Marc van Oostendorp

281 Artikelen
48 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Marc van Oostendorp is hoogleraar Nederlands aan de Radboud Universiteit Hij heeft een website, een YouTube-kanaal.
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De Kroonboekenclub | De literaire kring, van Marjolijn Februari

De literaire kring van M. Februari is een boek van voor de klap, een boek over onschuldiger tijden. Het verscheen tien jaar geleden, in 2007, en gaat over de nasleep van gebeurtenissen van nog eens tien jaar eerder.

In 2007 was zo ongeveer iedereen het erover eens dat ‘wij van de elite’ in de tweede helft van de jaren negentig wel erg naïef waren geweest. Wat een hoerastemming had er geheerst over hoe goed Nederland het deed! Had premier Kok, het saggerijnige boegbeeld van die elite, op zeker moment niet in de Kamer voorgesteld om nu maar de wave te doen met zijn allen? En moest daarvoor niet onder allerlei tapijten worden geveegd wat een schandelijke uitwerking onze successen hadden op het leven daarbuiten?

En had 9/11 ons niet sowieso wakker geschud?

Schandaal

De leden van de literaire kring waarover Februari’s roman gaat verwijzen in ieder geval regelmatig naar 9/11. In de tijd die daarna komt moet je niet meer komen aanzetten met onbenullige niemendalletjes. Diepgravende boeken willen ze lezen. Boeken waarin je de mens in al zijn diepte leert kennen. Boeken die geëngageerd zijn en de grote problemen aangrijpen. Behalve, zo blijkt al betrekkelijk snel, als die grote problemen hen echt en persoonlijk betreffen – als het desbetreffende boek misschien weleens zou kunnen blootleggen hoe corrupt ze zelf tien jaar geleden zijn geweest, toen een lid van de leesclub zonder scrupules vervuilde glycerine aan Haïti verkocht zodat daar tientallen kinderen stierven na een hoestdrank te hebben genomen waarin die glycerine zat.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Het verzonkene, van Jeroen Brouwers

COLUMN - Niets kan een mens nostalgischer maken, dan literair gescheld uit de jaren zeventig. Een tijd waarin een schrijver nog op zoek moest gaan naar onderwerpen om over te schelden, omdat hij dat zo fraai kon! De wanhoop die erachter voelt: wat nu als het er allemaal niet meer toe doet omdat de wereld al eigenlijk volmaakt was?

Heerlijke tijden.

“Het verzonkene” schrijft Brouwers in de aantekeningen achterin dit boekje, “is mijn reactie op (ander andere, maar wel in hoofdzaak) het artikel Panoptikum. Het subjektivistiese proza van de jaren zeventig door Anthony Mertens.” En dit nadat hij 144 pagina’s tekeer is gegaan tegen dat ‘subjektivistiese proza’ in dan weer een heel andere vorm van proza, die Brouwers zelf vast heel mooi vond.

Woedendmakend

Het subjektistiese proza werd ook wel ‘ander proza’ genoemd; het was experimenteel van opzet, en het is om die reden eigenlijk nooit echt gelezen. Het was niet begrijpelijk genoeg. Waarom iemand, een andere schrijver, zich daar dan vreselijk over zou moeten opwinden, dat maakt Brouwers eigenlijk nooit duidelijk. Zijn voornaamste bezwaar was, geloof ik, dat dit ‘andere proza’ anders was dan dat van hem. “‘Ban verswolm garnaal, mielt verteken mijn zwal”, zo parodieert hij het andere proza ergens, om erop te laten volgen:

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Sprakeloos, van Tom Lanoye

COLUMN - Wie laat het boek Sprakeloos nu ooit ergens zomaar achter voor iemand anders? Je kunt van de meeste boeken natuurlijk best afscheid nemen. Je hebt ze gelezen, ze waren mooi, je hebt er genoeglijke uurtjes mee beleefd en dan ga je weer verder. Maar degene die Sprakeloos (2009) van Tom Lanoye in de minibieb bij mij in de straat heeft gelegd, was niet wijs.

Er zijn weinig odes aan de Nederlandse taal geschreven als dit boek, zo sprankelend in iedere zin, zo genotvol in ieder woord, zo koesterend in elke lettergreep. Het is waarschijnlijk het mooiste boek dat er in de 21e eeuw in het Nederlands geschreven is, en als het zo voortmoddert, dan blijft dat misschien ook wel zo.

Uit de mond van de moeder

Sprakeloos is een verhaal over taal: de taal van de moeder van Tom Lanoye, ooit een amateurtoneelspeelster, een spraakwaterval, een trotse slagersvrouw, een verdrietige moeder om een te jong gestorven zoon, iemand die voor bijna alles woorden kon vinden en dat ook bijna altijd deed. En later, aan het eind van het leven, een vrouw die haar taal in afasie verloor, die eerst alleen woedend onbegrijpelijke klanken kon uitstoten en uiteindelijk zelfs dat niet meer.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Melati van Java, dochter van Indië

COLUMN - Als de critici wraak hadden willen nemen op Melati van Java, hadden ze het niet effectiever kunnen doen: hebben jullie weleens wat van haar gelezen? Toch was zij in haar tijd – ze leefde van 1853 tot 1927 – een van de populairste Nederlandse schrijfsters, die de ene roman na de andere publiceerde én van wie vrijwl al die romans als warme broodjes over de toonbank gingen.

Marie Sloot heette ze. Ze gebruikte naast Melati ook nog het pseudoniem Mathilde voor haar katholieke, en ook zeer populaire, damesromans. Tegen het eind van haar leven kwam daar Max van Ravestein bij, voor haar wat modernere werk.

Al die pseudoniemen waren bedoeld om het lezerspubliek zo min mogelijk in de war te brengen. Marie Sloot kende, blijkens de onlangs verschenen biografie van Vilan van de Loos, de kracht van merknamen. Ze had bovendien een sterk ontwikkelde neus voor zaken. Hoewel ze een van de eerste vrouwen was die van haar pen moest leven, wist ze van vrij stevig onderhandelen zodat ze inderdaad haar hele leven zelfstandig kon zijn, en waarschijnlijk zelfs kostwinner voor het gezin dat ze vormde met haar inwonende vriendin Lina.

Chinese vrouw

Het is een razendinteressant boek geworden, de biografie van Vilan van de Loo. Het leven van Sloot was misschien nog niet eens zo interessant. Daar werkte ze te hard voor, en haar hele leven stond duidelijk in het teken van dat werk, aan het schrijven, aan het redigeren. Daar wordt je leven niet heel erg woelig van. Ze had bijvoorbeeld kennelijk maar één serieuze privé-relatie, met Lina, en ook daarover komen we weinig te weten.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Overpeinzingen van Marcus Aurelius

COLUMN, RECENSIE - Het leven van een lezer is als dat van een Romeinse keizer. Je hebt grootse plannen en wilt je rijk steeds beter en mooier maken, maar van dag tot dag komen er allerlei halvegaren bij je klagen over onbenulligheden of moet je de problemen oplossen die door incompetente generaals worden veroorzaakt.

Een paar weken geleden had ik op deze plaats aangekondigd dat ik De zondaar van Alie Smeding ging lezen, een vroegtwintigste-eeuwse pornografische roman. Ik heb er nu weken over gedaan en moet toegeven: ik kom er niet doorheen.

Het is op een bepaalde manier best een interessante ervaring, die zondaar. Er wordt een soort broeierigheid beschreven die vast nog steeds bestaat, van jongemannen die de stad ingaan en van alles willen met de vrouwen die ze daar zien zonder dat ze zichzelf dat willen toegeven.

