COLUMN - Woedend was Wilders tijdens de algemene politieke beschouwingen. “Weet u waarom er te weinig huurwoningen zijn, meneer Roemer? Omdat die asielzoekers allemaal voorrang krijgen van de SP, waardoor al die SP’ers en heel veel anderen die op een huurwoning wachten, langer in de wachtrij staan. Dát is wat u doet, dáárom is er een tekort aan woningen.”
Welnee, meneer Wilders: er zijn zo weinig sociale huurwoningen beschikbaar omdat die op grote schaal zijn verkocht. Sinds 1998 mogen woningbouwverenigingen hun corporatiebezit verkopen aan de zittende huurders; en wanneer huurders vertrekken, worden veel huurhuizen uit het bestand gehaald en gaan ze de verkoop in.
Sinds het Woonakkoord van 2013 is die transformatie van het woningbestand enorm versneld: de regels werden verder versoepeld, en huurcorporaties moeten sindsdien een forse heffing over hun bestand betalen. Door die heffing heeft minister Stef Blok vorig jaar 1,2 miljard euro opgestreken – geld dat de woningbouwverenigingen soms alleen kunnen opbrengen door weer extra huurwoningen in de verkoop te gooien.
Sommige woningcorporaties, zoals Vestia en Stadgenoot, verkopen de huurwoningen zelfs aan buitenlandse investeerders. Zodra de huidige huurders zijn weggewerkt, worden de huren ‘geliberaliseerd’.
Niks asielzoekers en niks SP: het is het uitponden van het sociale woningbezit – mede dankzij de liberaliseringsgedachte van Wilders eigen voormalige VVD – die huurwoningzoekers de das omdoet en die voor muurvaste wachtlijsten zorgt.
Afgelopen week heb ik een bevolkingsonderzoekje bij mijn eigen trapgenoten gedaan. In 1991 werden hier elf huurwoningen opgeleverd. Mijn huurhuis – een aangepaste woning – is van verkoop uitgezonderd; van de overige tien zijn er sinds 1998 liefst zeven verkocht. Van de vier huurders zitten er twee al sinds 1991 hier, en de andere twee net voor de liberalisering. Alle vier willen we nooit meer weg: want waar moeten we in dan hemelsnaam naartoe?
Van de zeven tot koopwoning geconverteerde huizen worden er twee door de huidige eigenaars permanent verhuurd – aan buitenlanders, ja: Australiërs, Duitsers, Britten, Spanjaarden, Zuid-Amerikanen. Steeds zitten er nieuwe mensen, soms om het halfjaar. Een derde woning wordt geregeld als AirBNB verhuurd, omdat de eigenaars met een oude koopwoning zitten die ze – buiten de bank gerekend – aan de straatstenen niet kwijt kunnen.
U kunt de asielzoekers en de vluchtelingen nu wel de schuld geven, meneer Wilders, maar dat is een vals verhaal. In werkelijkheid ligt de oorzaak toch echt bij de schrikbarende afkalving van het aantal sociale woningen. De door de VVD afgedwongen ‘liberalisering’ van het huizenbestand heeft ervoor gezorgd dat de huren omhoog gaan, de markt voor sociale huurders potdicht is komen te zitten, en de lokale overheden steeds minder ruimte overhebben voor hun eigen sociale woonbeleid.
Deze column van Karin Spaink verscheen eerder in Het Parool.
Reacties (4)
Het een sluit het ander niet uit zeggen wij thuis altijd
Het gebruikelijke geblaat van Wilders voor de simpele/onnozele en/of kwaadaardige van geest ;-)
Bravo voor Roemer.
Wauw, die vluchtelingen komen met zoveel dat de wachtlijst ineens een jaar of 30 terug al begonnen is. Wat een visionair die Wilders!
Feit is dat u als ‘sociaal huurder’ helemaal niets te zeggen heeft in de ‘democratie van de sterkste’. Had u maar een hypotheek moeten nemen, om de geldcreatie op stoom te houden. Het ‘bezit’ van een eigen huis is geworden tot de bal en ketting die u in het gareel houdt, geheel vrijwillig ook nog. Vrijheid is verworden tot de speelruimte die u wordt gegeven door de hypotheekverstrekkers en hun werkmaatschappijen, zoals de staat (NL èn EU), de centrale banken, de verenigde naties, de corporaties et cetera. Uw leven (in ruil) voor een huis is voor u, als brave hypotheek- en renteslaaf, blijkbaar het hoogst haalbare.