpolitieke denken een natuurlijk verzadigingspunt kent en daardoor constant gericht is op groei, ofwel op meer. Vandaar dat het adagium ‘genoeg is genoeg’ op de EU-top geen item is.
Toch ligt dáárin de oplossing, omdat ongeremde groei tegen de aard van het leven (dat gericht is op voortbestaan) ingaat. Sluipenderwijs wordt daardoor het leven van mens en aarde beetje bij beetje verwoest, gelijk de werking van een kankercel. Op een gegeven moment zal dat onherroepelijk leiden tot een onoplosbare permanente crisis die niemand zal sparen.
Dit doemscenario is te voorkomen indien premier Rutte onder druk van onze volksvertegenwoordiging op de eerstvolgende EU-top de ontoereikendheid van het parlementaire en monetaire stelsel zou agenderen. Uiteraard zal politiek Den Haag daarvoor allereerst in eigen huis orde op zaken moeten stellen, door in alle openheid het deficit van het partijpolitieke en financieel-economische gedachtegoed ter discussie te stellen. De hamvraag daarbij is welke partij in ons Haags regeringsbolwerk het vermogen bezit daartoe het voortouw te nemen. Die partij zal immers in staat moeten zijn over de eigen schaduw heen te springen, ofwel de moed moeten hebben haar bestaan aan de wilgen te hangen en vol te gaan voor het algemeen belang dat partijpolitiek noch economisch gebonden is!

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie