ACHTERGROND - De Italianen gaan komend weekend naar de stembus om de leiders van twee grote partijen te kiezen. Grote vraag is of Silvio Berlusconi zich weer in het strijdperk zal begeven.
Primarie – spreek uit: prie-mà-rië – zijn Italiaanse primaries en het land is deze weken in de ban van twee belangrijke voorverkiezingen: die van de coalitie onder leiding van de Partito Democratico waar centrumlinks de verkiezingen mee ingaat en die van het centrumrechtse Popolo della Libertà – de partij van Berlusconi.
Dit weekeinde vond de eerste ronde van de primaries van de centrumlinkse coalitie plaats en de uitkomst was voorspelbaar: winst voor de oude PD-partijleider Luigi Bersani met 44,9% van de stemmen en een sterke tweede positie voor de belangrijkste uitdager Matteo Renzi, PD-burgemeester van Florence, met 35,5%.
Volgend weekeinde gaan we dus naar de ballottaggio, de tweede stemronde, en die zal bepalend zijn voor de centrumlinkse koers in de nabije toekomst. Bersani (61), de ouderwetse sociaaldemocraat van het vakbondstype, of Renzi (37), die meer affiniteit heeft met Tony Blair en zijn campagne deels financierde met geld van beursjongens. De leider van de grootste linkse vakbond CGIL, Susanna Camusso (57), heeft al problemen voorspeld als Renzi mocht winnen.
Silvio’s PdL is nog niet zo ver. Als Berlusconi zelf meedoet aan de verkiezingen, dan zijn primaries niet nodig – aldus sommigen binnen zijn partij, niet in de laatste plaats Silvio zelf die ze ‘nutteloos en schadelijk’ noemt. Anderen dreigen juist om de partij te verlaten als Silvio toch besluit om “het strijdperk te betreden” zoals hier de uitdrukking is. De oude vos twijfelt nog, en die twijfel kan bij hem tot op de dag van de voorverkiezingen duren.
Er ligt in de geteisterde partij een kandidatenlijst klaar die er mag wezen: tien kandidaten (tegen vijf voor centrumlinks). De belangrijkste figuren zette ik even voor u op een rijtje.
Angelino Alfano (42), voormalig minister van Justitie en door Berlusconi zelf aangewezen als opvolger. Als minister verantwoordelijk voor een aantal wetten ad personam – dwz. om specifieke personen uit de klauwen van de “linkse magistratuur” te houden. Zijn positie is niet duidelijk: is hij nu partijleider of is dat toch Silvio? Alfano heeft nauwelijks charisma en lijkt het sukkeltje van Berlusconi, daar neergezet juist omdat hij geen partij is voor de Cavaliere zelf.
Daniela Santanchè (51), puissant rijke ondernemer, voormalig lid van de hardrechtse partijen Alleanza Nazionaleen La Destra. Een personage, deze dame die niemand laat uitspreken en bij voorkeur door anderen heen schreeuwt, en (dus) een graag geziene gast in talkshows. Ze is altijd een persoonlijke vriend en supporter van Berlusconi geweest. Ik heb niet de indruk dat La Santanchè erg populair is buiten de beperkte demografische groep rijke rechtse viswijven in handgemaakte zijden blouses.
Giorgia Meloni (35), voormalig minister van Jeugdzaken, ook zij een exponent van de rechtse Alleanza Nazionale-tak binnen het PdL. Kan ondanks haar verleden in de extreemrechtse straatgroepjes van de hoofdstad redelijk charmant en gematigd uit de hoek komen. Meloni moet het – vrij ongebruikelijk voor het PdL – beslist niet van haar uiterlijk hebben en ziet er dan ook normaal uit. Geen plastische chirurgie, geen siliconen, geen botox en geen haute couture. Haar enige echte kwaliteit is echter haar leeftijd, en dat is niet genoeg.
Vittorio Sgarbi (60), politicus, kunstcriticus en TV-persoonlijkheid. Was tot begin dit jaar burgemeester van een plaatsje op Sicilië – maar de gemeenteraad moest aftreden wegens infiltratie door de maffia (!). Een moeilijk te vatten persoon, deze Sgarbi. Zijn directheid en eigenaardige gevoel van humor hebben wel iets. Sgarbi was als politicus lid van vijf of zes partijen over de hele breedte van het palet – een trasformista noemt men zo’n opportunistisch beroepspoliticus hier. Hij lijkt me ook al geen kanshebber.
De vraag is nu waar de geloofwaardige kandidaten van het PdL zijn. Waarschijnlijk willen de echte kanshebbers hun handen niet branden aan de komende verkiezingen – de partij staat nog altijd op dik verlies – en kijken ze de kat uit de boom. Aan de andere kant kan ik zo één twee drie geen PdL-figuren noemen die nu al klaar zijn om de partij de verkiezingen door te loodsen.
Maar bij gebrek aan aansprekende kandidaten neemt de kans dat de oude Cavaliere zelf weer het heft in handen neemt, toe. Dit weekeinde al besloot hij zomaar even dat het PdL in de regio Lombardije de kandidaat-president van de oude coalitiegenoot Lega Nord zal ondersteunen. Mocht Silvio de boel weer in handen nemen, dan komen er geen voorverkiezingen en gaan we een scheuring op rechts meemaken.
Tel daarbij de voorspelbare scheuring op links op en we kunnen weer een aantal jaren chaotische politiek verwachten die vooral druk zal zijn met zichzelf in plaats van het land.
Reacties (2)
“Tel daarbij de voorspelbare scheuring op links”
“Luigi Bersani met 44,9%”
“Matteo Renzi, PD-burgemeester van Florence, met 35,5%”
” De leider van de grootste linkse vakbond CGIL, Susanna Camusso (57), heeft al problemen voorspeld als Renzi mocht winnen.”
Zie ik iets over het hoofd, of komt die voorspelbare scheuring wel erg uit de lucht vallen?
Republicas Bananas