Beeldtaal is de overdracht van gedachten waarbij het geschreven woord – geheel of gedeeltelijk – vervangen is door beeld. In de maanden augustus en september publiceert Willem Visser (beeldend kunstenaar, psycholoog en tekstschrijver) op zaterdagochtend artikelen over beeldtaal aan de hand van voorbeelden uit kunst, psychologie en alledaagse waarneming.
In 1788 legde de Eerste Vloot aan bij wat we tegenwoordig Sydney noemen. Aan boord bevonden zich 778 verbannen misdadigers en een aantal wetenschappers en illustratoren. De misdadigers gingen aan de dwangarbeid. De wetenschappers en illustratoren hadden de opdracht de Australische flora en fauna te beschrijven en in beeld te brengen.
Vertrouwd kader
Voor ervaren tekenaars moet dat een fluitje van een cent zijn. Dat zou je in ieder geval denken, maar dat bleek lelijk tegen te vallen. Zij hadden namelijk geen beeldend kader om de vreemde dieren die zij zagen op doeltreffende wijze weer te geven.
Volgens Andrew Parker, auteur van ‘Seven Deadly Colours’ (2005 / The Free Press, Londen), interpreteerden zij kangoeroes als grote, rechtopstaande hazen met een ratachtige staart.
‘Koalas appear like squirrels without their tails. (…) The artists were under the influence of their native imagery, purposely in the case of the painters (to remind the homesick emigrants of Britain) and subconciously for the scientists. The scientists had fallen victim to a fault in the visual system (…) The images of Australia formed on their retinas were absent from the dictionary of their visual cortex, but rather than becoming new records, they were shoehorned into their closest entries. In this way something unfamiliar can become something familiar.‘