Historische landkaarten

Een historicus zou eigenlijk alle landen moeten bezoeken waarover hij schrijft. Doet hij dit niet, dan maakt hij fouten. Gegarandeerd. Zo schrijven oudheidkundigen nog wel eens dat de Romeinen in Germanië alleen maar armzalige gebieden aantroffen, zodat ze het land aan de overzijde van de Rijn na verloop van rijd zonder al te veel schade weer konden opgeven. Wie echter de moeite neemt de Romeinse forten langs de Lippe te bezoeken of de vallei van de Main te verkennen, stelt al snel vast dat het gaat om vruchtbare gronden. De bewering dat Germanië arm zou zijn, is afkomstig uit de Romeinse propaganda, die moest verdoezelen dat er wel degelijk iets verloren was gegaan. Of neem de Romeinse nederlaag bij Carrhae. Wie het verslag van Ploutarchos leest, krijgt het idee dat generaal Crassus door verraderlijke gidsen de woestijn werd ingelokt. De Griekse auteur geeft een lange beschrijving van het doodse landschap en merkt op dat de eindstrijd uiteindelijk plaatsvond bij een beekje dat daar, zo krijg je het idee, door de woestijn stroomde. In dit “eindeloze woestijnlandschap” konden de legioenen niet goed vechten, schrijven moderne auteurs dan. Wie de legioenen achterna reist, zal inderdaad door een doods landschap gaan, om vervolgens aan te komen bij de uiterst vruchtbare vlakte van de rivier de Balikh. De moderne reiziger stelt daar vast dat de beschrijving van het doodse landschap in feite totaal irrelevant is: de strijd vond plaats op de velden langs een rivier, ja zelfs ten dele in een moeras. Crassus kwam niet in de problemen door ontrouwe gidsen of “eindeloze woestijnen”, maar doordat zijn vijanden simpelweg beter waren – iets wat de Romeinen niet aan zichzelf konden toegeven en wat moderne historici zouden hebben geweten als ze de plek hadden bezocht.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.