OPINIE - En nu ligt er dus een “wetenschapsvisie” van minister Bussemaker. Mooi is dat ze de burger meer invloed wil geven op de besluitvorming – een oud idee van de KNAW waar mijn oud-docent Marten Stol zich nog tegen heeft verzet met het onnavolgbare argument dat de overgang van een s naar een sj in het paleo-Siberisch niet viel uit te leggen aan een barmeisje. Nu is het denkbeeld dus terug van weggeweest.
De wetenschapsagenda wordt opgesteld door universiteiten, hogescholen en het bedrijfsleven, in samenspraak met maatschappelijke organisaties, betrokken burgers en rijksinstituten zoals het KNMI. Zo moet er meer draagvlak in de maatschappij gecreëerd worden voor onderzoek.
Dit is beslist geen slecht idee, maar als ze alles in 2015 al in kannen en kruiken willen hebben, is er bijvoorbeeld voor de geesteswetenschappen een lelijk probleem: maatschappelijke organisaties zijn er niet of nauwelijks.
Om een simpel voorbeeld te geven: als ik – uit mijn ervaring in de voorlichting – één ding kan documenteren over wat de burger zou willen, dan is het dat ze kijken naar het onderwerp van onderzoek. In mijn geval is dat “de Oudheid”. Burgers hebben geen voorkeur voor het vakgebied dat filologen, archeologen en oudhistorici hebben. Anders gezegd: vanuit academisch perspectief bezien denken burgers interdisciplinair en vanuit ’s burgers perspectief denken de universiteiten beperkt. De disciplines waarin de wetenschap is verdeeld, zijn immers historisch gegroeid en niet afgestemd op het onderzoeksonderwerp. Ik zou niet weten welke maatschappelijke organisatie of betrokken burger in staat zou zijn te agenderen dat het onderwerp en niet een vakgebied moet worden gefinancierd, al lijkt het me aannemelijk dat dit een prioriteit is die een burger zou stellen.
Een tweede punt: ik vrees dat maatschappelijke organisaties al snel andere belangen zullen dienen dan de wetenschap zelf. Dat is misschien een onaardige verdachtmaking, maar ik denk aan de wijze waarop de ontkenners van de klimaatsverandering zich met steun van het grote bedrijfsleven organiseerden. Ik weet niet of zulke maatschappelijke organisaties wel een rol moeten krijgen. Ik denk ook dat als bijvoorbeeld patiëntenorganisaties – wier integriteit ik niet ter discussie stel – een stem krijgen bij NWO, ze de voorkeur zullen geven aan concrete geneesmiddelen en niet aan zuiver wetenschappelijk onderzoek. Ik weet niet of dat wel zo’n wenselijke ontwikkeling is.
De tijd om de hele nota te lezen heeft me ontbroken, en al het bovenstaande schrijf ik met een slag om de arm. Maar het geeft weinig vertrouwen dat bijvoorbeeld de KNAW een reactie, die vooral gaat over meer geld en minder bureaucratie, eindigt met een uitnodiging aan “in Nederland actieve onderzoekers” om op een discussiepodium te reageren op de Wetenschapsvisie 2025.
Het gaat daarbij nadrukkelijk om de stem van de wetenschappers, niet de standpunten van belangenbehartigers of beleidsmakers.
Ik had gehoopt op meer ruimdenkendheid bij een organisatie die als missie toch heeft ervoor te zorgen dat de Nederlandse wetenschap “een optimale bijdrage levert aan de culturele, sociale en economische ontwikkeling van de samenleving”. Flauwe grapjes over barmeisjes met meer inzicht zal ik achterwege gelaten. Daarvoor is de relatie tussen wetenschap en samenleving te belangrijk.
Reacties (11)
Dit kabinet inschattende zal men wel bedoelen: ruim baan voor de lobby’s van rechts.
Vertel jij dan eens, Jona, welke onderwerpen in de wiskunde prioriteit moeten krijgen volgens jou als burger.
@2: Over de wiskunde kan ik geen uitspraken doen, maar over mijn vakgebied wel. Ik denk dat er (aansluitend op punt 14 van de Nationale Wetenschapsagenda 2011) moet worden gekeken naar de continuïteit van culturele identiteiten. Anders gezegd, als we beweren dat de Oudheid de bakermat is van de westerse beschaving, zou ik dat graag met het benodigde sociaalwetenschappelijke instrumentarium bewezen willen zien. Dat lijkt me een vrij zinvolle vraag.
En ik kan over jouw vakgebied ook geen uitspraken doen. Waaruit blijkt dat de anekdote over die bardame niet geheel ongegrond is, en waaruit blijkt dat de gemiddelde burger helemaal niet _kan_ meedenken over speerpunten voor de Nederlandse wetenschap.
