Overgewicht: ook kleinere porties nodig
In het debat over overgewicht gaat het vaak om gezonde en ongezonde voedingsmiddelen. Meer aandacht moet de portiegrootte van eten krijgen, want grote porties zijn vaak goedkoper dan kleine. Aanpassingen in de omgeving zijn nodig, maar de consument moet ook zelf de controle kunnen herwinnen over zijn eigen eetgedrag, zegt gastauteur Ingrid Steenhuis, universitair hoofddocent Gezondheidsbevordering bij de Vrije Universiteit.
In de afgelopen tientallen jaren zijn de porties van ons eten steeds groter geworden. Grotere zakken chips, emmers popcorn (in bioscopen) en tweeliter flessen frisdrank zijn toegevoegd aan het assortiment en we zijn gewend geraakt aan de kingsize en supersize varianten. De trend dat de porties groter worden, loopt parallel aan de trend dat steeds meer mensen overgewicht hebben. Onderzoek laat zien dat je van grote porties en uit grote verpakkingen meer eet; dit kan oplopen tot ongeveer 30 procent meer. De consument wordt verleid tot het kopen en eten van grotere porties, doordat deze vaak relatief goedkoper zijn. Een grote portie levert letterlijk ’meer waar voor je geld’ dan een kleine portie.
Gezond eten komt er bovenop
Een omgeving met grote hoeveelheden eten, beschikbaar op ieder willekeurig moment van de dag tegen een relatief lage prijs kunnen we ‘dikmakend’ noemen. Een gezonde keuze is misschien mogelijk, maar is zeker niet de gemakkelijkste keuze. In een dergelijke omgeving is het niet terecht om de verantwoordelijkheid volledig bij de consument neer te leggen. Ook zou dit de gezondheidsverschillen alleen maar vergroten. Er is voorzichtig een trend waar te nemen die inhaakt op het idee dat ‘meer niet altijd beter is’. Puurheid en kwaliteit zouden meer voorop moeten staan in het productaanbod dan de grote bulk. Het is de uitdaging om deze trend verder uit te bouwen.