Hippies

De twee leukste atleten vond ik op deze Olympische Spelen: Tomasz Majewski, de Poolse winnaar van wederom het goud op het onderdeel kogelstoten, en de Rus Ivan Oechov, die het goud won bij het hoogspringen. Het zijn niet zulke gladgeschoren atleten, ze hebben integendeel een kop vol met haar en dat mag ik graag zien. Vooral de Russische chef de mission zal wel tegen Ivan gezegd hebben: ‘Doe eerst eens wat aan je haar, hippie! Je krijgt veel te veel luchtweerstand, als je springt!’ Maar Ivan deed niets aan zijn haar. Hij kan uit stand bijna nog hoger springen dan zijn tegenstanders na een aanloop. Hij is ook tien centimeter korter dan zijn tegenstanders, die allemaal zulke lange bonestaken zijn, want dat moet tegenwoordig: als je niet minstens één meter negentig bent en hoogstens 43 kilo weegt, dan kun je het wel vergeten als hoogspringer. Ivan heeft eenvoudig zijn beenspieren wat meer getraind, hij heeft een zéér gezond stel benen!, en bekommert zich niet zozeer om de techniek van de fosbury flop, want die oefent hij tamelijk nonchalant uit. ‘Springen doe je met je benen,’ moet hij denken, ‘je armen, je rug en je kont moeten gewoon zo’n beetje over de lat heen.’ (Die Edwin Pistorius heeft nu wel de 400 meter gekozen, hij had met die verende blades natuurlijk voor het hoogspringen moeten kiezen.)

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.