’n Kop chocola of zoo

Maar het boek is eigenlijk te realistisch. Er wordt enorm in geleuterd en gezeurd. En hoewel ook dat op een bepaalde manier interessant is – je bent toch altijd stiekem geneigd om te denken dat mensen 100 jaar geleden in lange volzinnen diepzinnige zaken met elkaar deelden – gaat het na een tijdje toch tegenstaan:

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Oorlog; Verzen in staccato, van Agnitha Henrica Feis

COLUMN - Alweer dreigt Agnita Henrica Feis vergeten te worden. Was zijn voorganger Gerrit Komrij nog een liefhebber – hij had zelf een zeldzaam exemplaar van Oorlog in zijn bezit –, de bloemlezer Ilja Leonard Pfeijffer heeft onder zijn 1400 bladzijden geen ruimte gevonden voor deze dichteres en haar in 1915 in eigen beheer uitgegeven bundeltje.

Gelukkig maar dat het boekje per deze maand ook gratis via de DBNL gelezen kan worden. “Het gevoel woelt” onder deze gedichten, schreef de geleerde dichter Albert Verweij bij verschijnen in een recensie. “Het zoekt een uitweg en stoot zich telkens ontzet en verbijsterd tegen de kronkelwanden van de niet wijken willende gedachte.”

Rondspattend bloed

feis001oorl01_01_tpg

Agnita Feis. Oorlog. Verzen in staccato

In 20 gedichten beschrijft Feis de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog. Ze doet dat in verzen ‘in staccato’. In de meeste gedichten heeft iedere regel precies twee lettergrepen in een zogeheten jambisch metrum (taDAM). En doordat die regels zo kort zijn en heel vaak ook nog een parallelle structuur hebben (‘van noord/naar zuid’ of ‘wie heeft / nu rust / wie is nu stil’) wordt de kortheid van die regels nog benadrukt.

De angst, de smerigheid, het rondspattend bloed, de afschuw, de walging, worden er zo bij de lezer ingestampt:

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Bejegening van Christus door Gerard Walschap

Wat moet de elite eigenlijk met het volk? Hoewel er de hele tijd en naar hartelust gediscussieerd wordt over de elite en het volk, wordt die vraag eigenlijk nooit aan de orde gesteld. Iedereen heeft het maar de hele tijd over de ‘elite’ alsof dat een groepje anderen is die ongetwijfeld het slechtste voor hebben met ons, met het ‘volk’.

In de tijd dat Gerard Walschap zijn, ondanks de titel meeslepende, Bejegening van Christus (1935) schreef, was dat misschien nog anders. Of in ieder geval kun je die roman onder andere lezen als een overpeinzing over dat onderwerp.

Het boek, dat geschreven is in een tijd dat Walschap worstelde met de katholieke kerk, gaat over twee personen die zijdelings een rol hebben gespeeld in het leven van Christus, en die allebei behoorden tot de elite. 

Ontevredener

De bejegening van ChristusAls eerste is er de grootgrondbezitter Asveer, op wiens terrein Jezus geboren moet zijn. Asveer, die behoort tot een vierde generatie van steenrijke mensen, besluit vlak voordat het gebeurt dat hij zijn horigen veel meer ruimte en vrijheid wil geven. We zijn immers allemaal mensen, nietwaar. Als dank beginnen ze dan een beetje zweverig rondom Maria te hangen zodra zij in de stal heeft gebaard. Als Asveer ze gebiedt aan het werk te gaan, komen ze langzaam en morrend in opstand. Juist door de vrijheid die hij ze geeft, raken ze steeds ontevredener.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Uncle Tom’s Cabin van Henriette Beecher Stowe

COLUMN - Na 165 jaar is Uncle Tom’s Cabin nog steeds een ongemakkelijk boek. Het was natuurlijk dé grote bestseller in de negentiende-eeuwse Verenigde Staten en het is misschien wel voor altijd hét voorbeeld van een boek dat een belangrijke rol heeft gespeeld in een sociaal-politieke verandering – de afschaffing van de slavernij.

