Dilemma’s rond een aardappelveldje
Het ontslag van de Leuvense onderzoekster Barbara van Dyck wegens deelname aan een actie tegen genetisch gemodificeerde aardappelteelt levert een interessante case op. De actievoerders claimen het recht om genetische modificatie te bestrijden. Het ontslag van een van hen zien ze als belemmering van de vrijheid om actie te voeren, een soort ‘berufsverbot’. En tevens als een inperking van de vrijheid van meningsuiting. Ook de universiteit haalt dit grondrecht aan. Het ontslag wordt gemotiveerd met verwijzing naar de academische vrijheid. Onderzoek moet in vrijheid zonder inmenging van anderen kunnen plaatsvinden. Je vernielt niet het werk van je collega’s. En er was in dit geval wel sprake van bewuste vernieling. Ook al trok Van Dyck zelf geen aardappels uit de grond, ze trad op als woordvoerder van de actiegroep Field Liberation Movement en nam achteraf ook geen afstand van de gebruikte methoden.
Mark Waer, de rector van de KU Leuven:
“De vernieling van het proefveld getuigt van het gewelddadig verhinderen van de wetenschappelijk ondersteunde mening van de tegenpartij en van het moedwillig beschadigen van een door de wetgever goedgekeurd vrij onderzoek. Het schaadt daarmee twee fundamentele universitaire waarden: met name de vrije meningsuiting en de vrijheid van onderzoek. Dit laatste houdt in dat een wetenschapper met het grootste respect omgaat met het onderzoekswerk van collega’s, ook al vindt dit plaats binnen een andere universiteit of is men het oneens over de inhoud en impact ervan”