Serviërs blijven demonstreren
Sinds de instorting van een stationsdak in Novi Sad waarbij vijftien mensen om het leven kwamen is het onrustig in Servië. In massale demonstraties in Belgrado en andere steden eisen demonstranten volledige openheid over de oorzaken van de ramp. Het instorten is volgens hen het zichtbare gevolg van de corruptie, het nepotisme en het geknoei die het bewind van Vucic al twaalf jaar kenmerken. President Aleksandar Vucic heeft twee weken geleden beloofd alle relevante documenten openbaar te maken. Afgelopen zondag gingen toch weer tienduizenden mensen de straat op. De protestbeweging tegen de regering lijkt zich uit te breiden. Ook in Nis en Kragujevac werd gedemonstreerd. Uit vrees dat ook middelbare scholieren zich zullen aansluiten bij de protesten heeft de regering hen een extra week vakantie gegeven.
Het is niet de eerste keer dat president Vucic te maken krijgt met massale demonstraties. Vorig jaar waren enkele schietpartijen met dodelijke afloop aanleiding om zijn ontslag te eisen. Een brede coalitie beschuldigde hem en zijn SNS partij van autocratie, het onderdrukken van de media, geweld tegen politieke tegenstanders, corruptie en banden met de georganiseerde misdaad. Het heeft niet geholpen bij de verkiezingen, nu een jaar geleden. Vucic en zijn premier Ana Brnabic kregen bijna de helft van alle stemmen, de oppositie bleef steken op een kwart. Verkiezingswaarnemers en onafhankelijke media rapporteerden ongeregeldheden tijdens het stemmen.