“We hope after a return to stability in Libya, Libya will continue to protect the interests and rights of Chinese investors and we hope to continue investment and economic co-operation.”
De woorden van Wen Zhongliang, plaatsvervangend onderknuppel van het Chinese ministerie van Economische zaken. China importeert drie procent van de eigen olieconsumptie uit Libië. Het land onthield zich, in de VN, van stemming over de NAVO-luchtsteun, en veroordeelde vervolgens de NAVO-acties in niet mis te verstane bewoordingen. De woorden van Wen Zhongliang lijken een reactie op wat een woordvoerder van de rebellenoliemaatschappij Agoco zei – namelijk dat Agoco geen enkel probleem heeft met de westerse olieboeren, maar politiek nog wel een appeltje te schillen heeft met landen als Rusland, China en Brazilië. China heeft dus, ordinair, op het verkeerde paard gewed, en probeert nu te redden wat er te redden valt. Het zal vast met een sisser aflopen, maar de uitspraak is wel illustratief voor het geopolitieke schaakspel dat achter de revolutie plaatsvindt.
Reacties (2)
Dit bericht bezorgt mij de eerste glimlach van vandaag. Prachtig nieuws!
Als de rebellen, resp. de nieuwe regering van Libie slim zijn, dan weten ze er een aardig slaatje uit te slaan.
Ach geopolitiek… Het is gewoon dat de rebellen na een half jaar wel weten wie hun vrienden wel en vooral wie dat niet waren. Het zou me niet verbazen als Nederland met zijn lafhartige positie ook achter het net vist in het Libië na Gadaffi.