Een zakenkabinet. Vanochtend opperde Elco Brinkman het nog maar eens in Goedemorgen Nederland. Een oplossing voor de deplorabele toestand van onze democratie? Een analyse.
Nu de politieke leiding van Nederland al jaren onstabiel is, klinkt de roep om een zakenkabinet steeds vaker. De meest potsierlijke van deze oproepen is wel die van Verdonk, waarbij ze zichzelf maar gelijk even een post toedicht. Helaas voor Verdonk bestaat een zakenkabinet uit apolitieke, ter zake kundige mensen, en zij valt onder geen van beide categorieën.
Hoewel de oproep van Verdonk als goedkoop opportunisme valt weg te zetten, is dat minder het geval voor de eerdere betogen van Pechtold en Van Mierlo, en SP-leider Jan Marijnissen. Deze stammen uit 2009, maar het is een idee dat eigenlijk om de zoveel jaar weer geopperd wordt. Zo speelden ook Wiegel, Fortuyn (zie zijn boek Het zakenkabinet Fortuyn uit 1994) en Elco Brinkman (o.a. 2006) met het idee.
Dat die oproep steeds weerkeert duidt op problemen in het huidige bestel die blijven doorzeuren. Ten eerste is er een gebrek aan geloofwaardige leiders. Dat spreekt bijvoorbeeld uit de woorden van Jan Marijnissen:
De regering moet bestaan uit een zevental mannen en vrouwen die op basis van hun levenservaring, kennis, inzet en affiniteit met de publieke zaak het land integraal besturen. De uitvoering van het beleid moeten ze aan anderen overlaten.