James Cameron versus Werner Herzog
In een recent artikel in de Guardian werd de neergang van de filmcultuur beklaagd. Waren er vroeger fijnzinnige meesters als Yasojiru Ozu actief, daar wordt het nu beheerst door megalomanen zoals James Cameron. Vergeten wordt dat er een regisseur actief is die bijna het volmaakte tegenbeeld van Cameron is.
Werner Herzog en James Cameron zijn slechts bij één gelegenheid direct de concurrentie aangegaan. De Amerikaanse National Science Foundation bood een beurs aan voor een filmmaker om naar Antarctica te gaan. James Cameron schreef erop in, met het voorstel om een crew van 36 man mee te nemen. Omdat het 10.000 dollar per dag kost om een mens op Antarctica in leven te houden keek de stichting toch even verder, en kwam bij Werner Herzog uit, die voorstelde om met een crew van twee mensen te komen – een cameraman, en zichzelf als geluidsman. Het resultaat was de documentaire Encounters at the End of the World.
Deze episode benadrukt het fundamentele onderscheid tussen de beide heren. In een film als Avatar met veel geld en speciale effecten wordt de veronderstelde werkelijkheid tot een bedrieglijk sprookje gemaakt. De film zou gaan over de strijd tussen een authentiek, in harmonie met de natuur levende maatschappij, losjes geinspireerd op pre-columbiaans Amerika, en een westerse samenleving. De vraag is dan waarom Cameron niet het echte verhaal van de verovering van de Amerika’s in beeld brengt. De reden ligt zeer voor de hand. De werkelijke samenlevingen van bijvoorbeeld de Indianen in het Amazone-gebied voldoen niet aan het ideaalbeeld. Cameron vervalst de natuur, spiegelt een mooiere natuur voor die niet in werkelijkheid kan bestaan. Hij komt feitelijk nooit met de natuur in aanraking. Tussen hem en de natuur staan de mensen die hij in dienst heeft, en in laatste instantie de technologie.