Ik vind het een dwaas plan. De gemiddelde burger heeft hier helemaal geen inzicht in, en ontbeert de kennis om hier op een zinnige manier aan bij te dragen. Het plan nodigt inderdaad uit tot een zoveelste “onderzoek” naar allang bekende feiten over klimaatverandering omdat Henk en Ingrid nou eenmaal niets zien in feiten. Of een zoveelste onderzoek naar de werkzaamheid van homeopathie of de voorspellende waarde van astrologie. Onderzoek in de theoretische natuurkunde kun je verder op je buik schrijven.
Er bestaan nog steeds wetenschapswinkels. Als je de rol van wetenschap in de maatschappij belangrijk vind maak dan meer reclame voor die wetenschapswinkels en stel daar meer fondsen voor beschikbaar.
“patiëntenorganisaties, wier integriteit ik niet ter discussie stel”
Nou, ik wel degelijk. De meeste patiëntenorganisaties zijn volstrekt ondemocratisch georganiseerd, en zijn grotendeels gefinancierd door de farmaceutische bedrijven gelieerd aan hun specifieke patiëntengroep.
En nog een graadje erger wordt het bij de NPCF, die volledig wordt gefinancierd door een aantal ministeries en een groot aantal farma-bedrijven. En er is geen enkele controle, noch door patiënten, noch door consumenten, op het beleid van deze lobbyclub.
Nog iets merkwaardigs wat de patiëntengroepen betreft: de patiënten die “iets” chronisch mankeren zijn vertegenwoordigd in allerlei gremia, hetzij als patiëntenvereniging, hetzij via de NPCF. Ook als het gaat om zaken die alle potentiële patiënten aangaan, zoals bijvoorbeeld het EPD.
Maar patiënten die incidenteel iets mankeren, zoals een griepje, een enkele botbreuk, een blindedarmpje, zijn nergens vertegenwoordigd. Formeel door de NPCF, maar daar heeft die groep patiënten niets te vertellen.
De patiënten- en (zorg)consumentenlobby van Nederland is volledig in handen van de overheid en van de farma. Fijn idee.
Terzijde: het gaat er ook niet om dat je een barmeisje kunt uitleggen hoe de overgang van een s naar een sj in het paleo-Siberisch plaatsvond.
Wat werkelijk van belang is, is dat je dat barmeisje kunt uitleggen waarom het zo belangrijk is dat we dat weten. Ik vraag me af hoe goed je als wetenschapper bent als je dat niet kunt.
Persoonlijk vind ik dat wetenschappers die zich zo denigrerend over barmeisjes uitlaten, terwijl ze wèl potverteren van de belastingcenten van dat barmeisje, het recht moeten verliezen nog een cent te krijgen voor hun kennelijk onuitlegbare onderzoek.
Arrogantie hoeft niet door de samenleving gefinancierd te worden.
@7 persoonlijk laat het mij hoe en waar belastinggeld van zekere personen bij welke andere personen terecht komt en volgens derde personen trollend als potverteren gekenschetst wordt Siberisj.
.
Wetenschapsvisie van politici die praten over Kennismaatschappij terwijl ze bedoelen Kennissenmaatschappij is geen wetenschapsvisie.
Bij elke aanvraag bij NWO is er nu een kopje “valorisatie”. Verplicht. Telt voor 15% in de beoordeling mee. Lullig als meer dan de helft van de aanvragen al excellent is en een procentje meer of minder al uitmaakt. Helemaal lullig als je fundamenteel onderzoek doet. Je mag wel uitleggen als je geen valorisatie invult, dan zullen ze er wel naar kijken. Echt.
Die politici beseffen niet dat als er geen fundamentele wetenschap was geweest ze nu geen licht hadden gehad, of massamedia, of … Een stelletje vandalen.
@4: Eh, er staat niet dat burgers over elk onderwerp moeten kunnen meepraten. Er staat “betrokken burgers” en men heeft het over maatschappelijke organisaties. Daarom wijs ik erop dat die in de geesteswetenschappen niet bestaan.
Politiek hoort over meer dan alleen maar geld te gaan: over idealen, over maatschappijvisie. Ik zag toevallig Buitenhof en ik herkende wat ik al van plan was te schrijven: dit is een politieke kaste die zich alleen nog maar druk maakt om de centen in de kas van de staat. In dat kader mag de “betrokken” burger meepraten over waar we in de wetenschap geld aan uitgeven en waaraan niet. Alsof dat niet de verantwoordelijkheid van de politiek is.
Vóór deze praktische keuze liggen vele principiële vraagstukken, zoals wat wij de waarde van wetenschap vinden. Net zoals wat wij de waarde van zorg en kunst vinden. De politiek kaste durft die vraag niet meer aan, bang stemmen te verliezen, en benoemt alles van waarde als een kostenpost. De “betrokken” burger mag dan meepraten over wat de politiek niet durft aan te raken.