“The caveat on tubers, especially from Netherlands, says Mr Kaguongo, was well founded since the European country has been known to have high levels of potato diseases.”
Is dat zo, staat ons land – of beter: onze aardappels – hierom bekend?
#2
perik
Oudere rassen zoals het Bintje (107 jaar oud ras) zijn sterk productief, maar erg vatbaar voor met name aardappelziekte, een schimmelaantasting. Tot een jaar of tien vijftien geleden was dat geen probleem, want met een fikse dosis chemie kon je toch nog een prima oogst van het land halen. Nieuwere rassen zijn hier beter tegen bestand en hebben minder of – als je bereid bent enige productie in te leveren – geen chemie nodig.
Een relatief nieuw probleem is Dickeya, een bacterieziekte in die Nederland is ontstaan en die op de quarantainelijst staat. Daar doelen de Kenianen op. Of de ziekte via zaad overdraagbaar is, dat weet ik niet.
Overigens – los van Dickeya – is het vaak beter om lokaal rassen te veredelen omdat je dan gewassen krijgt die beter presteren op de lokale omstandigheden en markt. Eventueel kun je die rassen kruisen met kenmerken van Europese rassen. Probleem: veredelen kost heel veel tijd en de kans op succes is klein.
#3
Taco Zip
Erg onaardig om Henk Bleker een ‘pootaardappel’ te noemen. Wat heeft ie nu weer uitgevreten?
#4
NoName
Er stond eerst, “aardappelzaad van Henk Bleker zorgt voor ophef in Kenia”.
Misschien moet hij iets aan z’n eetgewoonten doen.
Reacties (4)
“The caveat on tubers, especially from Netherlands, says Mr Kaguongo, was well founded since the European country has been known to have high levels of potato diseases.”
Is dat zo, staat ons land – of beter: onze aardappels – hierom bekend?
Oudere rassen zoals het Bintje (107 jaar oud ras) zijn sterk productief, maar erg vatbaar voor met name aardappelziekte, een schimmelaantasting. Tot een jaar of tien vijftien geleden was dat geen probleem, want met een fikse dosis chemie kon je toch nog een prima oogst van het land halen. Nieuwere rassen zijn hier beter tegen bestand en hebben minder of – als je bereid bent enige productie in te leveren – geen chemie nodig.
Een relatief nieuw probleem is Dickeya, een bacterieziekte in die Nederland is ontstaan en die op de quarantainelijst staat. Daar doelen de Kenianen op. Of de ziekte via zaad overdraagbaar is, dat weet ik niet.
Overigens – los van Dickeya – is het vaak beter om lokaal rassen te veredelen omdat je dan gewassen krijgt die beter presteren op de lokale omstandigheden en markt. Eventueel kun je die rassen kruisen met kenmerken van Europese rassen. Probleem: veredelen kost heel veel tijd en de kans op succes is klein.
Erg onaardig om Henk Bleker een ‘pootaardappel’ te noemen. Wat heeft ie nu weer uitgevreten?
Er stond eerst, “aardappelzaad van Henk Bleker zorgt voor ophef in Kenia”.
Misschien moet hij iets aan z’n eetgewoonten doen.