Het is de tijd van kerstdiners, van gevulde restaurants en van copieuze maaltijden. In familieverband, met collega’s en met vriendengroepen wordt er nu heel wat afgegeten. En dan rijst de vraag wat maakt eten goed?
Ik ben nu al een aantal keer ontevreden uit restaurants gekomen met het gevoel dat wat mij daar werd voorgeschoteld niet mijn behoefte voor goed eten had vervuld. Dat het stapeltje gebakken groente dat me verkocht was als een lasagna van mediterrane groente of de rode-bietjescarpaccio mij aanzienlijk minder hadden gedaan dan het bruine brood met roomboter vooraf.
Het gaat mij hier om deugdelijk eten in de klassieke Aristoteleaanse zin dat het zijn doel als voedsel goed doet. Net als een goede docent meer doet dan kennis overdragen, maar dat doet met passie en overtuigingskracht, is ‘voedzaam’ zijn niet genoeg. Daarnaast wil ik de vragen over eerlijk eten (vegetarisch, biologisch, fair trade) even parkeren.
Ik kan komen tot drie dingen die een maaltijd goed maken:
- Voeden: Deugdelijk eten voedt, het is niet de bedoeling dat je met honger weg gaat van de drie kleine gerechtjes die zijn voorgeschoteld. Sterker nog, goed eten heeft iets overdadigs. Net als een goede spreker je hoofd doet overvloeien met gedachten, moet je na goed eten ook echt voldaan zijn. Voor vegetariërs zijn zachte of gesmolten kazen daar erg goed in.
- Pure smaken: Fruit en groente hebben vaak van zichzelf een heel aangename smaak. Als we ze langdurig koken of frituren wordt de smaak daar vaak niet beter van. Ik heb liever frisse spinazieblaadjes bijvoorbeeld dan de bittere snot die je krijgt als je het kookt. Dezelfde puurheid komt ook naar voren in goed bruin brood of kaas.
- Diversiteit aan smaken: Gezien punt 2 is bereiden dan op zoek gaan naar goede, vaak contrasterende combinaties, bijvoorbeeld zwaar romig-zout en licht fris-zuur. In een salade kunnen delen hun eigen smaak houden, maar elkaar ook contrasteren. Een gerecht (‘pasta met pesto’) laat dan vaak niet genoeg smaken zien. Dat kan wel in een aantal kleine gerechtjes (van voldoende hoeveelheid), of wat ook gezellig kan zijn: wisselen bij de helft van de maaltijd. Overigens van een bord met drie kleine amuses schrik ik dan weer weg, gezien punt 1.