Uitsterven in beeld

Foto: copyright ok. Gecheckt 02-03-2022

ACHTERGROND - Zitten we wel of niet in de zesde massa-uitstervingsgolf (6th Mass Exinction)?

Er is een ogenschijnlijke tegenstrijdigheid. Aan de ene kant zijn er nog geen duizend soorten, waaronder de dodo, waarvan het aannemelijk is dat ze zijn uitgestorven in moderne tijden (sinds ongeveer 1500). Met een geschat aantal van minimaal een paar miljoen soorten op aarde is dat bijna helemaal niets.

Maar, het merendeel van het geschatte aantal soorten is onbeschreven en nog onbekend. Schattingen van soortenaantallen zijn het resultaat van extrapolatie van hele kleine studies.

Al weer tien jaar geleden wist een onderzoeker zo’n 1200 verschillende keversoorten uit de kronen van slechts ngentien oerwoudbomen te verzamelen, waarvan 90% onbeschreven bleek. Een ander probleem is dat het vaststellen of een soort echt is uitgestorven erg moeilijk is, want “absence of proof is no proof of absence”.

Door middel van extrapolaties en modelleren zijn er schattingen gemaakt van hoeveel soorten er op aarde zijn en die variëren enorm.

Met de variatie in het achterhoofd hebben onderzoekers de arealen van habitatvernietiging en bijbehorende soortenaantallen gemodelleerd en zijn er schattingen over hoeveel diersoorten er per jaar verdwijnen. Schattingen lopen uiteen van tien soorten tot 690 soorten per week.

Het overgrote merendeel daarvan zijn beestjes waar u geen oog minder om dicht zult doen, maar bij de hoge kant van de schattingen gaat toch over een verlies van 0,7% per jaar (dus in een eeuw tijd 70% van de soorten die verdwijnen om nooit meer terug te komen).

Ook gewervelden die vaker in het knuffelbare domein vertoeven en waarvan de soorten aantallen bij benadering veel beter bekend zijn, hebben het zwaar. In mijn leven ligt het voor de hand dat de Siberische tijger, de blauwvintonijn en vermoedelijk onze eigen paling zullen uitsterven. Binnen enkele jaren zal ook de kleine zebrapanaque (zie afbeelding) uit het oostelijk Amazonegebied verdwenen zijn.

In dit overzicht van het tijdschrift Nature is de stand van zaken over onze kennis van het uitsterven weergegeven. Het effect van het veranderende klimaat is tot nu toe veel minder groot dan het effect dan menselijk handelen (bejaging, degradatie en vernietiging van habitats, milieuvervuiling en de introductie van invasieve soorten). Menselijk handelen draagt voor meer dan 90% bij aan het uitsterven van soorten. Zijn we getuige van een hele grote ramp in wording?

NB: De Zebrapanaque is een bewoner van de Xingu Rivier in het Oostelijk Amazonegebied. Mijn collega Mark Sabaj Pérez (NSF DEB-1257813) heeft er met zijn collega’s laatste inventarisatie gedaan voordat de rivier zal verdwijnen – en daarmee verschillende soorten die alleen in de stroomversnellingen ter plekke voorkomen – in een megastuwmeer. Het is daarom te verwachten dat deze soort over enkele jaren is uitgestorven.

Reacties (9)

#1 Hans Verbeek

In mijn leven ligt het voor de hand dat de Siberische tijger, de blauwvintonijn en vermoedelijk onze eigen paling zullen uitsterven.

De Siberische tijger misschien wel. Maar de laatste honderdduizend blauwvintonijnen krijgen we echt niet gevangen. Dat worden spelden in de hooiberg. De mensheid kan de visserijvloot niet meer vergroten (Grenzen aan de Groei) en de oceaan is wel heel erg groot.
Nu kun je gaan beweren dat er een minimale populatie tonijn nodig is om de soort in stand te houden. Dat is onmogelijk te bewijzen.

Er stond ooit een uitsterf-klok voor de blauwvintonijn op de voorpagina van Sargasso. De tonijn heeft het langer volgehouden dan die klok en zal Sargasso waarschijnlijk ook wel overleven.

  • Volgende discussie
#2 CK

Als elk jaar 0,7% van de soorten uitsterft, is de schade wat minder groot dan 70% in een eeuw. Als ik me niet vergis, bedraagt hij

100 * (0,993 ^100) = 49,5%

Wat natuurlijk nog altijd veel en veel te erg is.

Dank daarom voor een mooie bijdrage.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 roland

@0: “Menselijk handelen draagt voor meer dan 90% bij aan het uitsterven van soorten”
– Wat is de basis van deze uitspraak als eerder gesteld is: “het merendeel van het geschatte aantal soorten is onbekend”

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 tigger

@2:
Bijna goed, je berekent wat er aan soorten overblijft met 0,993^100, 100% – 49,5% = 50,5% dus

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 CK

@4: Juist. Ik dacht al dat ik iets verkeerd deed.

Erg toch eigenlijk, dat simpele sommetjes me soms al moeite kosten.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 zuiver

Goed stuk. Blij dat er weer eens wat aandacht is voor groen.

Overigens: als de klimaatverandering voor het overgrote deel wordt veroorzaakt door menselijke invloeden is dat deel toch ook door de mens afgedekt.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#7 frankw

CK/Tigger, dank voor de correctie op mijn foutieve berekening (aiaiai).

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#8 frankw

Hans @1. Op het moment dat dieren, planten of wat voor organismen dan ook in heeeeeeeele lage aantallen voorkomen dan wordt de kansen op uitsterven veel groter. Uit paleontologisch onderzoek blijkt dat onder natuurlijke omstandigheden soorten met een grote verspreiding over het algemeen een veel langere levensduur (als soort hebben).

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#9 frankw

Nog een toetje: soorten die in 2014 officieel zijn uitgestorven (of toch net niet):
http://www.livingalongsidewildlife.com/2014/12/22-animals-that-went-extinct-in-2014.html?spref=tw

  • Vorige discussie