Maar het is ook weggezet als een typisch vrouwenboek, een sentimentele roman. En het geeft een beeld van slaven dat je makkelijk als racistisch kunt beschouwen.

Het zou, kortom, verplichte stof moeten zijn voor iedereen. Het is belachelijk dat iemand als ik – ik laat me er graag op voorstaan dat ik zo belezen ben, blablabla – het nu pas lees. Men had mij moeten uitlachen en uitsluiten van mijn huidige baan omdat ik van alles en nog wat gelezen had, maar dit boek niet. 

Slavenmoeders

Uncle Tom's CabinEn dan moet ik ook nog bekennen dat ik het een fijn boek vind om te lezen. Ik laat me graag meevoeren in de sentimenten die me worden opgelepeld: afschuw van de enkele zeer nare slavendrijver, sympathie voor de nobele christenmens Tom en de slavenhouders die het wél goed met hem menen, treurnis om de slavenmoeders die van hun kinderen gescheiden worden. Het gaat er bij mij in als koek.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Vrouwen lief en leed in de tropen

COLUMN - Het was geen pretje in Nederlands-Indië. In ieder geval niet volgens Thérèse Hoven, die in 1892 het boek Vrouwen lief en leed in de tropen publiceerde. Bij de titel van dat boek kun je je afvragen wat het woord lief daar doet, want voor vrijwel alle vrouwen in het boek is het een en al leed wat de klok slaat.

Hoven kruidde haar verhaal op het eerste gezicht met een behoorlijke scheut onbekommerd kolonialisme en seksisme.

De hoofdlijn gaat over de Nederlandse Nelly die verliefd raakt op de koloniaal Theodoor en met hem mee terug naar Indië gaat vanuit Den Haag. hove006vrou01_01_tpgDaar eenmaal aangekomen, wordt Theodoor heel afwerend, stuurs en nors. Wanneer Nelly zwanger is, stuurt Theodoor haar alleen naar de stad. Als ze terugkomt, blijkt dat Theodoors inlandse minnares, die al voor Nelly Theodoor leerde kennen een kind van hem heeft gebaard, het heft in handen te hebben genomen. Uiteindelijk vergiftigt die minnares Theodoor per ongeluk (eigenlijk was het de bedoeling Nelly te doden) en zichzelf expres. Het komt met Nelly allemaal goed – ze trouwt een degelijke, Hollandse man. Maar dat ‘lief’ gebeurt al eigenlijk niet meer in de tropen.

Javaanse vrouw

Behalve Nelly hebben ook vrijwel alle andere vrouwen te maken met het verwilderende effect dat de tropen op de Nederlandse mannen hebben. Een inlandse bijslaap nemen is in ieder geval al heel gewoon. Verschillende mannen deinzen er daarnaast niet voor terug zich bij gezonde blonde vrouwen op te dringen. Dat leidt allemaal vanzelfsprekend tot enorme ellende.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

Is de wetenschap echt zo cynisch geworden?

(Door Klaas Pieter Hart, TU Delft en Marc van Oostendorp, Meertens Instituut)

OPINIE - De cirkel van de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) is rond. Anderhalf jaar geleden begon het als een weinig concreet plan om een financiële prioriteiten te stellen in het onderzoeksbeleid en tegelijkertijd als een poging om het publiek beter bij datzelfde onderzoek te betrekken. Nu eindigt het in een reeks van weinig precieze ’routes’ voor het onderzoek en nog minder betrokkenheid van het publiek bij datzelfde onderzoek.

In april 2015 stond de website van de NWA open voor het publiek voor het stellen van vragen. Die website was het resultaat van een ontwikkeling die in 2014 was ingezet in het document Wetenschapsvisie 2025. Hierin werd de NWA voorgesteld als bindmiddel voor het wetenschappelijk onderzoek in Nederland. Het document was weinig specifiek over de aard of vorm van zo’n agenda.

Clustervragen

Er werd uiteindelijk voor gekozen de Nederlandse bevolking begin 2015 op te roepen vragen aan ‘de wetenschap’ te formuleren; deze zouden de thema’s gaan bepalen voor het onderzoek van de toekomst. De voorzitters Beatrice de Graaf en Alexander Rinnooy Kan deden die oproep in alle mogelijke media, onder verwijzing naar de website. Er werd rond die tijd ook enige scepsis geuit over dit project. Dit betrof vooral de verwachte kwaliteit van de vragen: veel onderzoekers waren bang dat ‘de buitenwacht’ geen vragen op niveau zou kunnen formuleren.

Foto: DonkeyHotey (cc)

Kunnen we niet zonder populisme?

COLUMN - Populisme: el pueblo unido

Wat verklaart het succes van Trump? Is het zijn racisme en zijn seksisme, die de boze witte mannen een stem hebben gegeven? Of is het ruraal Amerika dat zijn woede over de eigen wanhopige toestand tot uitdrukking heeft willen brengen over de gevestigde orde die hen in de steek heeft gelaten? Er spelen vast allerlei factoren een rol in de opkomst van het populisme, ook in Europa, maar volgens mij blijft één factor daarbij onterecht onderbelicht.

De aantrekkingskracht van het populisme, puur op zichzelf.

Nu is een probleem met praten over populisme altijd dat de term allerlei betekenissen kent, die niet altijd nauwkeurig uit elkaar worden gehaald. Vaak wordt hij gebruikt om politieke retoriek te benoemen die men te simpel vindt: ‘makkelijke oplossingen’ voor ‘ingewikkelde problemen’. Als zodanig is het alleen een scheldwoord; het is niet waar ik het over wil hebben.

De democratie is vervelend

Maar er is ook het populisme als een ideologie: de opvatting dat het volk een eenheid is, met specifieke eigen belangen en een specifieke eigen wil. De belangen en de wil van de individuen zijn daar nog niet eens ondergeschikt aan: ze zijn hetzelfde. Eindeloos vergaderen is daarom ook eigenlijk niet nodig; je hebt alleen een ‘sterke’ man nodig die het allemaal gaat ‘regelen’.

Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

De Kroonboekenclub | Hélène Swarth, Sorella

COLUMN - Het mooie boekje dat Jeroen Brouwers over de dichteres Hélène Swarth (1859-1941) schreef, is inmiddels ook gratis te krijgen. Ik pikte het in ieder geval op van een tafel op mijn werk, waar collega’s boeken neerleggen die ze zelf niet meer willen. Het treurige verhaal van Swarth hoort daar dus bij. Het lag weken op de tafel voor ik het meenam.

Aan het begin van de twintigste eeuw was Hélène Swarth waarschijnlijk de bekendste dichteres in onze taal. Aan het eind van zijn boek beschrijft Brouwers hoe hij in de jaren tachtig hoe hij haar graf bezoekt, en de kerkhofwachter er zijn verbazing over uitspreekt dat er heden nog belangstelling voor Hélène Swarth bestaat. “Ik zeg,” luidt de laatste zin van het boekje, “dat er geen sprake van is dat er heden nog belangstelling voor Hélène Swarth bestaat.”

Inmiddels is er dus ook voor Brouwers’ boekje geen belangstelling meer.

Rondzingen

s-05153De afbladdering begon al tijdens Swarths lange leven. “Van de in 1942 posthuum verschenen bundel Sorella, voor het laatst dat er een boek van Hélène Swarth verscheen, werd geen kennis meer genomen. Het was oorlog, men had wel wat anders aan zijn hoofd.”  Gelukkig is Sorella onlangs gratis vrij gegeven op de website van de DBNL.

Vorige Volgende