RECENSIE - Wie deze zomer naar de bioscoop gaat, kan kiezen uit Antman, Jurassic World en Terminator Genisys.
De eerste film gaat over een superheld die dankzij zijn superpak zo klein is als een mier.
In Jurassic World zaait een zeer agressieve (want genetisch gemodificeerde) dino angst en paniek onder de bezoekers van het gelijknamige dino-pretpark.
En in de alweer vijfde Terminator-film stuurt een satanische machine, Skynet, de oude Terminator Schwarzenegger terug naar het verleden om Sarah, de moeder van verzetsleider John Connor te doden. Dit om te voorkomen dat deze tegenstander ooit zal bestaan. John hoort daarvan en stuurt zijn trouwe vriend Kyle Reese naar het verleden, om zijn moeder te beschermen. Maar die ontdekt bij aankomst tot zijn verbazing dat de Terminator haar ouders heeft vermoord, dat Sarah gered werd en nog leeft, en dat hij voorbestemd is de vader van zijn baas te worden.
Als u nu denkt ’typische Hollywood onzin’, dan moet u Robots, aliens en popcorn lezen. Want volgens George van Hal is dat helemaal zo gek nog niet.
Dat wil zeggen, reizen naar het verleden is een lastige klus waarvoor je een heleboel antimaterie nodig hebt, maar eenmaal daar kun je het verleden wel degelijk veranderen. Dat wil zeggen, door in het verleden in te grijpen schep je een parallel universum waarin de geschiedenis een andere draai neemt. Sterker, volgens Van Hal (en hij heeft de moderne natuurkunde aan zijn zijde) veroorzaakt élke keuze die we maken het ontstaan van een parallel universum. Wordt het muesli of een bruine boterham deze morgen? POP! Daar splitst de hele boel. Dat idee, daar maken de bedenkers van de vijfde Terminator gebruik van.
Wetenschap en film hebben elkaar gevonden. Dat heeft even geduurd. Wetenschap was te ingewikkeld, vond Hollywood. En niet sexy. Die afkeer is volledig verdwenen. Waarschijnlijk was The Matrix in 1999 het keerpunt. Tot ieders stomme verbazing werd deze film, waarin de hoofdpersonen ontdekken dat ze in een virtuele wereld leven, een megasucces waarover zelfs op universiteiten college werd gegeven. Hollywood realiseerde zich dat ze het publiek onderschatte.
Wetenschap was van harte welkom. Robots, aliens en popcorn is het product van deze omslag.
Vol enthousiasme springt Van Hal heen en weer tussen de parallelle universa van film en wetenschap. Hij beschrijft de nieuwste superheldenpakken, de laatste ideetjes op het gebied van sneller-dan-het-licht en de vele universa die daar buiten op ons wachten. Twee ‘bonus features’, over wetenschappelijke adviseurs in de filmindustrie en een ‘wetenschappelijke filmcanon’, maken dit boek compleet.
Film en wetenschap hebben elkaar omarmd. Al zijn er grenzen. Zo probeerde adviseur-paleontoloog Jack Horner de makers van de Jurassic-films over te halen om de dino’s wat kleuriger te maken, met wat dons hier en daar. Conform de laatste wetenschappelijke inzichten. Maar Steven Spielberg zag dat niet zitten. Een bonte superkip wordt nooit een blockbuster.
George van Hal, Robots, aliens en popcorn. Atlas Contact, 250 blz. 24,99 euro. Vier sterretjes.
Reacties (14)
“Hollywood realiseerde zich dat ze het publiek onderschatte.”
En daarin staat Hollywood vanzelfsprekend niet alleen. De politiek, de universiteit en de culturele sector lijken ook almaar niet in de smiezen te hebben dat inmiddels 40% van de schoolverlaters een HBO of universitaire opleiding heeft gevolgd, en dat de 50% in zicht komt. Niet dat die opleidingen volmaakt zijn, maar het publiek is hoger opgeleid dan ooit.
@1: Het mooiste wat hier uit valt te halen is dat creatievelingen weer eens moeten laten zien hoe het moet, aangezien marketeer boys alleen maar met questionnaires en focus groups uit de voeten kunnen.
En ik maar denken dat de wetenschap en de film elkaar al vonden met zeg eens Frankenstein.
De geschiedenis van de SF begint bij de Matrix?
Back to The Future? The Thing? Frankenstein?
Leuk hoor zo’n boek…
@4: Le-zon:
In Jurassic World hebben in een velociraptor-genoom genen toegevoegd van allerlei hele grote dino’s, van vissen die hun lichaamstemperatuur kunnen aanpassen (zodat ze niet in de smiezen lopen van infrarode kijkers), van een octopus, zodat z’n huid van kleur kan veranderen, van een ratelslang, zodat ‘ie zelf infrarood ziet. En hij kan kleine velociraptors naar z’n hand zetten, wat ook gebeurt in de film. Verder wordt een velociraptor vriendjes met een tyrannosaurus en drijven ze samen de dingessaurus in de kaken van de mosasaurus.
Oeps. Spoiler alert.
@4 je hebt gelijk. Ik wist zo ongeveer niet waar ik moest beginnen met opsommen.
maar als we dan toch een lijstje maken:
Weird Science?
En de eerste Jurassic Parks zijn toch ook van voor de Matrix?
en oh….alles wat met Star Trek samenhangt?
Hoe langer ik erover nadenk, hoe vreemder het stukje op me over komt.
Terugreizen in de tijd is wetenschappelijk gezien onmogelijk. Einstein zei dat al. In de toekomst reizen kan wel (theoretisch gezien), maar je kan dus niet meer terug.
@5 ik kan de stelling wel lezen. Maar die is nogal aanvechtbaar.
De eerste Jurassic Park (auteur verwijst naar deel 4) is van 1993, om maar eens een voorbeeld te noemen.
Maar al veel, veel eerder (@4 wijst er terecht op) durfde ‘de filmindustrie’ een verfilming van Frankenstein aan, toch?
Hoe verhoudt zich dat tot:
‘Waarschijnlijk was The Matrix in 1999 het keerpunt.’?
@8
Kom eens bij ons op de Veluwe kijken, zou ik zeggen
De eerste s.f.-film is, de waarschijnlijk verloren gegane korte film Gugusse et l`automate uit 1897 van Georges Méliès toonde al een mechanische man.
Even scrollen totna ”3e wet” van
http://www.retronique.nl/de-geschiedenis-van-de-hollywood-robot-ro-man/
en zie ook:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Geschiedenis_van_de_sciencefictionfilm
@1 Dat, of alle opleidingen zijn in de loop van de afgelopen gewoon oppervlakkiger geworden, zodat al die minder begaafden ook een zesje kunnen scoren?
Maar we dwalen af.
@5: Zooooo ingewikkeld, dat men al in de jaren ’20 films maakte met wetenschappelijke inzichten over de toekomst.
@4 & #7: