COLUMN - Schokkende dialoog met Nene (8 jaar), inmiddels 2,5 jaar in Nederland. We zijn samen aan het tekenen: een huis met daarin kinderen, haar favoriete onderwerp voor een tekening. Zij vraagt aan mij of ik een viltstift wil aangeven.
– Welke kleur?
– Huidskleur!
Ik geef haar een lichtbruine viltstift.
– Maar dat is geen huidskleur!
– Maar het is de kleur van jouw huid.
Nene heeft zwart haar en donkerbruine ogen, en een kleur die misschien nog iets donkerder is dan de viltstift.
– Nee, huidskleur is roze!
Dit idee krijg ik niet uit haar hoofd. Ja, de kleur van haar huid is lichtbruin en ze lijkt daar niet verdrietig om. Maar huidskleur is roze.
Er blijkt onderzoek over te zijn: in verschillende Europese taalgebieden speelt deze kwestie. Ik herinner me niet dat ik in mijn jeugd bepaalde potloden huidkleurig noemde, maar misschien was in mijn tijd het zo gewoon om roze potloden huidkleurig te noemen dat ik het me daarom niet herinner.
Waar komt het vandaan? De meeste kinderen in haar klas hebben inderdaad eerder een lichtroze teint, net als haar ouders – maar er zijn ook kinderen met juist een donkerder huid. Heeft er iemand iets gezegd? Is dit nu eenmaal de gewone manier om ‘huidkleurige pennen’ te zien op school? Of op de BSO? En: is het nu een slecht ding of niet? Misschien betekent het alleen dat Nene observeert dat ze afwijkt van het gemiddelde, en benoemt ze huid naar dat gemiddelde? Of leer je zo een echt racistische onderstroom kennen in die gemoedelijke klas?
Het is een nadeel van adoptieouder zijn: je hebt letterlijk niet dezelfde huid. Met discriminatie hebben wij niet rechtstreeks te maken. hoe kun je dan raad geven in de omgang met dit soort woorden?
Reacties (4)
Heb je al eens pleisters in haar huidskleur gekocht?
Of Nene (8 jaar) is intussen wel gewend aan de term ‘huidskleur’, maar heeft nog niet in de gaten dat je ‘huid’ gewoon je ‘vel’ is…
Toen ik een Bos atlas moest kopen voor de brugklas vroeg ik me af wat er in vredesnaam zo interessant aan bos was voor een complete dikke atlas. Jaren later nog gelachen met een Belgische toen we haar vertelden dat we de Bos atlas mochten gaan voeren in ons assortiment.
Die verontwaardigde blik .. WTF, wie koopt er nu een bosatlas…
Dat soort dingen wennen zo snel dat we ons niet meer afvragen wat een woord eigenlijk betekent.
Wie eet er nu een blinde vogel of een vogel met sla?
Blinde vink, Slavink.
Boterletter?
Zo valt het helaas nog niemand op, dat ik bij vergaderingen altijd op kletskoppen trakteer.